Buitenland

Sceptische Albanese stemmen over Milosevic' buigzaamheid

„Een dictator overtuig
je niet makkelijk”

Van onze buitenlandredactie
PRISTINA – „Ik vertrouw Milosevic niet. Hij is echter slim genoeg om zich te realiseren dat hij geen partij is voor de NAVO”. Adem Demaçi, veteraan-politicus van Albanese afkomst in Kosovo, reageerde gisteren zeer terughoudend op de uitkomst van het crisisberaad in Moskou tussen de Russische president, Boris Jeltsin, en diens Joegoslavische ambtgenoot, Slobodan Milosevic.

Naar verwachting liet Milosevic zich gisteren van zijn gematigde kant zien in het Kremlin. Natuurlijk wenst hij bijvoorbeeld een voortzetting van de onderhandelingen met de Albanezen op het Merelveld (Kosovo polje). Let wel, daarvoor komen naar zijn opvatting alleen „politieke vertegenwoordigers” in aanmerking. Leiders van het Bevrijdingsfront van Kosova (UCK) figureren in Belgrado's optiek louter als „terroristen en separatisten”. Daarmee ga je onder geen voorwaarde aan tafel zitten.

Adem Demaçi is bepaald niet onder de indruk van deze 'flexibele' opstelling: „Dat Milosevic heeft toegestemd in een voortzetting van de gesprekken met de Albanese zijde, is een bijster ondoorgrondelijke en problematische formulering. Het is vooralsnog niet duidelijk onder welke voorwaarden hij daartoe bereid is. Het is duidelijk dat hij de condities van de NAVO zal accepteren. Maar als die niet gedecideerd zijn gesteld, moet ik de resultaten nog zien. Milosevic zal als altijd een spelletje proberen te spelen, trachten tijd te rekken om zo onder een volledige inwilliging van de noodzakelijke eisen uit te komen. Hij hoopt klaarblijkelijk op een voor hem gunstige wending van de situatie”.

„Geen enkel nieuws”
Even sceptisch over de top Jeltsin-Milosevic uit zich Fehmi Agani, de coördinator van de Kosovaarse onderhandelingsdelegatie. „Als deze informatie als nieuws beschouwd moet worden, bevat zij naar mijn mening geen enkel nieuws. Het probleem is namelijk niet óf er al dan niet onderhandelingen worden gevoerd met de Albanezen. Nee, het draait in wezen om de voorwaarden van deze ontmoetingen”.

De belangrijkste internationale eis, respectievelijk voorwaarde aan Milosevic' adres is de onverwijlde terugtrekking van de eenheden die moordpartijen in Kosovo hebben begaan op de burgerbevolking. Op dit punt gaf Milosevic in Moskou geen duimbreed toe. Bestrijding van het „terrorisme” blijft, kortom, hoog in zijn politieke vaandel staan.

De vice-voorzitter van de Albanese Christen-Democratische Partij in Kosovo, Rodiqi, klemt zich vast aan de NAVO-verklaringen om een eind te maken aan het Servische geweld tegen zijn volksgenoten. „Het is nu Milosevic' beurt. Ik geloof dat hij niet veel tijd meer heeft om dit probleem nog langer te laten slepen. Kijk, snelle oplossingen voor het Kosovo-vraagstuk bestaan er niet. We hebben tenslotte van doen met een dictator. En zulke lieden zijn niet gauw overtuigd van hun ongelijk. Hoe dit ook zij, wij rekenen op de toegenomen internationale belangstelling voor onze kwellende zorgen. Zo kan een verdere escalatie van de situatie in Kosovo wellicht worden voorkomen”.

Frontberichten
In een gemeenschappelijke Russisch-Joegoslavische verklaring van gisteren heet het dat in Kosovo voortaan van geweld tegen burgers zal worden afgezien. Dé test voor de betrouwbaarheid van Milosevic' toezeggingen in Moskou.

Daarvan was gisteren sowieso geen sprake, berichten de Albanese media ter plaatse. Ter illustratie een kleine greep uit de stroom van hun verdere onheilstijdingen. Zo zijn dorpen op plusminus 40 km ten zuidwesten van de hoofdstad Pristina blootgesteld aan zware artilleriebeschietingen door Servische politie- en legereenheden.

Dezelfde aanvallers bestoken plaatsen aan de grens met buurland Albanië met „handgranaten, kanonnen en zwaar artillerievuur”. De kop van het krantenbericht luidt veelzeggend: “Granatenregen mikt op etnische zuivering”.

Vertegenwoordigers van de Islamitische Unie in de plaats Pejë „informeerden dat de Servische politie drie doodskisten naar de stedelijke begraafplaats heeft gebracht”. De overledenen zijn allen Albanezen. „De politie beval hen onmiddellijk te begraven. Volgens lokale bronnen ging het om twee personen tussen de 23 en 25 jaar, de derde was ouder dan 40”. Identificatie van de slachtoffers was niet toegestaan, noch een teraardebestelling naar moslimgebruik. „De politie weigerde dat omdat naar haar zeggen de lichamen reeds tot ontbinding waren overgegaan. Op het politiebureau in Pejë kon desgewenst nadere informatie over de doden worden ingewonnen”.

Een groot tekort aan elementaire levensmiddelen is intussen merkbaar in de plaats Podujevë. „Het gaat vooral om olie, suiker, melk, enzovoorts. Het gevolg van een nieuwe, door Servië opgelegde blokkade”. Een week geleden nog lagen de winkels in Podujevë vol... „Sommige voedselproducten kun je in verschillende winkels kopen, zij het tegen verdubbelde prijzen. Een eigenaar van een theewinkel verklaarde dat hij 7 Duitse mark had neergeteld voor 5 kilo suiker”.

Uit Podujevë komt ook het bericht dat het staatsbedrijf “Llap”, gerund door Serviërs, alleen bakolie wenst te verkopen aan Servische en Montenegrijnse ingezetenen. „De verkoper hoonde tegen Albanese klanten in spe: Er is geen olie voor Albanezen”.

„Een luxe”
En passant verzetten de strijders van het Bevrijdingsfront van Kosovo (UCK) zich op twee fronten tegen „de Servische onderdrukking”: gewapenderhand én verbaal. Tegenover de Albanese televisie verklaarde de prominentste woordvoerder van het UCK, Jakup Krasniqi, dat zijn achterban drie voorwaarden stelt aan onderhandelingen met Servië: eerst terugtrekking van de Servische legereenheden uit Kosovo, vervolgens internationale bemiddeling voor het aangaan van de besprekingen en ten slotte een „juiste voorbereiding” van de onderhandelingen.

Onduidelijk bleef of Krasniqi het huidige onderhandelingsteam van “president” Ibrahim Rugova als officiële vertegenwoordiging van de Kosovaarse gemeenschap aanvaardt. De UCK-woordvoerder oordeelde slechts dat „politiek pluralisme onder de Albanezen in Kosovo vandaag de dag een luxe is”.