Financiën en Economie

„Overheid vertraagt uitvoering plannen”

Glastuinbouw wil
snellere herstructurering

Van onze redactie economie
DEN HAAG – De herstructurering van de Nederlandse glastuinbouwsector dreigt te stagneren door het trage optreden van de overheid. Dit zei F. H. Hoogervorst, voorzitter van de vakgroep Tuinbouw van LTO-Nederland, gisteren in Den Haag. De sector heeft bij landbouwminister Apotheker aangedrongen op spoed.

LTO-Nederland presenteerde in 1995 het herstructureringsplan ”Nederland Tuinbouwland”, dat was bedoeld om de sector uit de diepe malaise van begin jaren negentig te halen. Veel van de glastuinbouwgebieden waren verouderd. De infrastructuur van wegen, water en energie voldeed vaak niet meer. Bovendien was de afmeting van bedrijven niet ideaal en konden zij niet voldoen aan toekomstige milieueisen. Het rapport heeft volgens Hoogervorst gediend „als breekijzer.” Tuinders toonden initiatief en zagen mogelijkheden om hun productie te verbeteren en schoner te maken.

Bij het totstandkomen van het plan werkten overheid en bedrijfsleven samen. Het kabinet stelde enkele jaren geleden 300 miljoen gulden verdeeld over 10 jaar beschikbaar. Vooral de verouderde glastuinbouw in het Westland dient te worden aangepast. Door bedrijfsverplaatsing en - beëindiging moet er meer ruimte komen voor schaalvergroting van kleinere glastuinbouwbedrijven, huizenbouw en natuur.

Deze ontwikkelingen komen echter niet snel genoeg van de grond, stelt Hoogervorst. Overheidsprocedures en planologische discussies verhinderen tot nu toe een vlotte uitvoering. Hij wijst op de verschillen tussen de betrokken ministeries van Landbouw, Economische Zaken, VROM en Verkeer en Waterstaat en op de regelgeving van provincies en gemeenten. „Het wordt tijd dat zij allemaal in hetzelfde tempo gaan optrekken.”

Cromstrijen
De tuinbouworganisatie wil met name het geplande kassengebied Cromstrijen in de Hoeksche Waard gerealiseerd zien. De omstandigheden voor nieuwe glastuinbouw zijn daar goed. Ook afspraken over duurzame energievormen kunnen daar nagekomen worden. Het gebied gaat restwarmte van industrieterrein Moerdijk gebruiken.

Behalve de Hoeksche Waard zijn nog andere locaties in beeld. Midden-Zuid-Holland (400 hectare) en een gebied bij Huissen (350 hectare) zijn daarvan het grootst. De LTO'er beseft dat de teler zelf zijn vestigingsplaats wil kiezen. „Daarbij spelen niet alleen economische, maar ook sociale motieven een rol.”

Voor de nieuw in te richten glastuinbouwgebieden ontwikkelde LTO een „ideaal model.” Binnen een gesloten gebied moeten meer teeltactiviteiten samengaan. „Denk aan een centraal ketelhuis en regenwateropvang voor diverse bedrijven”, geeft Hoogervorst aan. De gevolgen voor milieu en resultaat zullen positief zijn. „Daar profiteert iedereen van.”