Massale betogingen
in Chinese steden

In Chengdu werd de woning van de Amerikaanse consul in brand gestoken en raakte een bewaker van het consulaat gewond toen hij werd getroffen door een steen; bij de Amerikaanse, Britse en Albanese ambassades in Peking werden tal van ruiten ingegooid. Een Amerikaanse vlag met een hakenkruis erop werd in brand gestoken en op een pamflet dat werd uitgedeeld stond dat 1,2 miljard Chinezen bereid zijn om op elk moment als soldaat naar Washington te vertrekken. Anders dan gebruikelijk in China, lieten de autoriteiten de demonstranten op de meeste plaatsen hun gang gaan.

Vanmorgen verzamelden enkele honderden studenten zich voor de derde achtereenvolgende dag bij de ambassades van Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Agenten van de oproerpolitie hielden de demonstranten bij de Britse ambassade tegen. Daarna trokken de betogers naar de vertegenwoordiging van de VS. De politie van Peking heeft de belangrijkste weg in de ambassadewijk voor verkeer afgesloten en houdt nieuwsgierigen op afstand.

Vice-president Hu Jintao riep de bevolking gisteravond in een televisietoespraak op tot zelfbeheersing. Hij zei dat de regering „legale protesten” steunde, maar waarschuwde voor „onruststokers.”

Nederlandse ambassade
De Nederlandse ambassade in Peking heeft geen last van de massale protesten meldde een woordvoerder. Volgens hem zijn er ook geen speciale veiligheidsmaatregelen genomen in verband met de demonstratie in de Chinese hoofdstad.

Andere steden waar werd gedemonstreerd waren Sjanghai, Chengdu, Guangzhou, Xi'an, Shenyang, Nanjing en Changsha. In Hongkong bekogelde een kleine groep demonstranten de Amerikaanse en Britse consulaten met eieren. Ook in Macao, een Portugese enclave aan de Chinese zuidkust die in december aan China wordt overgedragen, werd op kleine schaal gedemonstreerd.

In de Zuid-Chinese stad Guangzhou hebben demonstranten de glazen deuren van het Duitse consulaat ingeslagen, zo meldde de in Hongkong gevestigde zender Cable Television gisteren. Meteen daarop werden de activisten door de politie verjaagd. Een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken in Bonn kon de aanval niet bevestigen.

De Amerikaanse ambassadeur James Sasser, die deze dagen met zijn staf opgesloten zat in de ambassade, zei dat de autoriteiten de demonstranten aanmoedigden en sprak de vrees uit dat de protesten uit de hand zouden lopen.

Sasser gaf gisteren een verklaring uit waarin hij mede namens zijn staf zijn diepe spijt betuigde over het bombardement op de ambassade in Peking en zijn medeleven betuigde met de families van de slachtoffers, drie Chinese journalisten. De Chinese staatsmedia maakten geen melding van de verklaring, noch van de spijtbetuiging die de Amerikaanse president Clinton zaterdag uitsprak.

De twee grootste internationale scholen in Peking maakten bekend dat er vandaag geen les zou zijn. De meeste Amerikaanse en Britse kinderen die in Peking wonen zitten op deze scholen.