Buitenland 8 september 2000

Verkiezingen VS

Republikeinse kandidaat lijkt koers nog niet te hebben gevonden

Bush verrast door trage start

Van onze correspondent
NEW YORK – Republikeins presidentskandidaat George Bush lag tijdens de conventie van zijn partij in Philadelphia anderhalve maand geleden in de opiniepeilingen vér voor op zijn Democratische rivaal Al Gore. Niemand was verbaasd dat Gore die achterstand inhaalde, toen 's lands pers en media zich enkele weken later concentreerden op de Democraten tijdens hún partijconventie in Los Angeles.

„Het is normaal dat partijconventies de peilingen stimuleren, maar het is niet normaal dat die trend aanhoudt en dat is nu precies het geval bij Gore”, aldus voormalig Republikeins minister van Onderwijs William Bennett die George Bush adviseert tijdens diens verkiezingscampagne.

Niet alleen Bennett verwoordt zorgen in het Republikeinse kamp over de campagne en de campagnehindernissen van Bush. Bijvoorbeeld diens weigering om de traditionele voorstellen te aanvaarden voor drie presidentiële televisiedebatten. „Bush wil een alternatief schema dat in feite neerkomt op een minimalisering van tijd en agenda van de gebruikelijke fundamentele debatten. Dat is onverstandig”, aldus Republikeins senator Peter Fitzgerald uit Illinois.

George Bush pleitte verder al tijdens de voorverkiezingen, toen hij het opnam tegen senator John McCain, voor terugkeer naar „beschaafdere omgangsvormen” in 's lands politiek. Maar nu de campagnes werkelijk op gang komen na ”Labor Day” (Amerika's alternatief voor de eerste mei) afgelopen maandag, heeft Bush al toestemming gegeven voor het uitzenden van twee verschillende televisiespots die Al Gore belachelijk maken.

Tot overmaat van ramp beledigde hij eerder deze week een verslaggever van de New York Times. Een klein incident, dat waarschijnlijk niet schadelijk is voor zijn campagne, maar wel voor zijn geloofwaardigheid. „Als wij als Republikeinen de geloofwaardigheid van Al Gore ter discussie stellen, dan moeten wij zelf zéker geloofwaardig zijn” zo meent Republikeins senator Arlen Specter.

Steun stagneert
Het gaat hier niet alleen om politieke zorgen van partijgenoten. Ook de bevolking pikt blijkbaar een en ander op, want de steun voor Bush in de peilingen stagneert. De verkiezingen worden in november beslist in enkele cruciale staten. Florida behoort bijvoorbeeld tot de prioriteiten. Daar regeert gouverneur Jep Bush, broer van de Republikeinse presidentskandidaat. Ondanks de hevige Republikeinse inspanningen liggen de Democraten momenteel voor in Florida. Hetzelfde geldt voor Pennsylvania, waar de Republikeinse gouverneur Tom Ridge onvermoeibaar campagne voert voor Bush. De opiniepeilingen geven echter een kleine voorsprong te zien voor Al Gore. „Wij begrijpen er niets van, maar feit is dat de stemming in onze staat blijkbaar langzaam omslaat”, aldus Ridge.

Sommige Republikeinen kritiseren intussen Bush' keuze van oud-minister Dick Cheney als zijn ”running mate” oftewel aspirant-vice-president. „Cheney moest vertrouwen inboezemen met zijn politieke staat van dienst en met zijn reputatie als bedrijfsleider nadien. Inplaats daarvan wordt er alleen maar gepraat over het twijfelachtige pensioenpakket dat hij meekrijgt van zijn bedrijf Halliburton. Een pensioenpakket dat zijn onafhankelijkheid van de oliesector ter discussie stelt. Gore's tweede man Joseph Lieberman daarentegen vuurt de campagne van de Democraten extra aan”, aldus William Bennett. Hij geeft toe dat er ongerustheid heerst binnen het Republikeinse kamp, maar benadrukt dat er nog geen sprake is van paniek.

Uitputtingsslag
„De campagnes van Bush en Gore zijn maandag pas echt gelanceerd en het is nog veel te vroeg om nu al conclusies te trekken. Maar feit is wel dat Gore een ongewoon dynamische indruk maakt, terwijl Bush nog laveert en nog niet zeker lijkt van zijn koers. Gore heeft blijkbaar ook besloten er een uitputtingsslag van te maken, terwijl Bush voorlopig een tamelijk kalm campagneschema aanhoudt. Daardoor lijkt schildpad Bush in deze eerste dagen achter te liggen op haas Gore, maar u weet hoe dat in sprookjesland vaak afloopt. De haas valt halverwege dood neer en de schildpad schuifelt vervolgens in triomf als winnaar over de eindstreep”, aldus Michael O'Hanlon, politiek analist van het Brookings Research Instituut in Washington.

George Bush heeft intussen zijn langverbeide programma voor de hervorming van de volksgezondheid gelanceerd. Dit is een traditioneel strijdtoneel, waarbij de Democraten pleiten voor meer overheidsbemoeienis terwijl de Republikeinen pleiten voor een systeem waarbij de individuele burger meer verantwoordelijkheid neemt in de opbouw van zijn eigen verzorgingssysteem. Geen wonder dus dat het plan dat Gore eerder introduceerde de belastingbetaler 253 miljard dollar (632,5 miljard gulden) gaat kosten, terwijl Bush met een programma komt dat wordt begroot op 158 miljard dollar (395 miljard gulden).

Maar uitgesproken pro-Republikeinse media zoals de krant ”Investor's Business Daily” (IBD) kritiseren Bush, omdat hij niet onafhankelijk genoeg, niet „Republikeins” genoeg durft te denken. „Dit plan van Bush is een verzwakte uitgave van Gore's voorstellen. Waarom durft Bush geen werkelijk alternatief voor te stellen nu hij de kans daarvoor krijgt”, zo vraagt de IBD zich in een commentaar af.

Tij mee
De strijd is losgebarsten, blijkbaar ook in het eigen kamp. Daarbij gebiedt de eerlijkheid dat de Democraten het tij mee hebben, zeker economisch. Het is de Amerikanen nog nooit zo voor de wind gegaan als vandaag de dag. Bovendien vertoont de begroting een financieringsoverschot. Gore kwam de afgelopen dagen met het voorstel een deel van dat overschot te gebruiken om een fonds te vormen voor slechtere tijden. De Republikeinen willen het overschot teruggeven aan de belastingbetaler. Daarnaast willen beide partijen de rest van het overschot gebruiken voor de financiering van allerlei nobele doeleinden.

Dat het nog maar om een matig overschot gaat –dit jaar voor het eerst– en dat nog lang niet vaststaat dat dat overschot ook de komende jaren wordt gerealiseerd, deert de politici weinig. Vandaag beloven en overmorgen zien hoe de beloften betaald worden. Daarin liggen Republikeinen en Democraten ondanks al het politiek gebekvecht op één lijn.