Financiën en Economie

Araform levert directiekamers binnen 48 uur bij de klant af

„Aanschaf van een kantoormeubel
is een heel emotionele beslissing”

DELFT – Exact is het niet te zeggen, maar het Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf schat dat meer dan 3 miljoen mensen er op hun werk dagelijks mee te maken hebben: kantoormeubelen. Reinier Wijnbergen, directeur van de ABC-groep, speelde al als kind tussen de handel van zijn opa, ook een meubelboer. „Van iets anders heb ik geen verstand”.

Hij geniet nog steeds zichtbaar van zijn jongste aankoop, de meubelfabriek Araform in Dronten. „De directie van dat bedrijf benaderde me vorig jaar september. Of ik in de markt was voor een overname”.

Wijnbergen kreeg snel in de gaten hoe de vork in de steel zat. „Het was een jonge fabriek, gerund door een stel enthousiaste meubelmakers, echte vakmensen. De zaken liepen onverwacht goed, zodat de onderneming zich scheel leende bij de banken om maar te kunnen blijven groeien”.

Hoge omzetsnelheid
Araform bouwde er een hal bij en investeerde in nieuwe machines. Wijnbergen: „De banken waren op een gegeven moment bang voor een groeistuip en wilden niet verder financieren”. De ABC-groep nam de Drontense fabriek toen „voor 100 procent” over.

Doorgaan op de oude voet was voor Wijnbergen een uitgemaakte zaak. Araform produceert nog steeds de meubellijnen Multimo en Livello, Italiaans aandoende namen. „Deze topmodellen kosten veel geld en bevinden zich in een marktsegment waar nog drie concurrenten actief zijn. We hebben daarom besloten een nieuwe lijn te ontwerpen”.

Meer van hetzelfde was uit den boze. „Uit de computerwereld heb ik geleerd dat bij een hoge omzetsnelheid de prijzen omlaag kunnen”, aldus de directeur. Dus ontwierp de architect van Araform de Giano-lijn. Wijnbergen: „Dat zijn directiemeubels die voldoen aan de hoogste kwaliteitseisen. Als een van de eersten in onze branche produceren we nu in massa. Series van twee- tot driehonderd directiekamers zijn geen uitzondering”.

De voorraden die op deze manier worden opgebouwd, stellen Araform in staat binnen 48 uur te leveren. En, wat misschien nog belangrijker is, de prijs voor een luxe werkplek kan sterk naar beneden. Dealers maakten vorige week in Dronten kennis met de nieuwe paradepaardjes van Araform.

Ondenkbaar
Wijnbergen stamt uit een echte meubelfamilie. In 1863 start Mozes Knap een handeltje in gebruikte huismeubelen en brandkasten. De zaken lopen op rolletjes, want binnen de kortste keren opereert hij vanuit drie vestigingen in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.

Knaps enige dochter trouwt op een goede dag met Simon Wijnbergen, die later het roer van zijn schoonvader overneemt. Het accent verschuift langzamerhand van huis- naar kantoormeubilair. Drie zonen van Wijnbergen leiden de zaak vanaf 1987. Hoewel kleinschalig –„we werkten met tien tot vijftien man”– deelt de accountant in 1990 mee dat een multinational in magazijnstellingen het familiebedrijf wil overnemen.

„Dat was nicht in Frage, ondenkbaar”, weet Wijnbergen zich te herinneren. Toch spoort de accountant de broers aan zich in het spel te verdiepen, al is het alleen maar om ervan te leren. Het eind van het liedje is dat de verkoop van de meubelhandel in 1991 een feit is.

De koper is niet de eerder genoemde multinational –„die bood een absurd bedrag”– maar de Samas-groep, met een omzet van 1,5 miljard gulden de grootste leverancier van kantoormeubelen in Europa.

„Dan zit je thuis bij de vrouw. Die brengt elke dag de kinderen naar school, komt daarna thuis om stof te zuigen terwijl ik de ochtendkrant lees. Vervolgens til je je benen eens op en wijst de plaatsen aan waar ze nog niet heeft gezogen. Kortom, slecht voor je huwelijk”. Om uit die situatie te geraken, koopt Wijnbergen in september 1993 „voor een appel en een ei” de naam en de telefoonnummers van het failliete bedrijf ABC en begint met de in- en verkoop van, hoe kan het ook anders, kantoormeubels.

De concurrentie met aanbieders die precies hetzelfde doen, dwingt Wijnbergen na te denken over het ontwerpen van een eigen meubel onder eigen naam. Dat resulteert in de Schaffenburg-lijn. Zo'n vijftig dealers worden bevoorraad vanuit het distributiecentrum in Rotterdam. Ook het vervoer van de producten houdt Wijnbergen in eigen hand. „Kantoormeubels moet je niet bij de eindgebruiker achter de eerste de beste deur neergooien. Ik ben van mening dat je goede service het beste zelf kunt geven”.

Emotionele beslissing
De ABC-groep kent behalve de werkmaatschappijen Araform en Schaffenburg ook nog een eigen ABC-verkooppunt op een bedrijventerrein in Delft-Zuid. De winkel is omgeven door showrooms van autodealers. Wijnbergen ziet wel overeenkomsten tussen glanzend blik en zijn meubels. „De aankoop van een directiekamer is een emotionele beslissing, net als die van een auto. Stel dat twee wagens je aanstaan. Het enige verschil is dat nummer één direct leverbaar is en bovendien goedkoper. Dan is de keus toch niet moeilijk meer?”

De markt voor kantoormeubelen stagneert. Toch groeit de ABC-groep volgens haar directeur „tegen de klippen op”. De omzet kwam vorig jaar uit op ƒ 20 miljoen en de winst is „zeer gezond”. Wijnbergen: „We streven naar een bedrijfsresultaat van 6 tot 8 procent voor belasting. Dat halen we de laatste tijd gemakkelijk”. De toekomstplannen liggen ook al op tafel: ㎸ miljoen gulden omzet in het jaar 2000”.

Wijnbergen: „De grote jongens, waaronder Ahrend, de Samas-groep en Gispen, beschouwen ons zo langzamerhand als een luis in de pels. Dat is voor ons een opsteker”. Via een bevriende relatie denkt de ABC-directeur na over het opzetten van een verkoopkantoor in Engeland.

Ouderwetse ondernemer
De financiering daarvan is nog een punt van aandacht. „Ik ben een ouderwetse ondernemer. Puur gevoelsmatig zeg ik dat ik zonder leningen van banken wil werken. De hele ABC-groep is 100 procent eigendom. Na de zeven vette jaren komen altijd zeven magere. Op zo'n moment ben ik graag eigen baas en heb ik geen behoefte aan iemand boven me die zegt: Wijnbergen, doe dit of doe dat. Het is heel eenvoudig.

Wie een dubbeltje uitgeeft moet een kwartje in zijn zak hebben als dekking”.

Door H. de Boer