Buitenland7 mei 1999

„Alle Servische eenheden uit Kosovo weg”

Rugova wil NAVO bij
vredesmacht betrekken

Van onze buitenlandredactie
ROME – De gematigde Kosovaarse leider Ibrahim Rugova vindt dat NAVO-troepen onderdeel moeten uitmaken van een eventuele vredesmacht in Kosovo. Daarmee schaart hij zich achter de eisen van de Verenigde Staten en Europa.

„Een duidelijke en noodzakelijke voorwaarde voor de terugkeer van de vluchtelingen is de inzet van een internationale macht in Kosovo inclusief de NAVO en andere landen”, aldus Rugova gisteren tijdens een persconferentie.

Maar hij maakte ook een verzoenend gebaar naar de Joegoslavische president Slobodan Milosevic. Rugova zei dat er nog steeds met Milosevic valt samen te werken aan de uitvoering en handhaving van een vredesakkoord.

„Voor mijn vertrek (naar Rome) sprak ik in Belgrado met Milosevic en andere regeringsvertegenwoordigers om een klimaat van vertrouwen te kweken. Ik denk dat we nu een goede basis hebben om een vreedzame oplossing voor de tragedie in Kosovo te vinden”, zei Rugova.

Rugova was eergisteren samen met zijn familie onverwacht vanuit Joegoslavië in Rome aangekomen. Het bleef echter lang onduidelijk of er familieleden achtergebleven waren. Hierdoor waren er twijfels of de etnische Albanees vrijuit kon spreken. Tijdens de persconferentie was het niet mogelijk om Rugova daarover vragen te stellen. Van tevoren was bepaald dat alleen enkele Italiaanse journalisten aan het woord mochten komen. Hun vragen wierpen echter geen nieuw licht op de zaak.

Maar later in de avond zeiden regeringsbronnen dat Rugova Joegoslavië met zijn hele familie had verlaten. „Ze zijn allemaal hier. Er wordt niemand gegijzeld door Milosevic”, aldus een van de bronnen.

Een andere bron meldde dat de Albanese leider de indruk maakte meer achter de NAVO dan achter Milosevic te staan. Eerder in het conflict had Rugova de NAVO-bombardementen veroordeeld, maar in het Westen werd vermoed dat hij dat onder Servische druk had gezegd.

Verrader
Tijdens de persconferentie gisteren voerde met name de Italiaanse premier Massimo D'Alema het woord. Hij zei dat de vrede dichterbij dan ooit was, maar gaf verder geen details over Rugova's komst naar Rome. De Albanese leider zelf zei niets over zijn plannen voor de komende dagen. Hij benadrukte herhaaldelijk hoe belangrijk het was dat alle vluchtelingen zo spoedig mogelijk terug konden keren.

„Ik hoop dat nu de voorwaarden gecreëerd kunnen worden voor het volk van Kosovo, dus voor zowel de Albanezen als de Serviërs, om terug naar huis te kunnen gaan”, aldus Rugova.

Hij zei verder dat het radicale Bevrijdingsleger van Kosova (UCK), dat hem eerder een „verrader” had genoemd, ook in het vredesproces betrokken moet worden. „Iedereen in Kosovo wil meewerken aan een vreedzame oplossing, ook het UCK”, zei Rugova.