Grootste incident na NAVO-akkoordVijf Albanezen gedood bij strijd met politie ServiëPRISTINA In het zuiden van Kosovo zijn gisteren vijf etnische Albanezen in een schietpartij met Servische politiemannen gedood. Dat heeft het Servische Mediacentrum, een spreekbuis van de Servische regering, vanuit de Kosovaarse hoofdstad Pristina gemeld. De omstandigheden waaronder de schietpartij plaatsvond konden niet door andere bronnen worden bevestigd, maar het Mediacentrum heeft doorgaans gelijk waar het gaat om aantallen slachtoffers. Het centrum meldde dat een politiepatrouille gistermorgen door guerrillastrijders van het Bevrijdingsleger van Kosovo (UCK) werd beschoten. De agenten beantwoordden het vuur. Volgens het mediacentrum raakte niemand bij de politie gewond. Het was het grootste aantal doden bij een gewelddadig incident sinds de NAVO op 12 oktober een overeenkomst sloot met de Joegoslavische president Slobodan Milosevic over een Servische troepenterugtrekking. De overeenkomst was in feite ook een bestandsakkoord, ofschoon de Albanese opstandelingen er formeel geen partij in waren. Donderdag werden twee andere etnische Albanezen gedood in Midden-Kosovo, zeiden Albanezen in de regio. De politie bevestigde de dood van een guerrrillastrijder. Volgens het UCK valt de Servische politie nog altijd Albanese dorpen aan, om de terugkeer van vluchtelingen te verhinderen. De Amerikaanse gezant Christopher Hill had gisteren in Dragobilje, een dorp 40 kilometer ten zuidwesten van Pristina, een ontmoeting met vertegenwoordigers van het UCK. Hill gaf de rebellen een ontwerp voor een akkoord over het herstel van het zelfbestuur van de etnisch-Albanese meerderheid in Kosovo. UCK-vertegenwoordiger Jakup Krasniqi zei dat de rebellen het ontwerp zouden bestuderen. Burgerbestuur Het UCK maakte gisteren ook bekend een eigen burgerbestuur te zullen vormen in die gebieden in Kosovo die het in handen heeft. De politiek leiders van de Kosovo-Albanezen zullen niet bij dit bestuur worden betrokken, aldus de rebellen, die ontevreden zijn over het vredesproces in Kosovo, omdat dat niet leidt tot afscheiding van Servië. De internationale gemeenschap is tegen onafhankelijkheid voor Kosovo. De politiek leider van de etnische Albanezen, Ibrahim Rugova, werd enige tijd geleden bij door Servië als illegaal beschouwde verkiezingen tot president van Kosovo gekozen. Er bestaat ook een Kosovo-Albanees parlement, dat evenmin door Servië wordt erkend en vrijwel nooit bijeenkomt. |