Buitenland

Lawines blijven onberekenbare natuurverschijnselen

Grote saamhorigheid in Galtür

Door Marie van Beijnum
LANDECK – Dag en nacht graven reddingswerkers in Galtür naar slachtoffers van de lawine. Dinsdagmiddag drong de sneeuw hier op 1584 meter hoogte met een ontzagwekkende hoeveelheid talrijke huizen en pensions binnen. In stilte wordt af en toe een slachtoffer op een baar geladen en weggereden. Oostenrijk beleeft de ramp van de eeuw.

De doden van Galtür worden opgebaard in de kerk. Pastoor Alois Attems (72) houdt er de mis. Hij vertelt dat de saamhorigheid in Galtür groot is. De mensen gedragen zich gedisciplineerd en er is geen sprake van paniek. Tien artsen die hun vakantie in Galtür doorbrachten, verrichten er wonderen. Volgens de pastoor heeft nog niemand hem benaderd met de vraag: Waarom overkomt juist mij dit? Men is geschokt, „maar we troosten elkaar.”

Alle plaatsen in het Tiroler Paznauntal kampen met de ernstigste lawineoverlast ooit. Behalve Galtür zijn dat Ischgl, Kappl en See. Landeck, gelegen aan de poort van het dal, is de uitvalsbasis van de reddingsoperaties waarmee de getroffen dorpen te hulp worden geschoten. De Nederlandse familie Anker zit, zonder bagage en louter in skikleding, diep verslagen in de Landeckse kazerne, waar psychotraumatische hulp kan worden verkregen. Het gezin is zojuist uit Galtür geëvacueerd. Op het ongelukkige moment maakte het gezin een ommetje in die plaats en zag het tot zijn ontzetting en verbijstering dat het pension er niet meer stond. Ten onder gegaan in de lawine. Het is een raar gevoel op deze wijze aan de dood te zijn ontsnapt, zo maken ze duidelijk.

Een factor die het drama aangrijpend maakt, is het lot van zes Nederlanders in Galtür. Het ziet ernaar uit dat Tony Vaarwerk en diens zoons Job (10) en Freek (7) uit Groenlo en René te Brake met zijn dochter Marthe (10) en zoon Jesper (7) uit Lichtenvoorde zijn omgekomen. De zes verbleven in hetzelfde hotel als de Ankers. Dat de vrouwen van de heren Vaarwerk en Te Brake het hebben overleefd, danken ze aan het feit dat zij op het moment van de lawine boodschappen deden. Het leed dat zij moeten meemaken, zal nauwelijks zijn te peilen.

Bewogen vakantie
Minder dramatisch luidt het verhaal uit Kappl. „We zijn wel bang geweest, maar niet zodanig dat we nooit meer zullen gaan skiën.” De families Wierenga en Van Griethuyzen uit Waalre bevinden zich ook in de kazerne in Landeck, waar slachtoffers van de lawineramp worden ondergebracht. Ze zijn kersvers „ingevlogen” vanuit het wintersportdorpje Kappl, op 22 kilometer van Landeck, waar ze anderhalve week verbleven.

De Wierenga's en Van Griethuyzens (vier volwassenen en vier kinderen) hebben hun auto's met bagage en al achtergelaten in Kappl. „Die brengt de ANWB terug.” Gisteravond stapten ze in Innsbruck op het vliegtuig richting Rotterdam. Dat was voor hen het einde van een bewogen wintersportvakantie. Hoewel ze niet fysiek in gevaar zijn geweest, was het niet denkbeeldig dat het zover zou zijn gekomen. „In Kappl wacht men op een lawine van 200 meter breed en 50 meter hoog. Die is nog niet gekomen”, aldus de zichtbaar opgeluchte Nederlanders. „Het is plezierig dat we daar weg zijn.” De bevoorrading van de getroffen dorpen begint te staken. „Aan het einde van ons verblijf raakten de winkels leeg. We hadden geen toiletpapier meer en tot slot viel de elektriciteit weg.” Mevrouw Van Griethuyzen wijst op haar mobiele telefoon: „We konden dus niet meer naar huis bellen.”

Terwijl de schade in Galtür nog lang niet is opgenomen wegens de ongunstige weersomstandigheden, raasde er een tweede lawine naar beneden bij het gehucht Valzur, tussen Galtür en Ischgl. De balans werd opgemaakt in de kazerne van Landeck. „Drie tot vier woningen verwoest, negen (gewonde) mensen gered, twee doden, vijf vermisten”, informeert een ”Feldwebel” van de Oostenrijkse strijdkrachten.

Nooit was de situatie in de Alpen –het zuiden van Duitsland, Frankrijk, Oostenrijk en Zwitserland– zo nijpend als nu. Overal is het zogenaamde catastrofealarm uitgeroepen. Duizenden vakantiegangers en inwoners –getallen variëren van minuut tot minuut– zitten gegijzeld in hun hotels, appartementen en woningen. Beklemmend is de atmosfeer in het Oostenrijkse Tiroler Oberland. ”Landeshauptmann” Wendelin Weingartner in Landeck oogt dan ook allesbehalve vrolijk. Gisteren werden vanuit Landeck door zeven helikopters ruim duizend mensen vanuit Galtür naar Landeck gebracht. Voor vandaag plant Weingartner de evacuatie van nog eens duizend personen. Wegens aanhoudend lawinegevaar blijft het sein veilig uit.

Oostenrijk komt helikopters tekort en heeft andere landen erom gesmeekt. Amerika stuurt vanuit Duitse bases tien Blackhawks, die gisteravond wegens het slechte weer niet in Innsbruck aan de grond konden worden gezet. Het is de bedoeling dat ze vandaag vanaf een stuk afgezette snelweg bij Landeck zullen opstijgen om de capaciteit van de luchtoperatie te vergroten. Sinds vanmorgen zeven uur wordt er opnieuw heen en weer gevlogen. Voorrang hebben zieken en gewonden. Nadelig is dat de aanhoudende sneeuwval het zicht van de piloten bemoeilijkt.

Klassiek karakter
Lawine. Lawine. Lawine. Het woord is nooit zoveel uitgesproken als in deze week. Rept het ene dagblad sensationeel van ”Wetter-Wahnsinn”, de radio praat lawine na lawine aan elkaar op een serieuzere manier. „De ene winter is de andere niet, en zo is ook de ene sneeuw de andere niet en de ene lawine de andere niet”, stelt meteoroloog Rudi Maier van de Lawinewaarschuwingsdienst in Innsbruck nuchter vast. „Wat wij als Oostenrijkers van deze lawines kunnen leren, is slechts dit: lawines zijn onberekenbaar, net als andere natuurrampen. Je kunt ze nooit met honderd procent zekerheid voorspellen. Wel kun je ze verwachten en een waarschuwing laten uitgaan, zodat er maatregelen kunnen worden getroffen.”

Maier noemt de lawine die Galtür platwalste, er een met een „klassiek” karakter. „Het had al dagen gesneeuwd. De temperatuur was vrij hoog en het waaide behoorlijk. Dat alles bij elkaar zijn de minimale ingrediënten die nodig zijn voor een lawine. Ik praat dan niet over een „niet-klassieke” lawine – eentje die spontaan wordt veroorzaakt op een skipiste en die meestal weinig om het lijf heeft.”

De lawine van dinsdagmiddag bevatte „droge sneeuw” en „veel lucht.” Ze ontwikkelde een snelheid van meer dan 200 kilometer per uur en maaide bomen op de hellingen als lucifers omver, aldus Maier. Slachtoffers van dit geweld worden of direct dodelijk getroffen of leven hooguit nog een kwartier. „Daarna treedt onherroepelijk de verstikkingsdood in.” Maier weet precies wat de aard van de kwetsuren van de gewonden zijn. „Botbreuken. Borstwonden. Onderkoeling en shock.”

Maier weerspreekt dat de tomeloze uitbreiding van skioorden lawines in de hand werken. „We voeren een kritisch bouwbeleid. Het is echt niet zo dat er lukraak hotels worden neergezet, louter om de commercie. Bovendien is een lawine een statistisch gegeven. Als hij neerkomt op drie huizen, is de schade uiteraard beperkter dan bij vijftig huizen.” Hoewel Oostenrijkers beducht zijn voor lawines, weten ze wat het is om ermee te leven, besluit de meteoroloog. „Net zoals Hollanders met het water.”