Albanese en Servische eenheden beschieten elkaarPartijkantoor van Milosevic getroffenVan onze buitenlandredactie BELGRADO Bij nieuwe luchtaanvallen van de NAVO is de afgelopen nacht het kantoor van het centraal comité van de Joegoslavische communistische partij getroffen door meerdere kruisraketten. Na de inslag brak brand uit in het pand, dat midden in Belgrado ligt. Het twintig verdiepingen tellende gebouw telt ook een aantal kantoren van Milosevic' partij SPS. Verder huisvest het pand het radiostation Kosava, dat eigendom is van de dochter van Milosevic, Maria. In het gebouw zijn ook enkele bedrijfjes ondergebracht en het televisiestation Pink. Dat is nauw betrokken bij de organisatie van anti-NAVO-concerten en bijeenkomsten die op de bruggen in Belgrado worden gehouden. Volgens ooggetuigen waren er ten minste vijftien mensen in het USCE-gebouw aanwezig op het moment van de inslag. Ook bombardeerde de alliantie in de tweede stad van Servië, Novi Sad, de laatste brug over de Donau. Dat hebben de Servische televisie en het officiële Joegoslavische persbureau Tanjug gemeld. Eerder werden twee andere bruggen in Novi Sad door kruisraketten vernietigd. Daardoor was al geen scheepvaart meer mogelijk tussen Centraal-Europa en de Zwarte Zee. Inwoners van Novi Sad hebben ook op deze brug een menselijk schild gevormd om de NAVO van aanvallen te weerhouden. Tanjug zei niet of er tijdens de aanval iemand op de brug aanwezig was. Ook de steden Valjevo, Kraljevgo, Pristina en Novi Slankamen werden aangevallen. In Valjevo zou een fabriek voor de tweede opeenvolgende nacht doelwit zijn geweest van NAVO-bommen. Naast de Krusik-fabriek is ook een woonwijk getroffen, zo berichtte de Servische staatstelevisie RTS. Het was de 28e opeenvolgende dag van NAVO-acties in Joegoslavië. Gevechten In Kosovo zijn gevechten gemeld tussen etnisch Albanese rebellen en het Servische leger. Volgens de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) zijn vijftien gewonde soldaten van het Bevrijdingsleger van Kosova (UCK) naar een ziekenhuis vlak over de grens in Albanië gebracht, samen met de stoffelijke resten van twee andere rebellen. Albanese en Servische eenheden hebben elkaar aan de grens tussen beide landen beschoten. Volgens de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) zijn de Serviërs niet de grens overgegaan. Albanese militaire bronnen hebben volgens de OVSE bevestigd dat het leger van Albanië bij het incident was betrokken. Eén Albanese soldaat zou gewond zijn geraakt. Het vuurgevecht is de eerste tussen beide legers sinds de start van de crisis in Kosovo. Het kwam eerder tot schermutselingen aan de Albanese grens tijdens een schotenwisseling tussen Servische eenheden en Albanese grenswachten en UCK-strijders. De Britse premier Tony Blair zei gisteren dat de 4 weken durende luchtcampagne een duidelijke uitwerking begint te krijgen op de Joegoslavische oorlogsmachinerie: de helft van de Mig-29's, een kwart van de Mig-21's en 30 procent van de Super Galebs van de Joegoslavische luchtmacht zouden zijn vernietigd. Blair noemde de luchtcampagne een gerechtvaardigde zaak en zei: het zal ons lukken te winnen. De NAVO heeft verklaard de aanvallen nog verder te kunnen intensiveren als de 24 Apache-helikopters die Washington naar Albanië heeft gestuurd eenmaal ter plaatse zijn. De Apaches werden gisteren op de luchthaven van de Albanese hoofdstad Tirana verwacht. Met de helikopters kwamen ook zevenhonderd man paratroepen mee, die de Apaches moeten beschermen. De Apaches moeten samen met mobiele, meervoudige raketlanceerinstallaties Joegoslavische tanks en pantserwagens uitschakelen; de totale eenheid zal drieduizend Amerikaanse militairen omvatten. |