NAVO zet
aanvallen op
Joegoslavië voort

Het Joegoslavische staatspersbureau Tanjug maakte gisteren bekend dat de NAVO clusterbommen had afgegooid op militaire doelen in Djakovica in West-Kosovo. Volgens Tanjug hebben de bommen grote schade aangericht en een vluchtelingenstroom uit het gebied op gang gebracht. Verdere bijzonderheden waren nog niet voorhanden.

Zaterdag zijn duizenden Kosovaren uit het zuidwesten van de provincie in Albanië aangekomen. Sommigen vertelden door de Serviërs te zijn verdreven, anderen zeiden te zijn gevlucht voor hevige gevechten tussen het Bevrijdingsleger voor Kosova (UCK) en de Servische politie.

Zaterdagavond vuurden NAVO-vliegtuigen raketten af op de Kosovaarse regio Decani. Het UCK probeert daar naar eigen zeggen een corridor te openen voor de aanvoer van strijders, wapens en andere voorraden uit Albanië. Tanjug meldde dat later ook raketten waren afgevuurd op doelen in Noord-Kosovo, bij Gnjilane.

In het centrum van Kragujevac, 100 kilometer ten zuiden van Belgrado, werd een kazerne van het Joegoslavische leger getroffen, meldde het onafhankelijke persbureau Beta. Twintig personen zouden daarbij gewond zijn geraakt, van wie één ernstig. Bij Kraljevo in Midden-Servië werd een treinstation geraakt en twee raketten werden afgevuurd op de snelweg tussen Belgrado en Nis.

Ooggetuigen zeiden dat een raket zaterdag een brug had getroffen in Nis, waar daags tevoren vijftien doden en zestig gewonden waren gevallen bij een aanval met clusterbommen. De brug, over de rivier de Nisava, raakte zwaarbeschadigd, maar stortte niet in. Burgemeester Zoran Zivkovic van Nis zei dat de ramen van het Griekse consulaat bij de aanval waren gesneuveld en het dak beschadigd.

Tanjug meldde aanvallen op een verbindingsstation van de televisie op de berg Rudnik, 70 kilometer ten zuiden van Belgrado, en een communicatietoren op de berg Kosmaj, 20 kilometer ten zuiden van de hoofdstad. Andere aanvallen waren gericht tegen een landbouwcomplex bij Kovacica, 15 kilometer ten noorden van Belgrado, een postkantoor in Uzice, 125 kilometer ten zuidwesten, en –voor de negende maal– op de industriestad Valjevo, 75 kilometer ten zuidwesten van Belgrado. Bij de laatste aanval werd een bejaarde inwoner gewond.

Mensenrechten
De hoge commissaris voor de mensenrechten van de Verenigde Naties, Mary Robinson, zei gisteren dat de mensenrechten „zeer duidelijk” worden geschonden in Kosovo. Ze had naar verhalen geluisterd van vluchtelingen in Montenegro. Robinson verzekerde dat het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag uitgebreid over de schendingen zal worden geïnformeerd.

Intussen heeft de Albanese regering verklaard desnoods een miljoen vluchtelingen uit Kosovo te willen opnemen. Met de nieuwe stroom ontheemden van deze weekwisseling en het dichthouden van de grens door Macedonië is dit aanbod niet irreëel.

De speciale gezant van de UNHCR noemde deze weekwisseling het onvoorstelbaar grote aantal van een miljoen vluchtelingen. McNamara zei dat hoge Albanese functionarissen hem dit hebben toegezegd. „Ze zeiden dat Tirana zoveel vluchtelingen opneemt als nodig is, desnoods een miljoen”, aldus McNamara tegen een verslaggever van CNN. Albanië heeft 3,3 miljoen inwoners.

Deze weekwisseling kwamen weer zo'n 15.000 vluchtelingen in Noord-Albanië aan. Opnieuw zorgden zij voor het trieste beeld van een oneindig lijkende kilometerslange stroom ontheemden, die lopend of gezeten op karren en tractoren met nauwelijks enige bezittingen naar de grens trekken. De Kosovaren konden zich in de kampen rond Kukes voegen bij de ruim 100.000 landgenoten die daar al bivakkeren. In totaal telde Albanië volgens de UNHCR gisteren inmiddels 413.000 vluchtelingen.

De UNHCR verklaarde gisteren geen geld meer te hebben voor de opvang van de Kosovaren. Volgens speciaal gezant McNamara hebben veel regeringen onvoldoende bijgesprongen met giften. „De kosten voor de operatie zijn begroot op 300 miljoen gulden. Daarvan hebben we slechts de helft gekregen. We kunnen geen dekens, kleding en tenten kopen. Sinds donderdag is de kas leeg.”

Onder de wanbetalers zijn regeringen van Europese landen als Groot-Brittannië, Frankrijk, Italië. Hun bijdragen blijven volgens de UNHCR ver onder de 2 miljoen gulden. De VN-organisatie prijst daarentegen Denemarken en Nederland, die elk 7 miljoen gulden overmaakten.