Buitenland20 april 1999

VS: Duizenden mannen verdwenen

Vluchtelingen massaal
op drift in Kosovo

Van onze buitenlandredactie
BRUSSEL – De NAVO zegt dat er op dit moment in Kosovo op vijf plekken grote aantallen vluchtelingen worden samengedreven. Het zou gaan om in totaal 850.000 mensen. Generaal Marani bevestigde gisteren dat het Joegoslavische leger onverminderd doorgaat met het verdrijven van etnische Albanezen uit Kosovo.

De alliantie maakte ook melding van grootschalige troepenbewegingen in Kosovo. In de afgelopen weken zouden zeker 8000 nieuwe Joegoslavische soldaten naar Kosovo zijn gestuurd. In totaal zouden er nu zo'n 40.000 soldaten zitten, gesteund door ongeveer 300 tanks.

Volgens Marani zitten er zo'n 100.000 vluchtelingen ten oosten van Urosevac en een kwart miljoen tussen Vucitrn en Podujevo, in het noorden van de provincie. Noordelijk van Pec, bij de Albanese grens, bevinden zich nog eens 175.000 vluchtende Kosovaren. Tussen Komorane en Djakovica zijn 200.000 vluchtelingen samengedreven en in de omgeving van de hoofdstad Pristina en Stimlje, in het midden van Kosovo, nog eens 125.000 mensen.

Aangenomen wordt dat al deze vluchtelingen een tekort aan voedsel hebben. Maar de NAVO zegt dat er geen veilige manier is om deze mensen van hulpgoederen te voorzien. Laagvliegende, trage vrachttoestellen zijn een makkelijke prooi voor Servisch afweergeschut.

Vermoord
Washington meldt dat er op dit moment ten minste honderdduizend en mogelijk vijfhonderdduizend Kosovaarse mannen zijn verdwenen. Gevreesd wordt dat zij zijn vermoord door de Serviërs. Woordvoerder Rubin van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dat hij zijn schatting baseert op het aantal mannen dat niet met de vrouwen en kinderen is meegevlucht naar de buurlanden.

„Als wij afgaan op gebeurtenissen uit het verleden slaat je de angst om het hart als je je afvraagt waar die honderdduizend mannen zouden kunnen zijn. Wij weten het niet. Wat wij wel weten is dat burgerslachtoffers het doel zijn van het beleid van president Milosevic”, aldus Rubin.

Een rapport van zijn ministerie over de ”etnische schoonmaak” spreekt van „een minimum van honderdduizend vermiste mannen, als alleen gekeken wordt naar de mannen die niet bij hun familie in de buurlanden zijn, tot bijna 500.000 als de berichten over massale scheiding van mannen van vrouwen onder de vluchtelingen binnen Kosovo op waarheid berusten”.

NAVO-woordvoerder Shea zei dat Belgrado een „antihumanitaire corridor” heeft gemaakt tussen Podujevo (Noord-Kosovo) en Pristina. Tienduizenden vluchtelingen zijn verplicht daar binnen 24 tot 48 uur lopend doorheen te trekken. Na aankomst in Pristina volgt volgens de alliantie verder vervoer per trein of bus naar de grens met Macedonië.

Opgedroogd
Wat de Serviërs nu precies met de vluchtelingen voor hebben is onduidelijk. Nu eens wordt de grens met Albanië of Macedonië geopend, dan weer wordt zij gesloten. Bij de voornaamste grenspost in Blace reden gisteren twee tractoren met aanhangwagens vol vluchtelingen terug de bergen in.

De tweede man van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, Gerald Walzer, is gisteren naar Macedonië gegaan om bij de autoriteiten aan te dringen de grens open te houden en hulp te bieden bij het doorsturen van de vluchtelingen naar elders. „Maar er is geen enkele manier waarop wij de Serviërs kunnen beïnvloeden dit onzichtbare gordijn op te trekken en de mensen te laten vluchten”, zei Janowski.

De vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties zei gisteren dat de Joegoslavische autoriteiten Kosovaren verhinderen de provincie te verlaten. Woordvoerder Janovski zei in Genève dat de laatste stroom vluchtelingen uit Kosovo in de nacht van zondag op maandag was opgedroogd en dat er niemand meer de grens met Albanië, Macedonië of Montenegro oversteekt. Volgens hem is het onwaarschijnlijk dat de vluchtelingen, die volgens hem in doodsangst Kosovo ontvluchten, uit zichzelf rechtsomkeert hebben gemaakt.

In Albanië zijn volgens de UNHCR inmiddels zo'n 460.000 vluchtelingen aanwezig. In totaal worden momenteel meer dan 200.000 mensen opgevangen door Macedonië en Montenegro. De organisatie rekent erop dat mogelijk nog honderdduizenden mensen de Joegoslavische provincie zullen ontvluchten, omdat de autoriteiten daar bezig zijn met een etnische zuivering.

Vluchtelingenkampen
De hoge commissaris voor de vluchtelingen van de UNHCR, Sadako Ogata, wil dat de vluchtelingenkampen in Macedonië en Albanië verder van de grens met Kosovo komen te liggen. Ze schrijft vandaag in de Britse krant Financial Times dat het „conflict zich over de grenzen begint te verspreiden en bijdraagt aan de onveiligheid van de vluchtelingen die in de grensgebieden zijn ondergebracht.”

„De vluchtelingenkampen moeten op een behoorlijke afstand van de grens met Kosovo neergezet worden en een strikt humanitair karakter hebben. Er mogen geen gewapende groepen in of in de buurt van de kampen zijn”, aldus Ogata.

Ogata zegt dat de UNHCR klaar is om Kosovo binnen te gaan om daar de nog aanwezige vluchtelingen hulp te bieden als de Servische troepen worden teruggetrokken en er een internationale troepenmacht aanwezig is.