Borst zou late ingrepen willen toestaan

Abortus binnenkort
nog vaker mogelijk

Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) zal de abortuspil Mifegyne binnen enkele weken registreren. Dat betekent dat producent Exelgyn de pil dan op de Nederlandse markt mag brengen. De abortuspil zorgt ervoor dat de baarmoeder het embryo afstoot. Zij kan gebruikt worden door vrouwen die tot maximaal zeven weken zwanger zijn. De pil moet worden ingenomen onder toezicht van een arts. De arts dient zich ook bij het voorschrijven van Mifegyne te houden aan de Abortuswet, die onder meer een bedenktijd van vijf dagen voorschrijft.

Het CDA is bezorgd over de invoering van de abortuspil in Nederland. SGP fractievoorzitter Van der Vlies dringt er in kamervragen bij minister Borst op aan de pil uit Nederland te weren, ook al wordt zij elders in Europa wel ingevoerd.

Volgens directeur en abortusarts L. Querido van het in abortushulpverlening gespecialiseerde Utrechtse Vredelinghuis is de abortuspil Mifegyne inferieur, heeft zij veel bijwerkingen en is zij erg duur. Bovendien duurt de uitvoering van een abortus veel langer dan met de zuigcurettagemethode die nu wordt toegepast. Querido ziet de komst van de pil met wantrouwen tegemoet. „Uit oogpunt van de volksgezondheid zeg ik nee tegen deze pil. Het is een slechte techniek. De kans dat het misgaat is ook nog eens veel groter.”

Volgens Querido werkt de pil alleen bij vrouwen die tot twee weken over tijd zijn. „Als je langer zwanger bent, kunnen ernstige complicaties ontstaan. Inwendige bloedingen komen veel vaker voor dan bij de methode die we nu gebruiken. Vrouwen kunnen ook misselijk of duizelig worden.”

SGP’er Van der Vlies is ook bezorgd over de gedachte van Borst om in bepaalde gevallen abortus mogelijk te maken na de 24e week van de zwangerschap. Dit voorstel zal volgende week vrijdag in de ministerraad worden besproken, zo meldde het Radio 1 Journaal vanmorgen. Minister Borst stelde twee jaar geleden de Overleggroep Late Zwangerschapsafbreking in, omdat ze wilde weten of, en zo ja in welke gevallen abortus na de 24e week mogelijk zou moeten zijn. De overleggroep, onder leiding van de Rotterdamse hoogleraar gynaecologie Wladimiroff, adviseerde de minister abortus toe te laten als het kind geen overlevingskansen heeft omdat de aandoeningen onbehandelbaar zijn.

Als het kind wel in leven zal blijven maar de aandoeningen tot ernstige functiestoornissen leiden, zou ook abortus mogelijk moeten zijn. Maar de overleggroep vond wel dat het in dat geval gemeld moet worden aan het openbaar ministerie (OM).

De overleggroep adviseerde dit soort gevallen te laten toetsen door een commissie, die vervolgens verslag uitbrengt aan het OM. Vindt het OM dat de abortusingreep strijd is met de heersende medische ethiek, dan kan het tot vervolging overgaan.

Directeur drs. M. Den Boer Neele van de Vereniging ter Bescherming van het Ongeboren Kind (VBOK) maakt ernstig bezwaar tegen het voorstel van de overleggroep. Ze vindt dat artsen in de eerste plaats hun energie moeten stoppen in het verlichten van lijden. „Nu dreigt het gevaar dat alle leven dat lijdt, beëindigd zou moeten worden. Wanneer is een mens nog beschermwaardig? Als dit voorstel erdoor komt, worden de grenzen weer verder opgerekt.”

Als minister Borst het advies van Wladimiroff overneemt, zou SGP leider Van der Vlies dat zeer betreuren. Hij noemt de plannen „een typisch voorbeeld van de glijdende schaal waarvoor wij al zo lang waarschuwen. Je vraagt je af: Waar houdt dit oprekken van de grenzen eens een keer op?”

Eerbiedig wachten
Van der Vlies wil graag benadrukken dat hij „niet licht” over het krijgen van een gehandicapt kind denkt. „Het is een diepe beproeving.” Evenmin wil de SGP’er de medische wereld „lichtvaardigheid in de schoenen schuiven.” Maar medische zorgvuldigheid kan ethisch gezien wel te ruim zijn, vindt Van der Vlies in dit geval. „Hier wordt toch geen rekening gehouden met God Die het leven schept en bepaalt. We moeten eerbiedig wachten op wat God in ons leven doet. Nogmaals, ik erken dat het krijgen van een gehandicapt kind heel aangrijpend is. Maar we kunnen er niet onderuit dat het ons dan toch niet vrij staat om in te grijpen in Gods scheppende hand.”