Buitenland26 april 1999

Van anti-Amerika-activist tot NAVO-chef

Nog altijd moeite
met het woord oorlog

Door J. Duijvestijn
MADRID – De man die veel in het nieuws is als het over Kosovo gaat, heet Javier Solana. Welke mens schuilt er achter het boegbeeld van de alliantie? NAVO-chef Javier Solana Madariaga (1942, Madrid) verklaarde nog niet zo heel lang geleden dat „een gerechtvaardigde oorlog niet bestaat.” Nu denkt hij er anders over.

In het begin van de jaren tachtig was hij radicaal gekant tegen de toetreding van Spanje tot de NAVO. „NAVO, nee, geen Yankees in Spanje!” schreeuwde hij, samen met duizenden medestanders, in de straten van Madrid. Nu doet hij dit verleden af als „een anti-franquistische tik” en betitelt hij het als een jeugdzonde, al was hij toentertijd de veertig al gepasseerd.

Wie Solana vraagt naar deze radicale ommezwaai –van anti-Amerika-activist tot secretaris-generaal van het orgaan dat als geen ander de macht van de Verenigde Staten symboliseert– krijgt te horen dat een ieder het recht heeft om van mening te veranderen. „Ik vind het niet erg als ik word herinnerd aan dit verleden”, zo vertelde hij onlangs aan de Spaanse krant El Pais, „het vormt een deel van mijn biografie. Keynes was een briljant econoom en een zeer intelligent mens. Ook hij werd er regelmatig van beschuldigd van mening te veranderen en antwoordde dan altijd: Ik verander van mening wanneer ik denk dat ik me vergis. Wat doet u als u denkt dat u zich vergist? Ook ik heb mij vergist. Niet vaak in mijn leven, maar in dit geval wel.”

Sporen
Sporen van zijn verleden als vredesactivist zijn nu alleen nog terug te vinden in zijn omzichtige formuleringen. Zo zul je uit zijn mond het woord oorlog niet horen komen in verband met de NAVO. In zijn openingsspeech als secretaris-generaal roemde hij het verleden van de NAVO als een „defensieve organisatie geconfronteerd met een ander machtsblok, die nimmer iemand heeft aangevallen.”

En al heeft hij zelf met de NAVO-aanval op Joegoslavië een einde gemaakt aan dit verleden, het woord oorlog komt nog steeds niet uit zijn mond. „Wij zijn niet in oorlog met Joegoslavië”, zo stelde hij dezer dagen, „we beogen dat Milosevic de mensenrechten van de Albanezen in Kosovo respecteert. In die zin is er eerder sprake van een vredesoperatie.” Solana is –in tegenstelling tot de meeste politici– wetenschapper. Hij is hoogleraar natuurkunde, al heeft hij al 20 jaar niets meer gedaan op zijn vakgebied. In 1963, tijdens de dictatuur van Franco, werd hij van de universiteit gestuurd vanwege zijn politiek activisme. Het jaar daarop werd hij lid van de jongerenafdeling van de socialistische partij PSOE, de partij waar hij tot de dag van vandaag nog lid van is.

Nadat hij van de universiteit was gestuurd, vertrok Solana naar Nederland om Engels te studeren en te werken bij Philips als wetenschappelijk onderzoeker. Later zette hij zijn studies voort in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten, alvorens in 1971 terug te keren naar Spanje. Daar werd hij in 1977 parlementslid en was hij vanaf 1982 minister in drie opeenvolgende socialistische regeringen.

Veel reizen
Het eerste wat Solana als secretaris-generaal van de NAVO deed was reizen. Veel reizen. In 1 maand bezocht hij meer dan veertig landen. „Het is belangrijk dat je goede contacten onderhoudt met alle landen die deel uitmaken van de NAVO. Dat je de NAVO tastbaar maakt voor deze landen en de organisatie een gezicht heeft”, aldus Solana. Deze reizen hebben hem ook als persoon geraakt, zo heeft hij meermalen verteld in interviews. „Ik herinner me in het bijzonder een conversatie met de president van Oekraïne in zijn huiskamer. Het was moeilijk te geloven dat deze man, die directeur was geweest van de fabriek die de meest verschrikkelijke nucleaire wapens van de Sovjet-Unie produceerde, nu bezig was van zijn land een democratie te maken. Dat raakt me ook als mens.”

Het was vooral Oost-Europa dat de agenda van Solana bepaalde. Als secretaris-generaal van de NAVO werd hij geconfronteerd met drie grote uitdagingen: de pacificatie van Bosnië, de uitbreiding van de NAVO met Oost-Europese landen en het verbeteren van de betrekkingen met Rusland. Het akkoord met Rusland, in mei 1997, is voor hemzelf zijn grootste triomf aan het roer van de NAVO.

Zijn medewerkers zien drie belangrijke redenen voor de successen van Solana als secretaris-generaal: zijn talent om de nieuwe NAVO te symboliseren, zijn capaciteit om mensen tot elkaar te brengen en zijn toegankelijkheid. Want hij heeft meer gedaan dan het geven van een gezicht aan de NAVO – hij heeft de organisatie ook veranderd. Onder zijn leiding transfomeerde de NAVO –zoekend naar een bestaansreden na de val van de Berlijnse Muur– van een defensieve organisatie in een politiemacht die de democratie en mensenrechten beschermt op mondiaal niveau. Een rol die goed afliep in Bosnië-Herzegovina, maar in het conflict in Kosovo heeft geleid tot de noodzaak voor het eerst een soevereine staat aan te vallen.

Consensus
Niemand, zelfs zijn politieke vijanden niet, ontzeggen Solana zijn talent voor het creëren van consensus. „Hij heeft zijn functie vanaf het begin met enorm veel enthousiasme en energie aangepakt en hij heeft zijn persoonlijkheid, politieke instinct en talent voor het bereiken van compromissen optimaal uitgebuit. In uiterst complexe situaties komen deze talenten het best tot hun recht, hij weet dan vaak wat de beste weg is om te volgen”, meent bijvoorbeeld voormalig minister van Buitenlandse Zaken van de Verenigde Staten Warren Christopher.

Javier Solana is toegankelijk. Hij praat met iedereen. Uren per dag zit hij aan de telefoon, pratend met staatshoofden, diplomaten en journalisten. Per jaar geeft hij honderden interviews. Tijdens de crisis van Kosovo verschijnt hij live bij CNN, maar net zo makkelijk geeft hij een telefonisch interview aan een kleine radio-omroep in Hongarije of is hij te gast bij het Russische journaal. Hij houdt van publiciteit, maar dat wil niet zeggen dat hij ook nieuws maakt – normaal zorgt hij ervoor dat hij meer informatie inwint dan dat hij uit handen geeft, volgens zijn medewerkers. „Voor Solana is het geïnformeerd zijn bijna een obsessie en hij weet die informatie ook goed te gebruiken; hij heeft een open en transparante uitstraling en dat is volgens hem van fundamenteel belang in de nieuwe NAVO”, aldus een van hen. Hij is een kei in het onderhouden van zijn relaties en hij begrijpt bijvoorbeeld dat het voor een goede relatie met Clinton ook belangrijk is goed overweg te kunnen met zijn vrouw Hillary, met wie hij een warme vriendschap onderhoudt.

Vooral in Spanje wordt Solana ervan beschuldigd te veel naar het pijpen van de Verenigde Staten te dansen. Zelf vindt hij dat onzin. „In deze eeuw moesten de Amerikanen drie keer naar Europa komen om ons te helpen bij het verdedigen van de waarden die wij samen delen”, antwoord hij steevast op deze beschuldigingen. Om daaraan toe te voegen dat „de Verenigde Staten nu eenmaal veel meer middelen en vermogen hebben dan alle Europese landen samen om de huidige functie van de NAVO kracht bij te zetten.” Clinton is op zijn beurt erg blij met Solana. Dat bleek bijvoorbeeld onlangs toen zijn naam werd genoemd als president van de Europese Commissie. Clinton hing meteen aan de telefoon om te vragen wat er waar was van deze geruchten, en hem duidelijk te maken dat een eventuele verhuizing binnen Brussel door hem niet op prijs zou worden gesteld.

Humeur
Ondanks zijn sociale, vriendelijke en menselijke imago bij de buitenwereld, staat Solana binnen de NAVO bekend als een hard man, met wie niet valt te spotten. „Laten we zeggen dat het iemand is die er niet van houdt te wachten. Als hij iets vraagt, dan wil hij dat ook onmiddellijk”, vertelde een medewerker. „Maar dat wil niet zeggen dat het een dictator is, zoals sommige andere collegae hebben opgemerkt in de pers.” Volgens Solana zelf heeft hij deze faam te danken aan zijn afkeer van hypocrisie. „Als ik een slecht humeur heb, laat ik dat ook zien. Wanneer ik woedend ben, dan steek ik dat niet onder stoelen en banken, evengoed als ik excuses vraag wanneer ik denk dat dit het juiste is. Wat dat betreft ben ik een open boek – mijn gevoelens zijn voor een ieder te zien.”

Het leven in Brussel bevalt Solana matig („Het is natuurlijk een cliché, maar ik mis elke dag de zon en het licht van Spanje”). Alle ellende waar hij door zijn werk mee geconfronteerd wordt, heeft hem niet veranderd („Ik ben absoluut geen triest persoon. Over het algemeen voel ik me opgewekt, al heb ik mijn hele leven al last van melancholische buien”). En al is hij de hele dag omringd door mensen, eenzaamheid is voor hem geen onbekend begrip („Er zijn mensen met wie je tijd doorbrengt, maar die je eenzaamheid niet wegnemen. Soms voel ik me eenzamer met mensen om me heen dan wanneer ik alleen ben. Ik voel me vaak eenzaam omringd door mensen”).

Zijn wetenschappelijke opleiding heeft een beslissende stempel gedrukt op Solana's persoonlijkheid, zo blijkt uit talloze interviews. „De liefde is, net als het leven in het algemeen, niet meer dan natuurkunde en chemie”, zo meent hij. „Wat is de liefde? Aminozuren die bewegen, chemische reacties. Wij mensen zijn uiteindelijk niet meer dan een wonderlijk evenwicht tussen koolhydraten, water, elektronen en protonen.” Zo op het oog een 'levensfilosofie' die niet strookt met zijn uiterlijke verschijning. Of, zoals zijn broer Luis over hem zegt: „Javier is warm vanbuiten en koud vanbinnen.”