Financiën en Economie

Strenge winter betekent goede boterham voor Weesper fabrikant

Marktleider Viking ziet grote massa
toerrijders nog niet op klapschaatsen

Door H. de Boer
WEESP –'t Kan vriezen, 't kan dooien. Waar een jaar geleden duizenden schaatsers het beroemde bruggetje bij Bartlehiem passeerden, sprongen op de eerste dag van dit jaar een handjevol enthousiastelingen de plomp in voor een nieuwjaarsduik. Als het aan schaatsenfabrikant Viking ligt, slaat de winter weer toe. Een gladde ijsvloer –het liefst dik genoeg voor een Elfstedentocht– betekent een royaal belegde boterham. Daar kan zelfs het nieuwe paradepaardje, de klapschaats, niets aan veranderen.

Zo'n beetje iedereen die tegen de klok rijdt, heeft ze inmiddels. Dankzij dit staaltje klaptechniek zetten schaatsers sinds vorig jaar op de kunstijsbanen snellere tijden neer. Marktleider Viking ziet de grote massa toerrijders voorlopig nog niet op klapschaatsen. „Je praat toch over topmodellen van 500 tot 1000 gulden. Lang niet iedereen heeft daar zoveel geld voor over”.

De merknaam Viking is een begrip in de schaatswereld. Hoewel exacte getallen niet voorhanden zijn, schat woordvoerder H. Vos dat het bedrijf zo'n 75 tot 90 procent van de markt voor duurdere schaatsen (vanaf 250 gulden) in handen heeft. „De markt is in dit geval een groot woord. Schaatsen is typisch Nederlands. De meeste exemplaren blijven dus binnen de grenzen en gaan hier over de toonbank”.

Het is voor een schaatsenproducent lastig om voorraden goed in te schatten. De afzet is sterk afhankelijk van het weer. Een vorstperiode kan het seizoen maken of breken. Vos: „Vorig jaar was de winter streng. Dan verkopen we tienduizenden paren. Maar er zijn ook winters zonder natuurijs. Dan blijft de voorraad in de stellingen liggen en verdienen we het zout in de pap niet”. Viking werkt daarom met een vaste jaarlijkse voorraad. Is die op, dan zijn er ook echt geen gladde ijzers meer te krijgen, tot spijt van de fabrikant, de dealers en de kopers. Vos: „Als we alles van tevoren konden voorspellen, verdienden we miljoenen. Maar zo werkt het nu eenmaal niet”.

Wel is er de constante vraag naar schaatsen vanuit de sportwereld. „We steken erg veel tijd in de ontwikkeling van nieuwe technieken voor topsporters. Niet voor niets rijdt de hele wereldtop op onze modellen”. Veel wordt daar volgens Vos niet aan verdiend. De snelle dames en heren dienen als levende reclamezuilen; de merknaam staat pontificaal op elke schoen.

Houtjes
De tijd van houtjes is zo goed als voorbij. De klassieke noor kwam er voor in de plaats. In de loop der jaren is er veel gesleuteld aan dit model. Viking kwam bijvoorbeeld met de verstelbare schaats, waarbij de rijder de positie en stand van de schaatsbuis ten opzichte van de schoen zelf kan bepalen. Onder deze schoenen kan overigens een los setje klapschaatsijzers worden gemonteerd. De prijs hiervan bedraagt 250 gulden. Ook de thermoschoen is een variant op de noor. Deze schoen wordt in de oven gevormd naar de voet van de bezitter. Krom of scheef, een bult of lange tenen, het maakt weinig meer uit.

De meest recente ontwikkeling is wel die van de klapschaats. De schaatsbuis is hierbij niet zoals bij een conventionele schaats op twee punten aan de schoen bevestigd, maar op één plaats, onder de voorvoet. Als de schaatser zijn been strekt voor de afzet, komt de hak dankzij een scharnierpunt omhoog. Het schaatsijzer blijft horizontaal op de ijsvloer staan.

Deze beweging is volgens professor G. J. van Ingen Schenau van de Vrije Universiteit veel natuurlijker voor een mens. Hij ontdekte dat een schaatser met de tweekoppige kuitspier een extra 'klap' kan geven. Die spier levert op gewone schaatsen minder kracht.

Op een gewone schaats kan de natuurlijke beweging van het optillen van de hak niet worden gemaakt, want dan zou de punt van de schaats in het ijs prikken. Dat komt de snelheid niet ten goede. Iemand die van de conventionele schaats overstapt op de klapschaats, moet in feite een onnatuurlijke beweging afleren. De meeste wedstrijdrijders zijn inmiddels zover, simpelweg omdat er harder op wordt gereden.

Viking is al vanaf het midden van de jaren tachtig met prof. Van Ingen Schenau bezig met de ontwikkeling van de klapschaats. Koudwatervrees zorgde ervoor dat de noviteit niet aansloeg. Viking-woordvoerder Vos komt er eerlijk voor uit dat het bedrijf niet de uitvinder is. „Op 3 februari 1891 vroeg de Amerikaan John Diederich Freese uit Chicago al patent aan. Hij was er al van overtuigd dat de afzet krachtiger kan worden gemaakt door het schaatsijzer langer contact te laten houden met het ijs”.

Vervangingsmarkt
Of zich nu een gigantische vervangingsmarkt aandient, betwijfelt Vos. „Zo'n vijftien toerrijders hebben vorig jaar zonder problemen de Elfstedentocht uitgereden op een klapschaats. Maar eerlijk gezegd hebben we er op natuurijs nog weinig ervaring mee. Een gladde kunstijsbaan is wel even wat anders dan bevroren sloten en plassen met scheuren en ribbels. Een schaats die op één punt vastzit, is gewoon kwetsbaarder. Ik denk dat veel mensen het risico niet nemen als er weer een Elfstedentocht komt. Dan pakken ze toch hun vertrouwde ijzers”.

Viking heeft dit jaar wat te vieren. Het is vijftig jaar geleden dat Jaap Havekotte senior begon met de productie van schaatsen. De eerste order bedroeg 340 paar. Havekotte maakte ze van kachelplaat. De klanten konden de gladde ijzers voor 86 gulden meenemen. De jaarlijkse productie ligt nu tussen de 10.000 paar in een vorstvrije winter en 90.000 als het vriest dat het kraakt. Jaap Havekotte junior staat momenteel aan het roer bij de Weespse onderneming.

De meeste schaatsen worden in licentie gemaakt in Japan en Roemenië. De veertien vaste medewerkers van Viking in Weesp nemen de duurderde modellen voor hun rekening. Per schaats komen er zo'n vijftig handelingen aan te pas. Vakwerk, vindt Vos. „De meeste mensen werken hier al meer dan vijftien jaar. Ze doen een groot gedeelte van het productieproces handmatig. Dat is specialistenwerk, dat leer je niet even aan een nieuwkomer”.

Gekkenhuis
Het ziet er niet naar uit dat er binnenkort natuurijs ligt, al kan het weer natuurlijk binnen een paar dagen omslaan. „Dan is het hier een gekkenhuis”, vertelt Vos. Veel dealers vinden dan hun weg naar Weesp om voorraden in te slaan. „Ze staan voor dag en dauw voor de deur. Vorig jaar kwam het voor dat het personeel 's morgens vroeg nog niet aanwezig was, terwijl de handelaren er al wel waren. Soms trekken ze onderling nummertjes om zo snel mogelijk weer weg te kunnen. Voor die mensen is het ook een goede tijd. Van de voorraad die ze 's morgens inslaan, hebben ze de omzet 's avonds in de kassa”.

De productie bij Viking ligt in natuurijsperiodes stil. Wel kunnen particulieren met hun schaatsen naar Weesp komen voor reparaties. Vos: „In de meeste gevallen helpen we de klanten direct, zodat ze vaak 's middags alweer kunnen schaatsen. Je kunt het niet maken om te zeggen dat iemand over twee weken maar terug moet komen. Natuurijs is er maar zo kort, en we moeten het daar wel van hebben”.