Buitenland 29 november 1999

„Gezondheid van
inheemse volken
is alarmerend”

GENEVE – De Wereldgezondheidsorganisatie van de Verenigde Naties (WHO) heeft vrijdag beloofd zich meer in te spannen voor de inheemse volken. Wereldwijd worden 300 miljoen mensen tot de inheemse volken gerekend, en hun gezondheidstoestand is veel slechter dan die van hun landgenoten.

Dit is gezegd tijdens de eerste ontmoeting van de WHO en vertegenwoordigers van inheemse volken, die in Genève gehouden is. De WHO en de vertegenwoordigers van de inheemse volken waren het erover eens dat de gezondheidssituatie van de inheemse bevolkingsgroepen „kritiek” is.

De bijeenkomst wordt in de toekomst gevolgd door meer ontmoetingen, zodat er aan een concreet beleid kan worden gewerkt.

In Genève werd een WHO-rapport over inheemse volken gepresenteerd. Daarin staat dat leden van deze etnische groepen tien tot twintig jaar korter leven dan de bevolking in haar geheel. Kindersterfte is bij inheemse volken tot drie keer zo hoog als bij de rest van de bevolking.

In vele landen komen ziektes als malaria en gele koorts voor onder de inheemse bevolking. Ook ondervoeding, verslavingen en geestesziekten vallen meer te constateren bij de inheemse bevolkingsgroepen dan bij de rest van de bevolking. Verder zijn veel inheemse volken extra kwetsbaar voor milieuvervuiling doordat ze voor hun levensonderhoud van de natuur afhankelijk zijn.