Buitenland16 juli 1999

„Regering heeft misdadigers ingehuurd”

Leden oppositie in
Belgrado mishandeld

BELGRADO – Verschillende activisten van de oppositie zijn gisteren in Belgrado in elkaar geslagen tijdens een petitieactie tegen het bewind van de Joegoslavische president Slobodan Milosevic.

Dragan Kopcalic van de Democratische Partij beschuldigde de neocommunistische coalitie ervan „misdadigers” te hebben ingehuurd om de betogers voor democratie een lesje te leren.

Volgens Kopcalic vond de mishandeling kort voor het middaguur plaats in de woonwijk Nieuw-Belgrado. Bij een kraam die de activisten daar hadden opgezet, zouden twee auto's zijn gestopt van waaruit acht „schurken” tevoorschijn kwamen die meteen begonnen te slaan en te schoppen. Een van de oppositieleden zou met ernstige verwondingen in het ziekenhuis zijn opgenomen.

In een paar dagen tijd hebben al meer dan 20.000 mensen de petitie tegen Milosevic ondertekend bij een van de kraampjes in de hoofdstad. Eerder is al gemeld dat ruim 150.000 mensen in heel Servië de petitie hebben getekend.

Gisteren gingen in Belgrado ook 2000 gepensioneerden de straat op. Ze eisten een hoger pensioen en het aftreden van Milosevic. Hun betoging werd kracht bijgezet door de aanwezigheid van Dragoslav Avramovic, die in Servië immense populariteit heeft verworven door er in 1994, toen hij gouverneur van de nationale bank was, in te slagen de torenhoge inflatie te bedwingen. Avramovic heeft zich nu aangesloten bij de Alliantie voor Verandering, de overkoepelende oppositiebeweging die de petitieactie en de betogingen organiseert.

Partijgenoten van Milosevic in het Servische parlement hebben een reeks decreten bekrachtigd die tijdens de oorlog om Kosovo waren afgekondigd. Verder besloten zij de belastingen te verhogen om de wederopbouw van het land te kunnen financieren. De oppositie had de zitting uit protest verlaten.

Het is niet duidelijk of de decreten, waaronder een verbod voor bijeenkomsten van de oppositie en bijzondere volmachten voor de politie, thans nog van kracht zijn. Volgens regeringsvertegenwoordigers zijn zij met het opheffen van de staat van oorlog op 26 juni dode letter geworden, maar de oppositie vreest dat de bekrachtiging betekent dat de regering de decreten wil gebruiken om haar macht te beschermen.

Referendum
De oppositie staat volgens Zoran Djindjic, de leider van de Democratische Partij, onder grote tijdsdruk. „Milosevic moet voor september zijn afgetreden”, zei Djindjic gisteren in een vraaggesprek met een Duits radiostation. „Als de winter komt krijgen we sociale spanningen en humanitaire rampen. Dan staan niet de democratische doelen, maar andere doelen op de voorgrond.”

De onderhandelingen die vertegenwoordigers van de regeringspartijen van Servië en Montenegro woensdag en gisteren in het Joegoslavische parlementsgebouw hebben gevoerd over een voorstel van Montenegro om de band met Servië losser te maken, zijn zonder resultaat gebleven. Afgesproken is volgende maand verder te praten. Als het overleg mislukt heeft Montenegro gedreigd een referendum uit te schrijven over onafhankelijkheid.