Digitaal

Zie ook: Microsoft: van 1975 tot nu

Ontwikkeling van Dos 1.0 tot Windows 98 toont onstuimige groei

Een kijkje door de achterruit

Door Helma Struijk
A:\copy a:\doc\ac2x4.txt b:\. De klassieke pc-gebruiker herinnert zich het typen van de Dos-commando's waarschijnlijk nog. Eén letter verkeerd en „de opdracht of bestandsnaam is onjuist”. Een Windows-gebruiker glimlacht, maar in 1981 was dit hét besturingssysteem waarmee Bill Gates' Microsoft zijn zegetocht begon. Eergisteren kwam de negende generatie op de markt: Windows 98. Eén factor bleef constant: Microsoft beheerst de pc-wereld.

Voor Bill Gates en zijn vriend Paul Allen begon het allemaal eind 1974, toen ze het decembernummer van het computerelektronicablad “Popular Electronics” onder ogen kregen. Een foto van een vierkant stalen apparaat sierde de omslag. De Altair 8800 van Micro Instrumentation and Telemetry Systems (MITS) was de eerste personal computer. Het toetsenbord bestond uit een paar schakelaars, het scherm uit een paar kleine lampjes die alleen aan of uit konden.

De 19-jarige Bill vergat zijn rechtenstudie aan Harvard, en de twee gingen onmiddellijk aan de slag. Een maand met werkdagen van soms 24 uur volgde. Maar toen Allen naar Albuquerque vloog om hun Basic-versie voor de Altair te demonstreren, was iedereen verbaasd. De eerste computertaal voor een pc werkte!

Paul Allen kreeg een baan bij MITS en vertrok naar Albuquerque. Gates volgde hem al snel toen ze een informele samenwerking aangingen, naamloos nog. Eind november '75 duikt de naam Micro-soft pas voor het eerst op – mét streepje.

Allen en Gates gaven hun Basic niet zo maar uit handen. Ze sloten een licentieovereenkomst met MITS. Basic zou niet los verkocht worden, maar MITS kreeg de licentie om het bij elke Altair mee te leveren. De twee lieten zich een vast bedrag per verkochte computer uitbetalen, een tactiek die ze nog steeds toepassen.

Softwarepiraterij
Fel gekant was Bill tegen de softwarepiraterij. In een “Open brief aan hobbyisten”, in 1976, beschuldigde hij hen ervan de ontwikkeling van goede software tegen te houden. „Niets zou me meer plezier doen dan tien goede programmeurs in te kunnen huren en de markt van goede software te voorzien”, besloot hij, niet wetend dat zijn programma's twintig jaar later op negen van de tien pc's te vinden zouden zijn.

Niet altijd was een overeenkomst een kassucces. Toen Microsoft voor een bedrag van 21.000 dollar Apple de beschikking gaf over Applesoft Basic, realiseerde Gates zich nog niet dat er meer dan een miljoen Apple-machines met deze software verkocht zouden worden. Een rekensommetje leert dat dat slechts 2 dollarcent per kopie is.

De Microsoft-mensen zaten ondertussen niet stil. In 1980 –het softwarebedrijf telt dan zo'n veertig medewerkers– zaten naast het nog steeds goed verkopende Basic, ook Fortran, Cobol en Pascal in het pakket, en kwam het besturingssysteem XENIX op de markt. Van MS-DOS had nog nooit iemand gehoord. Of het moest Tim Paterson uit Seattle zijn, die QDos had bedacht: het 'quick and dirty operating system'.

Brutaliteit
IBM benaderde Microsoft voor het schrijven van een computertaal, voor een nog te ontwikkelen IBM-pc. Digital Research zou voor het besturingssysteem mogen zorgen. Dat zinde Gates niet, met de hem kenmerkende brutaliteit weigerde hij een geheimhoudingsverklaring en kreeg zo IBM waar hij het hebben wilde. Gevolg: Microsoft mocht ook het besturingssysteem leveren. Voorwaarde: binnen een jaar klaar.

Toen deed het softwarebedrijf iets wat het later nog vaak zou herhalen. Microsoft voorzag de klus niet op tijd te kunnen klaren en kocht de kennis in. Voor 50.000 dollar kreeg Gates de rechten op QDos, wat de basis werd voor MS-Dos, de afkorting van “Microsoft Disk operating system”.

Na de komst van de IBM-pc, 12 augustus 1981, ging het opeens hard met het succes van Microsoft. Dat was niet zozeer te wijten aan IBM zelf, maar vooral aan de talloze klonen die er van deze nieuwe standaard op hardwaregebied verschenen. Gates was zo slim om zelf de rechten in handen te houden om MS-Dos te verspreiden. Nog geen zestien maanden op de markt, waren er al vijftig licenties aan computerbedrijven verstrekt. Toch wees nog niets erop dat MS-Dos een standaard zou gaan worden.

Windeieren
Cijfers maken duidelijk dat de opmars van MS-Dos het bedrijf geen windeieren legde. Haalde Microsoft in '82 met 220 werknemers nog een omzet van bijna 24,5 miljoen dollar, een jaar later waren zowel het werknemersaantal als de omzet verdubbeld.

Al in die tijd verscheen de eerste grafische versie van het besturingssysteem; “Windows” noemden de makers het. Voor het eerst waren tegelijkertijd meerdere programma's op het scherm te zien. Die verschenen in aparte vensters, vandaar de naam Windows. Ook Microsoft Word kwam uit. Steve Jobs van Apple had ruim een jaar eerder Gates trots een geheim voorproefje van zijn Apple Macintosh computer laten zien. De Macintosh was voorzien van een grafisch besturingssysteem met icoontjes. Net als de latere versies van Windows. Dieverij, concludeerde Apple.

Microsoft vierde zijn tiende verjaardag door ook particulieren in de gelegenheid te stellen Windows te kopen. Negenennegentig dollar kostte het pakket, zoals dat nog geldt voor de opvolgers. Het ging niet hard met de eerste versie van het nu zo populaire besturingssysteem. Toepassingen waren er nauwelijks, dus je had eigenlijk niet zo veel aan Windows. Marktanalisten vroegen zich af of een grafisch besturingssysteem wel zo noodzakelijk was als Microsoft verkondigde.

Beursgang
De beurs had meer vertrouwen in het bedrijf. Toen Microsoft maart 1986 zijn beursgang maakte, steeg de koers van de aandelen al op de eerste dag met meer dan 30 procent. Het hoofdkwartier van het inmiddels internationale bedrijf verhuisde naar Redmond.

Het jaar erna kondigde Gates OS/2 aan, een besturingssysteem dat speciaal was bedoeld voor computers met de Intel 286 (de AT's) en 386 processors. OS/2 was resultaat van een samenwerkingsverband met IBM. Het programma flopte, misschien mede doordat Gates mankracht bleef steken in de ontwikkeling van Windows.

In hetzelfde jaar komt namelijk Windows 2.0 op de markt. Het programma staat op zeven grote diskettes en vergt minimaal 512 kilobyte werkgeheugen. Ter vergelijking: voor Windows 98 is minimaal 16 megabyte werkgeheugen nodig, en dat is nog geen overdaad. Windows 2.0 werkte desnoods nog zonder harde schijf, inmiddels is 120 tot 295 megabyte schijfruimte nodig.

In 1988, het jaar waarin Apple zowel Microsoft als Hewlett Packard voor de rechter daagde wegens overtreding van het copyright, bereikte Microsoft de top. Met bijna zes miljoen dollar omzet was de verkoop van Microsoft-software ongeëvenaard. De miljoenste muis ging over de toonbank; het hulpmiddel werd gemeengoed. In de begintijd van de computermuis was de bekendheid met het fenomeen niet zo groot. Dat bracht Canadese douanebeambten ertoe een serie dozen met muizen maar in quarantaine te zetten.

Marketing
Windows 3.0 verscheen. Honderdduizend kopieën gingen binnen twee weken over de toonbank na de introductie op 22 mei 1990. Daar ging dan ook een voor die tijd ongekende marketing aan vooraf, die binnen een halfjaar een slordige 10 miljoen dollar verslond.

Binnen een jaar draaiden vier miljoen computers op Windows 3.0. Computerbedrijven leverden hun machines standaard af met dit besturingssysteem. Bill had in de gaten dat Windows succesvoller werd dan OS/2, en sneed de banden met IBM door. OS/2 zou later overigens wel de basis vormen van de netwerkversie van Windows, Windows NT. De testversie daarvan verscheen eind '92.

Het jaar erna kwam NT, en ook Encarta. Voor deze digitale encyclopedie werd het complete bedrijf Funk & Magnalls opgekocht. Het aantal Windows-gebruikers bleef groeien, met meer dan 25 miljoen gebruikers wereldwijd was Windows het meest populaire grafische besturingssysteem.

Milieubewust
Ook computerfabrikanten werden milieubewust, en gingen kijken naar energie-efficiënte systemen. Microsoft deed mee, wat onder meer uitmondde in “OnNow” op Windows 98.

Om de herkenbaarheid van de nieuwste Windows-versie te vergroten, koos Microsoft voor de naam “Windows 95”. Waren de vorige versies vooral verbeteringen ten opzichte van de voorgaande, deze keer was er echt sprake van grote veranderingen. De dozen gingen als broodjes over de toonbank, binnen vier dagen waren er meer dan 1 miljoen pakketten verkocht. Twee maanden later draaiden al 7 miljoen computers op een legale versie van Windows 95.

Het succes maakt Gates overmoedig. Wil een leverancier een computer verkopen met Windows 95 erop, dan moet hij er ook Microsoft Internet Explorer opzetten, het bladerprogramma voor Internet. Althans, dat wilde Gates.

Reden voor het Amerikaanse ministerie van justitie om hem aan te klagen. Microsoft zou zijn vooraanstaande positie op het ene marktgebied –dat van de besturingssystemen– aangrijpen om zijn positie op een ander gebied –Internet– te versterken. Voor Windows 95 is Microsoft deze week in het gelijk gesteld, maar daarmee is de juridische kwestie nog niet beëindigd.

Netwerkcomputer
Niet alleen de Amerikaanse overheden zitten Gates dwars. Vier concurrerende softwarebedrijven, Netscape, Oracle, IBM en Sun Microsystems, trokken vanaf 1995 gezamenlijk ten strijde tegen Gates en zijn Microsoft. De netwerkcomputer was hun wapen.

Hard ermee slaan kunnen de vier nog niet. Sinds juni vorig jaar is de netwerkcomputer op de markt, maar de verkoop ervan komt maar langzaam op gang. Bovendien draait Netscape, dat met zijn Internet-browser aanvankelijk grote successen boekte, ondertussen verlies.

Daar komt bij dat Microsoft wapens in handen heeft, die het bedrijf vrijwel onaantastbaar maken. De mankracht is enorm. Het heeft voor kleine bedrijven weinig zin iets nieuws te beginnen, want onmiddellijk zet Bill Gates er honderden mensen op en komt met een beter product.

En gaat dat niet snel genoeg, dan is er het onvoorstelbare kapitaal, wat hem in staat stelt gauw iets op te kopen. Zo kon Internet Explorer binnen zes maanden gerealiseerd worden – om de eenvoudige reden dat er 37 bedrijven voor werden opgekocht.

Cijfers bij de introductie van Windows 98 afgelopen donderdag maken iets duidelijk van de omvang van het bedrijf. Nog geen maand nadat Windows 95 op de markt kwam, startten ontwikkelaars al aan de opvolger. Het team bestond uit meer dan 1000 mensen. Om hun motor draaiend te houden, dronken ze bij elkaar 90.000 liter koffie en 100.000 blikjes cola, aten ze 16.800 donuts en 480 kilo popcorn.