Buitenland29 april 1999

Nieuwe Servische zuiveringscampagne

Vluchtelingen
vertellen over
massamoord

BLACE – Uit verhalen van vluchtelingen die gisteren in Albanië zijn aangekomen valt op te maken dat er een nieuwe massamoord heeft plaatsgehad in de omgeving van Djakovica in het zuidwesten van Kosovo. Er zou sprake zijn van enkele tientallen tot honderd doden.

De vluchtelingen, vooral vrouwen, kinderen en ouderen, hadden een tocht van 20 kilometer gemaakt in auto's, boerenkarren en tractoren of te voet. Sommigen vertelden dat Servische militairen dinsdag in het dorp Meja voertuigen hadden aangehouden en de mannen onder hen hadden meegenomen. Vluchtelingen die later op de dag door het dorp waren gereden zeiden dat ze meer dan honderd dode mannen hadden zien liggen.

Het lijkt erop dat de Serviërs een nieuwe zuiveringscampagne uitvoeren in de westelijke regio Djakovica. Woordvoerder Kris Janowski van het UNHCR zei dat de verhalen van de vluchtelingen aangeven dat er de afgelopen dagen in Djakovica veel meer mensen zijn vermoord dan bij eerdere aanvallen van paramilitairen. Sinds het begin van de luchtacties van de NAVO hebben eenheden van het leger en de speciale politie van Joegoslavië minstens vierduizend Kosovaren vermoord. Dit beweert het Amerikaanse ministerie van Defensie, dat zegt zich te baseren op verklaringen van vluchtelingen.

Honger als wapen
Voor het eerst werd er gisteren ook melding gemaakt van etnische zuiveringen in Servië buiten Kosovo. Vluchtelingen in grensdorpen zeiden dat politie- en legereenheden waren begonnen met het verdrijven van de etnisch Albanese bewoners van dorpen rond Presevo, een grote stad niet ver van de grens met Macedonië, en de stad Bujanovac. Velen van deze nieuwe vluchtelingen trokken naar Macedonië via onbegaanbare bergpassen en belandden in gebieden waar zij verstoken zijn van iedere hulp.

Het Macedonische ministerie van Defensie meldde dat gisterochtend aan de Joegoslavische zijde van de grens vijf vluchtelingen op mijnen waren gelopen en omgekomen. Het incident zou zich hebben voorgedaan op zo'n 70 kilometer ten noordoosten van Skopje.

Ook zouden de Serviërs nu de honger als wapen gebruiken. De toegang tot voedsel is in grote delen van Kosovo voor etnische Albanezen afgesneden, zeiden vluchtelingen. De enkele winkel die nog open is, verkoopt uitsluitend aan Serviërs of tegen woekerprijzen.

In Albanië dreigt de situatie bij Kukes uit de hand te lopen. De directeur humanitaire zaken van de Europese Commissie, Alberto Navarro, noemde op de Spaanse televisie de evacuatie van vluchtelingen uit het kamp bij Kukes een topprioriteit. Gevreesd wordt dat er wapens circuleren onder de 120.000 vluchtelingen. Ook zou het Bevrijdingsleger van Kosova (UCK) er mannen rekruteren en loopt het kamp het risico dat het door het Joegoslavische leger wordt aangevallen.

Spanningen
Het UNHCR waarschuwde ondertussen dat in de overvolle kampen in Macedonië rellen kunnen uitbreken omdat de spanning hoog oploopt. „Als we vandaag nog een stuk of twee treinen en een paar bussen met vluchtelingen binnenkrijgen, wordt de toestand in de kampen echt afschuwelijk”, zei Janowski in Genève. „Het is nu voor de vluchtelingen een kwestie van leven of dood.”

De Macedonische regering zegt geen nieuwe vluchtelingen meer aan te kunnen. Het UNHCR hoopt de evacuatie van vluchtelingen uit Macedonië naar elders in Europa op te kunnen voeren naar tweeduizend mensen per dag. De Franse ambassadeur in Macedonië, Jacques Huntzinger, deed op de Franse televisie een oproep om een „humanitaire corridor” te vormen om de vluchtelingen te helpen uit Kosovo weg te komen. Hij noemde de toestand in de Macedonische kampen „zeer kritiek.”