Buitenland10 april 1999

„West-Europa moet vluchtelingen opvangen”

Macedonië zal mensen
uit Kosovo niet weren

Van onze buitenlandredactie
SKOPJE – De hoge commissaris van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR, Ogata, heeft gisteren bekendgemaakt dat de Macedonische overheid haar heeft verzekerd dat de grenzen met Kosovo openblijven voor vluchtelingen. Ook heeft de regering beloofd de vluchtelingen niet langer te verplichten in het buitenland onderdak te vinden.

Het is de laatste dagen voorgekomen dat de Macedonische regering iets dergelijks beloofde, terwijl het uiteindelijk niet werd uitgevoerd. Het land lijkt overgeleverd aan de grillen van de politie en het leger, die er in de praktijk zo hun eigen regels op na houden. De afgelopen week werden, ondanks toezeggingen aan de Nederlandse minister Herfkens, diverse keren vluchtelingen aan de grens met Kosovo tegengehouden en teruggestuurd naar Kosovo.

Ook is volgens de UNHCR een groep van ongeveer 10.000 Albanese Kosovaren vanuit kampen in Macedonië met bussen naar Albanië gereden zonder dat de vluchtelingen daar zeggenschap in hadden. De Macedonische overheid heeft verder geprobeerd een groep van 5000 vluchtelingen de grens met Griekenland over te zetten. Toen dit land weigerde mensen op te nemen, zijn de gevluchte Kosovaren in Albanië afgeleverd.

Hoewel de Macedonische overheid steevast ontkent bang te zijn voor een verstoring van het evenwicht tussen Albanezen en Macedoniërs in het land, blijkt haar handelwijze vooral daardoor ingegeven. Het land, dat ongeveer 2 miljoen inwoners telt van wie ruim een kwart Albanees is, heeft in korte tijd 125.000 vluchtelingen te verwerken gekregen. Ook Ogata maakte gisteren weer bekend dat de Macedonische regering haar heeft verzekerd niet bang te zijn voor de toename van het aantal Albanezen en de eventuele gevolgen voor de relatie tussen beide bevolkingsgroepen.

Ogata maakte in haar toespraak ook bekend dat de UNHCR in de eerste instantie geen blaam treft voor de onbeholpen opvang van vluchtelingen. Dagenlang liet de Macedonische overheid ongeveer 70.000 vluchtelingen op elkaar gepakt aan grenspost Jankovic aan hun lot over. Tientallen mensen, voornamelijk ouderen en kinderen, vonden onder erbarmelijke omstandigheden de dood.

Gisteren is de Macedonische overheid begonnen met het opruimen van het gebied in de vallei tussen Macedonië en Kosovo waar de tienduizenden vluchtelingen hebben gebivakkeerd. Met bulldozers zullen werklui nog wel enkele dagen bezig zijn de achtergelaten kleding en de provisorische tentjes te verwijderen.

West-Europa
Landen in West-Europa, zoals Nederland, zullen vluchtelingen uit Kosovo moeten opvangen. Ondanks het „zeer genereuze” aanbod van Albanië om 100.000 verdrevenen extra onderdak te geven, zal de Europese Unie er niet aan ontkomen asielzoekers op te nemen, zegt de UNHCR.

Hoewel Albanië niet zoals Macedonië het probleem van etnische spanningen kent, is het wel politiek zeer kwetsbaar. Het concentreren van alle vluchtelingen in dit armste land van Europa is onmogelijk en kan gemakkelijk tot destabilisatie leiden op de Balkan, waarschuwde gisteren Raymond Hall, UNHCR-directeur in Brussel en verantwoordelijk voor de contacten met de Europese Unie.

De oorlog kan zich vanuit Kosovo snel verspreiden. Hall wees erop dat mannen vanuit Albanië naar de Servische troepen gaan om te strijden tegen de troepen van Milosevic. Bovendien heeft het land al 300.000 vluchtelingen opgevangen en komen er vanuit Montenegro, waar 60.000 Kosovaren hun toevlucht hebben gezocht, nog steeds mensen bij.

De UNHCR is blij met de ruimhartige extra steun van 550 miljoen gulden die de EU donderdag heeft toegezegd voor de regio. De fondsen van de hulporganisaties waren uitgeput. Hoewel de Unie er niet in is geslaagd een verdeelsleutel te maken, hebben individuele landen wel aangeboden Kosovaren te huisvesten en vangen sommige nu al mensen op, constateert Hall.

„Extreem zorgwekkend” is de situatie in Kosovo zelf, waar duizenden mensen waarschijnlijk ronddolen nadat Servië de grenzen heeft gesloten en mensen bij de grens heeft teruggestuurd.

Servië
Het Internationale Comité van het Rode Kruis (ICRK) heeft gisteren verklaard dat het begonnen is met een hulpoperatie voor de burgerslachtoffers van de NAVO-aanvallen in Servië. De organisatie zei dat er 5000 dekens, matrassen en plastic om kapotte ramen te bedekken naar Aleksinac worden gestuurd. In deze Servische mijnstad werd maandag een woonwijk geraakt bij een aanval van de NAVO.

Volgens de Servische media zijn bij deze aanval twaalf mensen omgekomen en tientallen personen gewond geraakt. Volgens de NAVO was het de bedoeling een nabijgelegen legerpost te raken, maar kwam een van de wapens verkeerd terecht.

Bij de luchtaanval raakte ook het medisch centrum van Aleksinac zwaar beschadigd. Het Rode Kruis gaat onderzoeken hoe het dit centrum kan helpen.

Een team van het ICRK gaat de steden Nis en Vranje en andere gebieden in het zuiden van Servië bezoeken om vast te stellen wat de burgers in plaatsen die getroffen zijn door luchtaanvallen nodig hebben. Een andere ploeg van de internationale hulporganisatie gaat naar Novi Sad, de tweede stad van Servië, om de schade aan de watertoevoer op te nemen.

Het ICRK is volledig neutraal en helpt alle partijen in conflictsituaties. Er is al een grote ICRK-hulpactie voor de mensen die uit Kosovo verdreven zijn in gang gezet. Sinds het begin van de NAVO-aanvallen heeft het Rode Kruis 19.000 dekens, 125 ton voedsel en wat medische hulpgoederen naar het Joegoslavische Rode Kruis gestuurd als hulp aan de mensen die door luchtaanvallen getroffen zijn.