Buitenland18 mei 1999

Van Aartsen: Eerste stap in zeer lang proces

EU biedt Balkanlanden
uitzicht op aansluiting

Van onze buitenlandredactie
BRUSSEL – De Europese Unie biedt de landen op de Balkan op lange termijn perspectief op het lidmaatschap van de EU. Voor Albanië, Bosnië, Kroatië en Macedonië liggen er „nieuwe vormen van samenwerking” in het verschiet, die uiteindelijk zullen resulteren in „de volledige integratie” van deze landen.

Dat hebben de ministers van Buitenlandse Zaken van de huidige vijftien lidstaten gisteren besloten tijdens overleg in Brussel. Zij bereikten een akkoord over een concept voor wat heet „een stabiliteitspact voor Zuidoost-Europa.”

Dat document vormt de basis voor verdere besprekingen tussen de EU en de betrokken naties. Die vinden plaats op een te beleggen conferentie waarvoor ook de VS, Rusland, Turkije en een tiental internationale organisaties worden uitgenodigd. Met name de inbreng van financiële instellingen als de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is van vitaal belang, omdat zij het merendeel van de middelen moeten verschaffen die nodig zijn voor de wederopbouw en het bevorderen van de economische vooruitgang in de regio.

Ook Joegoslavië kan volwaardig deelnemen aan het stabiliteitspact en zou daarmee uitzicht krijgen op aansluiting bij de Unie. Dan dient het echter wel te voldoen aan „de eisen van de internationale gemeenschap.” Dat betekent dat er eerst een vredesregeling moet zijn over Kosovo. De regeringen die het pact ondertekenen verplichten zich, zich in te zetten voor goede betrekkingen met de buren en spanningen en crises te vermijden.

De beoogde overeenkomst bevat geen streefdatum voor toetreding van de Balkanlanden tot de EU. „We hebben nu de eerste stap gezet in een zeer lang proces”, verklaarde minister Van Aartsen na het beraad met zijn collega's. „Het vergt nog veel uitwerking, maar het is belangrijk dat we dit hebben afgesproken. Zonder oorlog was dit niet gebeurd”, aldus de Nederlandse bewindsman.

Tijdsverschil
Hij verwacht geen doorkruising van de onderhandelingen met andere landen uit Midden- en Oost-Europa. Cyprus, Estland, Hongarije, Polen, Slovenië en Tsjechië behoren tot de eerste groep die aan de beurt is om lid te worden. Daarna volgen, zo voorziet het programma, Bulgarije, Letland, Litouwen, Roemenië en Slowakije.

„Er is een duidelijk tijdsverschil”, benadrukte Van Aartsen. „Het lopende proces mag niet in gevaar komen en tegelijk willen we de Balkan een perspectief bieden. Dat vergt van alle partijen veel energie, maar dat is beter en goedkoper dan oorlog voeren.”