Buitenland

Belgrado onderdrukt vreedzaam Albanees protest in Pristina

Spanning in Kosovo
stijgt naar kookpunt

Van onze buitenlandredactie
PRISTINA – “Stop het geweld”, “Stop de terreur” en “Europa, waar ben je?”. Een keuze uit de leuzen die demonstrerende Albanezen in Kosovo, tot 1989 een autonome provincie van Servië, gisteren in de hoofdstad Pristina meedroegen. Eerst liet de Servische politie de massameeting, die rond 10.00 uur begon, aanzwellen tot zo'n 100.000 betogers. Daarna greep zij een uur later keihard in. De Albanese registratie –onder andere via Koha.net– van deze nieuwe geweldsuitbarsting over de status van Kosovo.

De Albanese protestbijeenkomst vormde een reactie op de bloedige gebeurtenissen van eind vorige week in de regio Drenica (plusminus 40 km ten westen van Pristina), waarbij „meer dan zestien Albanezen het leven verloren” door Servische agressie. Servische bronnen verwijzen daarentegen naar „Albanese terreuracties”. De protesttekst “Drenica, wij zijn met je” sprak gisteren in elk geval voor zich.

Een imponerende Servische politiemacht had de hoofdstraten naar het stadscentrum afgegrendeld. Zij deelde tijdens haar „brute interventie” harde klappen uit aan „honderden burgers en tientallen journalisten”.

Volgens ooggetuigen sleepten Servische agenten een Albanese jongeman weg. „Zij staken een geweer in diens mondholte en vuurden”. In de auto van een burger is de zwaargewonde vervolgens naar een lokale kliniek vervoerd. Over zijn toestand is tot op heden niets bekend.

Tegen het eind van de morgen, om 11.30 uur, zochten zestien Albanezen medische hulp in een particuliere kliniek in Pristina. De arts, Osman Sefija, verklaarde desgevraagd dat de meeste verwondingen „gebroken benen en ernstige hoofdwonden” betroffen. De leeftijd van de slachtoffers varieerde van 16 tot 60 jaar.

„Mijn twee benen zijn gebroken”, vertelde een van hen. „Dat is echter niets. In Drenica vermoordden ze vier broers uit één familie. „Nee, ik kan mijn benen niet meer bewegen. Een Servische burger heeft me aangereden”.

Met waterkanonnen en gummiknuppels gingen de Servische ordehandhavers „de vreedzame demonstranten” te lijf. „Wat wil je. In hun ogen is élke Albanees immers een terrorist”, commentarieerde vanmorgen vroeg een volksgenoot ietwat wrang vanuit een „uiterlijk rustig” Pristina.

De gescandeerde leuzen “Vrijheid, vrijheid!” en “Drenica, Drenica!” zullen de manschappen van Slobodan Milosevic, president van Joegoslavië en de man achter de schermen, extra hebben geprikkeld.

Van twee hoog
Een doorn in de ogen van de Serviërs is evenzeer de onafhankelijke Albanese krant Koha Ditore. Zonder pardon drongen zij gisteren haar burelen binnen. „Fatos Berisha, fotograaf van Koha Ditore, werd gedwongen uit het raam van de tweede verdieping te springen. Hij brak zijn been en liep ernstige verwondingen op. En passant ranselde de Servische politie binnenskamers zijn collega's af. Hetzelfde lot ondergingen demonstranten die een veilig heenkomen in het pand hadden gezocht”.

Fatos Berisha had zich eerder de woede van de politie op de hals gehaald door de betoging én het politionele geweld uitvoerig met zijn camera vast te leggen. Alle opnames zijn naar verluidt bij de inval in beslag genomen.

Mishandeld werd eveneens de internationaal bekende hoofdredacteur van Koha Ditore, Veton Surroi. Hij had even tevoren ook deelgenomen aan de geweldloze zitactie in Pristina's centrum. Naast Koha Ditore moest trouwens het dagblad Bujku het evengoed ontgelden. En weer hetzelfde tafereel: gedwongen afgifte van camera's en cassetterecorders.

Albanese zegslieden repten gisteren over Servische provocaties aan het adres van de betogers in Pristina. „Sla ze allemaal neer! Dood ze!” schreeuwden Servische studenten. De laatsten hadden zich verzameld voor het gebouw van de filosofische faculteit.

Bij het uiteenslaan van de betoging vluchtten tal van angstige demonstranten langs het Parkhotel. Het Servische personeel moedigde de achtervolgende agenten aan met kreten als: „Vermoord ze allemaal, tot op de laatste man!”.

Subtiele kanttekening van Koha.net bij deze pleisterplaats: „De staf van dit particuliere hotel, dat zich ontwikkeld heeft tot een ontmoetingsplaats voor buitenlandse diplomaten en journalisten, staat bekend om zijn criminele achtergrond”.

Servische strijdmacht
Al geruime tijd drijft het Milosevic-regime niet zozeer op de reguliere strijdmacht, maar op zijn geduchte politieapparaat. Hoeveel politiemanschappen heeft Belgrado momenteel eigenlijk gestationeerd in het smeulende kruitvat Kosovo?

Albanese informanten spreken over circa 13.000 politiemannen, „paramilitair uitgerust”, dat wil zeggen met pantservoertuigen en gevechtsheli's. Daarnaast kan Belgrado binnen 72 uur 25.000 man aan politieversterkingen en reservisten laten aanrukken vanuit Centraal-Servië.

Het Joegoslavische leger telt zo'n 6000 man in Kosovo. Het neemt hoofdzakelijk de grensbewaking voor zijn rekening. Voorts concentreert de armee zich in vier garnizoenen in Kosovo. Tussen haakjes: Serviërs hanteren de naam Kosovo, Albanezen Kosova.

De Joegoslavische legerleiding staat, als we op lokale insiders mogen afgaan, stellig niet te popelen om tot actie over te gaan tegen de Albanezen (ruim 90 procent) van Kosovo. Zij beschouwt, conform Milosevic' officiële lezing, de kwestie Kosovo als een interne, politieke aangelegenheid van Servië. Dit netelige vraagstuk valt met andere woorden onder de competentie van 's lands politie.

Een derde machtsfactor aan Servische zijde in Kosovo is tegelijk hoogst onberekenbaar en reëel: vechtlustige vrijwilligers alsmede paramilitaire formaties. Wie herinnert zich niet hun oorlogsmisdaden de afgelopen jaren in Kroatië en Bosnië? Voor de gruwelen van “etnische zuiveringen” deinsden de uiterst geoefende “Tijgers” van Zeljko (Arkan) Raznjatovic geenszins terug. Uitgerekend dit door en door beruchte gezelschap is „klaar” voor Kosovo...

Telefonisch contact met Pristina deze morgen levert een voorlopige balans van de 'veldslag' van gisteren op: één dode –een student– en plusminus 160 gewonden. „De Servische politie houdt strikt toezicht op het plaatselijke ziekenhuis. Een soort informatiestop”.