Buitenland | 30 juli 1999 |
Passende locatie voor BalkantopSARAJEVO Als locatie voor hun top over blijvende vrede en stabiliteit op de Balkan hadden de wereldleiders nauwelijks een betere locatie kunnen kiezen dan Sarajevo. Als geen andere stad belichaamt de Bosnische hoofdstad de pijn en de hoop van de Balkan. Drie jaar lang werden de bewoners van de multiculturele stad belegerd en beschoten door Servische troepen. Er werd honger geleden en er speelden zich bloedige drama's af. Er volgden luchtaanvallen op Bosnisch-Servische doelen en uiteindelijk kwam er met de akkoorden van Dayton een eind aan de oorlog. Hoewel Sarajevo vier jaar na 'Dayton' nog duidelijke sporen van de oorlog draagt overal staan nog kapotgeschoten huizen zijn er ook tekenen dat er vooruitgang wordt geboekt op de weg naar duurzame vrede. Er zijn een gemeenschappelijke munt, een vlag en een volkslied. Gemeentepolitie regelt het verkeer. Er zijn verkeerslichten en parkeermeters. In het oude centrum Bas-Carsija, dat in de oorlog verlaten was, zijn weer winkels opengegaan. De vele malen gebombardeerde flats bij de luchthaven zijn gerenoveerd en moslims zijn de vroegere frontlinie overgestoken naar het stadsdeel dat tijdens de oorlog Servisch gebied was. Bij alle vooruitgang beseft men terdege dat de vrede berust op de aanwezigheid van 35.000 man internationale vredestroepen en dagelijks zijn er incidenten die duidelijk maken dat een onafhankelijk, multi-etnisch Bosnië voorlopig nog een ideaal blijft. Slechts eenderde van de huidige 350.000 bewoners woonde voor de oorlog ook al in Sarajevo. Een meerderheid van de nieuwe bewoners zijn vluchtelingen uit Oost-Bosnië en de Servische regio Sandzak plattelanders die de vroeger zo kosmopolitische sfeer in Sarajevo aanzienlijk hebben veranderd. Bosnië blijft verdeeld in een Servisch en moslim-Kroatisch deel en de moslims en Kroaten hebben in hun deel veelal nog gescheiden instellingen. De grens tussen de twee delen van het land is open, maar de bewoners zijn niet geneigd deze over te steken om als etnische minderheid in hun vroegere woongebied terug te keren. De top is goed voor Sarajevo, zegt Haris Silajdzic, de moslimvoorzitter van het driekoppige presidentschap van het land. Volgens Silajdzic zijn er nog heel wat politieke krachten die blijven dromen van een Groot-Servië. De top maakt een eind aan al die illusies. Het gebouw waar de top wordt gehouden, herinnert nog aan de zorgeloze tijd voordat Joegoslavië uiteenviel. De nieuw opgebouwde Zetra-arena ligt er weer net zo bij als tijdens de Olympische Winterspelen van 1984, met als enige verschil dat de heuvels erboven nu bezaaid zijn met houten en marmeren grafstenen. Vanwege het belang dat het olympisch centrum had voor de bewoners van Sarajevo werd de Zetra-arena tijdens de oorlog een van de voornaamste doelen van de bombardementen en met de grond gelijkgemaakt. Uiteindelijk werd het verwoeste gebouw opgeknapt. Sommige inwoners vinden dat alle moeite en geld beter aan iets anders hadden kunnen worden besteed. Pavle Barac (55) wijst op een gebouw met kapotte ramen op een nabijgelegen heuvel dat vroeger een ziekenhuis was. Misschien hadden ze dat beter eerst weer op kunnen bouwen. |
![]() |