Buitenland

Arrestatie Öcalan betekent niet dat Koerdische strijd ten einde is

”Licht van Koerdistan” lijkt te doven

Van onze buitenlandredactie
ANKARA – Met de arrestatie van Abdullah Öcalan lijkt geen definitief einde te komen aan de gewapende strijd van de Koerdische Arbeiderspartij PKK, die sinds 1984 aan 29.000 mensen het leven heeft gekost. Voor de Turkse regering is Öcalan dan ook een terrorist met bloed aan zijn handen. Zijn aanhangers zien hem als symbool van de vrijheid en noemen hem liefkozend ”Het licht van Koerdistan”.

Met de arrestatie van de 49-jarige PKK-leider kwam gisteren een voorlopig einde aan de jacht die 2 decennia heeft geduurd. In 1978, toen het politiek activisme en terreuraanslagen van links en rechts in Turkije aan de orde van de dag waren, richtte Öcalan de PKK op. De telg uit een arm boerengezin in Omerli, een dorpje in de provincie Sanliurfa nabij de grens met Syrië, werd politiek actief tijdens zijn studie politicologie aan de Universiteit van Ankara. Dat kwam hem in 1972 op zijn eerste veroordeling te staan, 7 maanden cel wegens „Koerdische activiteiten”.

Aanvankelijk stond Öcalans partij bekend onder de naam Apocular, „de Apoïsten”, naar diens bijnaam. Sinds de oprichting leidt hij de PKK met ijzeren hand. Binnen zijn partij heerst een persoonlijkheidscultus rond Öcalan. Zijn aanhangers vereren hem als „het licht van Koerdistan”.

Keihard
Öcalan koos meteen voor de gewapende strijd, „teneinde de Koerdische zaak niet te vertragen met politieke discussies.” In 1984 begon hij met zijn PKK een guerrillaoorlog, waarbij legerposten werden aangevallen. Ook Koerdische dorpjes in Oost-Turkije werden aangevallen die beschermd werden door Koerdische dorpswachters die in dienst waren van de Turkse regering. De PKK kende geen pardon voor deze „djaz”, oftewel ezels of verraders. Hele dorpjes met vrouwen en kinderen werden soms uitgemoord.

Met zijn uitdagende acties dreef de Koerdische rebellenleider Turkije tot razernij, zoals hij in de afgelopen decennia zo vaak heeft gedaan. De haat tegen Apo, zoals zijn bijnaam luidt, is dan ook wijdverbreid. Ankara houdt hem verantwoordelijk voor ruim 30.000 doden tijdens de jarenlange strijd voor een onafhankelijk Koerdistan.

Het dogmatische marxisme dat Öcalan aanhangt lijkt sinds de val van het communisme in de Sovjet-Unie geheel uit de tijd. Toch kan hij in het Koerdische zuidoosten van Turkije rekenen op grote steun voor zijn strijd tegen het Turkse gezag, mede wegens het keiharde optreden van het Turkse leger tegen vermeende separatistische Koerdische activiteiten.

Öcalan is vooral een keihard strateeg, die geen middel onbenut laat om zijn doel te bereiken: een vrij Koerdistan. „Ook al sterven er dit jaar 100.000 mensen, onze beweging kan niet vernietigd worden”, verklaarde hij enkele jaren geleden.

De Turkse contraterreur die ontstond leidde er echter toe dat veel Koerden in de armen van de PKK werden gedreven. De PKK opereerde veelal vanuit Syrië, waar opleidingscentra waren ingericht en waar ook Apo verbleef. Diverse malen bood hij de Turkse regering een staakt-het-vuren aan en wilde hij praten over autonomie, hetgeen altijd door Ankara werd geweigerd. Ankara koos liever voor een militaire oplossing: het platteland in Oost-Turkije werd ontvolkt, waarbij duizenden dorpjes werden vernield en de dorpelingen naar grote steden werden verdreven.

Directe aanleiding voor de spectaculaire ontwikkelingen van gisteren is een overeenkomst die Turkije in oktober vorig jaar sloot met Syrië. Dat land besloot Öcalan uit te zetten, nadat Ankara een tegenprestatie had beloofd. Turkije zou voortaan minder water aftappen van de Eufraat. Maar dan moest Damascus stoppen met de steun aan de PKK.

Öcalan koos eieren voor zijn geld en verdween. Vanuit Damascus reisde hij afgelopen oktober in het geheim naar Moskou. Korte tijd later dook hij opeens op in Italië, waar hij werd opgepakt op grond van een Duits arrestatiebevel.

Maar de Duitsers durfden het niet aan om zijn uitlevering te vragen. Daarop werd Öcalan vrijgelaten en verdween hij weer. Niemand wist waarheen. De geruchtenmachine draaide op volle toeren. Hij zat in Rusland of Kazachstan, wellicht Armenië, Libië of Noord-Korea, werd gezegd. Uiteindelijk zou hij zelfs hebben geprobeerd naar Nederland te komen.

Muziek
Hoewel de rol van Öcalan nu is uitgespeeld, verwachten waarnemers niet dat de strijd van de Koerden voor een eigen, onafhankelijke staat nu definitief ten einde is en dat „het licht van Koerdistan” voor altijd is gedoofd. Per slot van rekening voeren de Koerden al eeuwenlang oorlog. In de zeventiende eeuw vochten ze tegen de Osmaanse en de Perzische overheersers. En was het niet de Koerdische leider Saladin die in de twaalfde eeuw de christelijke kruisvaarders in de pan hakte?

De communistische PKK van Öcalan vocht voor een onafhankelijk Koerdistan, dat de Koerden ooit, vlak na de Eerste Wereldoorlog, was beloofd. Met het Verdrag van Sèvres (1920), dat het verslagen Turkije na de Eerste Wereldoorlog gedwongen werd te tekenen, kregen de Koerden het recht op een eigen staat. Maar met het Verdrag van Lausanne (1923) werden de grenzen van het nieuwe Turkije vastgesteld en werd over een onafhankelijk Koerdistan niet meer gerept. De ruim honderd Koerdische stammen wonen sindsdien verspreid over Turkije, Syrië, Irak en Iran. Na Lausanne kwamen de Koerden in Turkije diverse malen in opstand. Ze werden evenzovele malen neergesabeld.

De Koerden zien zich als een volk met een eigen taal, cultuur en geschiedenis. De Turkse regering erkent de 10 à 15 miljoen Koerden echter niet als volk en noemt hen „bergturken”. Ondanks herhaalde toezeggingen van de regering in Ankara dat de Koerden hun eigen taal mogen spreken en hun eigen muziek mogen maken, is dat in de praktijk nog steeds niet het geval.

De bekende Turkse zanger Ahmet Kaya, die van Koerdische afkomst is, werd maandag gearresteerd omdat hij vorige week bij een prijsuitreiking had gezegd een cd te willen volzingen in de Koerdische taal. De zanger wordt verdacht van banden met een terroristische organisatie. Hem staat nu een gevangenisstraf te wachten van 3 tot 5 jaar.

Het is echter de vraag of met de arrestatie van Öcalan het „licht van Koerdistan” definitief is gedoofd. „Met de arrestatie van Öcalan zijn de Koerden op een gevoelige plek geraakt. Hun strijd was met hem in 1984 begonnen”, aldus A. Helbest van het Koerdische Informatiecentrum in Amsterdam. Sommige waarnemers menen dat het verzet blijft bestaan, maar dat het doel nu langs vreedzame weg zal worden nagestreefd. Als gevolg van de nederlagen die de PKK de laatste jaren moest incasseren, kondigde Öcalan al eerder aan een andere koers te willen varen. Zo was hij al bezig met een reorganisatie van de PKK, waarbij hij taken wilde afstoten naar andere leiders. Die zouden in de toekomst de fakkel kunnen overnemen.

Het is echter nog maar de vraag of de strijd een vreedzamer karakter gaat krijgen. Öcalan vond in Europa nergens een willig oor. Hij was naar Rome gereisd met de hoop een internationale conferentie over de rechten van de Koerden te kunnen beleggen. Hij was ervan overtuigd dat Europa een vreedzame oplossing steunde. Het gebrek aan moed van de zijde van de Europese Unie heeft hem teleurgesteld, schreef hij in een brief vlak voordat hij de Italiaanse hoofdstad verliet.

En in een van zijn laatste interviews voor de televisie zei hij dat de oplossing van de Koerdische kwestie niet in Europa moest worden gezocht. Hij onderstreepte dat er voor de Koerden geen ander alternatief meer openstond dan de gewapende strijd.