Buitenland 20 oktober 2000

Dossier Verkiezingen VS

„Clinton ligt voor in de peilingen”

Van onze correspondent
NEW YORK – Amerika levert dezer dagen een verwarrend beeld voor bezoekers. Uw correspondent had een gast uit ons vaderland net uitgelegd dat president Clinton na een maximum van twee ambtstermijnen volgens de grondwet niet meer mag meedoen aan de presidentsverkiezingen, of de New York Times meldt: „Clinton ligt voor in de peilingen.”

Hij ligt voor in de peilingen? Het probleem was snel opgehelderd. Niet ”hij” ligt voor in de peilingen maar ”zij”, Hillary Rodham Clinton, de presidentiële echtgenote, die voor de staat New York de senaatszetel wil veroveren die vrijkomt nu senator Daniel Patrick Moynihan het voor gezien houdt in de nationale politiek. De New York Times meldde dat de Democratische Clinton –”zij”, dus– voor het eerst de grens van 50 procent had overschreden in haar strijd tegen haar Republikeinse rivaal, Rick Lazio.

Amerika kiest dit jaar namelijk niet alleen een nieuwe president, maar ook een nieuw Huis van Afgevaardigden, eenderde van de Senaat plus talrijke regionale en lokale afgevaardigden. De honderd senatoren van de vijftig staten worden voor zes jaar gekozen. Elke twee jaar komt eenderde van die honderd zetels vrij. Tweederde blijft dus zitten. Daarmee hebben de grondleggers van de Verenigde Staten willen voorkomen dat verkiezingen te grote verschuivingen in de Senaat zouden veroorzaken. Verschuivingen met de daarmee gepaardgaande politieke turbulenties.

Voor die turbulenties zorgt het Huis van Afgevaardigden wel. Een college dat het best is te vergelijken met onze Tweede Kamer. De 435 afgevaardigden van het Huis moeten om de twee jaar hun zetel verdedigen. Op landelijk niveau worden er momenteel dus 435 campagnes voor het Huis gevoerd, 33 voor de Senaat en die ene allesoverheersende campagne voor het Witte Huis tussen George Bush voor de Republikeinen en Al Gore voor de Democraten. In de VS geldt het districtenstelsel. Wie in een district wint, gaat naar Huis van Afgevaardigden of naar de Senaat.

Cijferen
Er zijn op lokaal niveau vaak talrijke partijen die naar de gunst van de kiezers dingen, maar op landelijk niveau gaat het bijna altijd maar om twee partijen, de Democratische Partij en de Republikeinse Partij. Er zitten maar twee ”onafhankelijken” in het Huis van Afgevaardigden. Een voormalige Democraat –Virgil Goode uit Virginia– en één echte onafhankelijke parlementariër – Bernard Sanders uit Vermont.

De landelijke politiek wordt dus bepaald door Democraten en Republikeinen. De partij die het Witte Huis verovert, levert de regering. De president van de VS is namelijk tegelijk ook de regeringsleider. Maar die regering moet regeren en dat gaat niet zonder het Congres (Huis en Senaat). Het is dus van groot belang welke partij daar de meerderheid heeft en dat is niet altijd dezelfde als de partij die het Witte Huis verovert.

„De Democraten hadden veertig jaar lang een meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Daarmee konden zij het Republikeinse presidenten –regeringen– danig lastig maken, ofschoon dat soms in evenwicht werd gehouden door de wisselende meerderheden in de Senaat. Maar in 1994 veranderde die situatie. De Republikeinen veroverden onder hun agressieve nieuwe leider Newt Gingrich de meerderheid van het Huis van Afgevaardigden. Zij hadden toen al een meerderheid in de Senaat en de Democratische regering-Clinton werd daarop geconfronteerd met wat de Fransen „cohabitation” noemen, oftewel de situatie waarbij de hoogste uitvoerende macht –die van de president– gedwongen wordt zaken te doen met een wetgevende macht oftewel een parlement met een meerderheid van de politieke opponent, aldus Michael O'Hanlon, politiek analist van het Brookings Research Instituut in Washington.

Beide partijen zetten nu alles op alles om te proberen die situatie te veranderen of te behouden. De Republikeinen beschikken momenteel over 222 van de 435 zetels van het Huis. Zeven zetels extra voor de Democraten zouden een eind maken aan die Republikeinse meerderheid. ”Zouden” en dat is nu de grote rekensom in de politieke partijhoofdkwartieren. Gaat het lukken of niet? Volgens het gezaghebbende tijdschrift ”Congressional Quarterly” lijkt een verschuiving in het Huis van Afgevaardigden ten gunste van de Democraten mogelijk. Krap, uiterst krap, maar mogelijk, volgens de laatste analyse van Quarterly. In de Senaat liggen de kansen voor de Democraten niet zo gunstig.

Tot voor enkele dagen zagen optimistische Democraten nog mogelijkheden voor een 50-50 uitslag in de Senaat, maar de plotselinge dood van Mel Carnahan heeft de balans verschoven. De Democraat Carnahan was gouverneur van de staat Missouri. Hij wilde overstappen naar de Senaat. De populaire Carnahan kwam enkele dagen geleden echter om bij een vliegtuigongeluk. Vrijwel onmiddellijk begonnen de partijstrategen te cijferen. Door zijn dood is deze zetel van Missouri waarschijnlijk niet meer te redden voor de Democraten. Daarmee lijkt de kans op een meerderheid in de Senaat in Washington vervlogen.

Afrekening
Zoals het bij de presidentskandidaten om elke procent steun gaat, zo gaat het bij de strijd om het Congres om elk district in het land dat kan 'omvallen' naar de andere politieke partij. De uitslag kan belangrijke gevolgen hebben voor de wetgeving waarover Witte Huis en Congres het de komende jaren eens moeten worden. Het is allemaal uiterst krap dit jaar, en dat leidt soms tot bizarre situaties. Het kan de partijcentrales in Washington dit jaar bijvoorbeeld weinig schelen of de lokale kandidaten de standpunten van hun „presidentiële” leiders voor honderd procent steunen.

Afwijken mag, als zij maar ge(her)kozen worden. Daarom financierde de nationale Republikeinse Partij een serie televisiespots voor senator Lincoln Chafee van Rhode Island. In die reclameboodschappen werd het „onafhankelijk denken” van Chafee geprezen, omdat hij onder meer wetgeving had gesteund betreffende volksgezondheid en onderwijs die door de Democraten was ingediend. „De race is op alle fronten zo spannend dit jaar dat blijkbaar alles mag, als er maar gewonnen wordt. De politieke afrekening voor ideologische dissidenten volgt later wel”, aldus Michael Defossett, politiek commentator van Congressional Quarterly.