Buitenland | 9 april 1999 |
Alle dagen zoekenTIRANA Zijn gezicht zag er bekend uit en hij had de juiste achternaam. Sinds Xhensila Duro de vluchteling die op haar neef leek, iets zag zeggen in een nieuwsuitzending, zoekt ze alle vluchtelingenkampen in Tirana af in de hoop hem te vinden. Buiten de net opgezette tentenstad op het terrein van een gemeentelijk zwembad loopt Duro met haar vinger langs de namenlijst die iedere ochtend door de gemeente Tirana wordt opgehangen. Morina! roept ze naar haar medestudenten, die zijn meegekomen om haar te helpen. Dan laat ze haar schouders zakken. Morina is een veel voorkomende naam onder Albanezen en het is ook de meisjesnaam van haar moeder, die in Kosovo geboren is. Soms hebben de berichten, die om de 5 minuten worden omgeroepen, resultaat en omhelzen familieleden elkaar onwennig bij de ingang van het zwembad. Het kan zijn dat de vluchtelingen meegaan naar het huis van hun familie in Tirana. Maar meestal gebeurt er niets, zoals ook nu bij de 23-jarige studente tandheelkunde Duro. Ik ken niet eens voornamen, zegt ze, alleen de gezichten. Ze is al 10 dagen aan het zoeken naar haar vermeende neef. Duro zal blijven zoeken in de kampen en blijven luisteren naar de radio, waarop lange lijsten met namen worden voorgelezen van de 250.000 vluchtelingen die het 3,5 miljoen inwoners tellenden Albanië inmiddels hebben overspoeld. Wie hij ook is, als ze hem vindt zal ze hem helpen, zegt Duro. Ik neem hem mee naar mijn huis. |