Pluimveestapel
laatste jaren
enorm gegroeid

RIJSWIJK – De pluimveestapel in Nederland is de laatste jaren explosief gegroeid.

Ging het in 1985 nog om 90,6 miljoen kippen en kalkoenen, dit jaar zijn het er 100,2 miljoen, een stijging van bijna 11 procent. Na 1990 (93,9 miljoen) is het aantal nog wel gedaald, maar vanaf 1995 (90,8 miljoen) zijn er alleen nog maar forse stijgingen te zien. Nederland behoort tot de belangrijkste Europese landen op dit gebied. Ons land exporteert ongeveer 65 procent van het pluimveevlees, waarvan bijna de helft naar Duitsland.

Schaalvergroting in de sector heeft ertoe geleid dat het aantal pluimveebedrijven de afgelopen jaren sterk is gedaald, van 7276 in 1985 tot 4410 dit jaar. Maar het aantal nieuwbouwvergunningen steeg fors, van 157 in 1995 tot 269 in 1997. In de eerste helft van dit jaar zijn er al 172 vergunningen afgegeven. Volgens de Nederlandse Organisatie van Pluimveehouders is echter een deel van de vergunningen bedoeld voor renovatie. De meeste pluimveebedrijven liggen op de Veluwe en in de provincie Noord-Brabant.

De fosfaatproductie van het pluimvee is in 1998 voor het eerst sinds vier jaar gestegen. Het CBS schat dat dit jaar 28.829 ton fosfaat wordt geproduceerd, tegen ruim 27.000 ton vorig jaar. Ter vergelijking: de fosfaatproductie van varkens bedraagt dit jaar naar schatting 55.448 ton. Vorig jaar was dat nog 99.508 ton. Het CBS schat dat in 1998 de hele Nederlandse veestapel ruim 190.000 ton fosfaat produceert. Fosfaat is een belangrijk onderdeel van mest en een bron van milieuvervuiling.