Montenegro strijdt
om machtsbehoud

Eerder veroordeelde de Montenegrijnse regering het „suïcidale” Kosovo-beleid van de Joegoslavische president Milosevic. Milosevic heeft de legerleiding in Montenegro vervangen door loyale bevelhebbers, wat de vrees deed toenemen dat hij wil proberen de regering ten val te brengen. De ex-president van Montenegro, Momir Bulatovic, is op de hand van Milosevic en wil zijn post in Podgorica terug. Bulatovic en Milosevic konden voor de NAVO-aanvallen in Montenegro rekenen op de trouwe steun van naar schatting de helft van de 650.000 Montenegrijnen. Bulatovic en Milosevic kunnen ervan uitgaan dat hun aanhang in de lift zit en dat het tijd is om met Djukanovic af te rekenen.

De NAVO maakt zich volgens een zegsman gisteren „grote zorgen” over Milosevic' sluipende machtsovername in Montenegro, maar kan weinig doen. De politiek in Montenegro wordt echter net als elders in de regio sterk bepaald door clanachtige structuren. De clan van Djukanovic heeft veel politieagenten achter zich en die zijn goed bewapend. Hetzelfde geldt voor de tegenstanders van Djukanovic, die hun soldaten en reservisten goed bewapenen. De clangeest en de grote hoeveelheid wapens in omloop voorspellen weinig goeds voor dit conflict tussen de prowesterse vernieuwers en de behoudende socialistische garde van Momo en Milosevic.

Politie
De spanning is deze week verder opgelopen door de weigering van Djukanovic om in te gaan op de eis van het Joegoslavische leger dat de Montenegrijnse politie onder bevel van Belgrado wordt geplaatst. „Het is uitgesloten dat het ministerie van Binnenlandse Zaken onder het gezag van het Joegoslavische leger komt”, aldus de president. „Dat is een onaanvaardbaar voorstel.”

De Britse premier Tony Blair heeft de Joegoslavische president Milosevic afgeraden de macht over te nemen in Montenegro. „Wij hebben de regering in Montenegro laten weten dat wij haar steunen”, aldus de premier in een toespraak tot het Britse parlement.

Militairen hebben zondag volgens de Montenegrijnse regering Albanese vluchtelingen vermoord. Podgorica eist de vervolging en berechting van de daders. Het Joegoslavische leger sprak deze beschuldigingen gisteren tegen.

Volgens het Joegoslavische leger ging het om vier „terroristen” van het Kosova Bevrijdingsleger (UCK). Zondag bezette het Joegoslavische leger enkele Montenegrijnse dorpen, maar na 2 dagen trokken de militairen zich weer terug. Volgens het Amerikaanse ministerie van Defensie was het leger begonnen etnische Albanezen te verdrijven. Enkele honderden leden van de Albanese minderheid in Montenegro zijn naar Albanië gevlucht uit angst voor „etnische zuiveringen” door Servische eenheden. Dat heeft een woordvoerder van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR bevestigd.