Buitenland22 augustus 2000

Militaire geheimen nog steeds meer waard dan mensenlevens

Russische bevolking wakker geschud

Van onze correspondent
MOSKOU – In een week tijd lijkt Rusland een metamorfose te hebben ondergaan. Terwijl voor het ongeluk met de kernonderzeeër Koersk de bevolking president Vladimir Poetin nog verheerlijkte als de belichaming van het nieuwe Rusland in de 21e eeuw, lijkt zij nu tot de bittere conclusie te zijn gekomen dat er sinds de val van het communisme feitelijk niets is veranderd. Ook onder Poetin wordt het volk op grote schaal voorgelogen, net als ten tijde van de Sovjet-Unie.

Het enige verschil met de Sovjettijd is dat Rusland nu beschikt over een vrije pers. En die heeft de afgelopen week alle zeilen bijgezet om de waarheid rondom de Koersk te achterhalen. Een ander groot verschil is dat westerse informatiebronnen nu openlijk raadpleegbaar zijn geworden. Juist hierdoor ontdekte de Russische bevolking vrijwel direct dat haar regering haar voorloog en op grote schaal informatie achterhield.

De woordvoerders van de Russische marine die al wilden spreken deden de afgelopen week permanent tegenstrijdige uitspraken. Die leken er vooral op gericht te zijn het Russische volk te kalmeren. Zo zou het ongeluk pas zondag gebeurd zijn, zouden de bemanningsleden nog in leven zijn geweest, zou er bijna de hele week nog contact met hen zijn geweest, zou de Russische marine over voldoende middelen beschikken om zelf de reddingsoperatie uit te voeren en zou zelfs op grote schaal zuurstof en energie naar de Koersk zijn gepompt.

Pottenkijkers
Ze hadden echter over het hoofd gezien dat ze in het nieuwe Rusland te maken hadden met een pers die vrij is om door te vragen en vrij is om andere bronnen te raadplegen. Daardoor vielen ze al snel door de mand en groeide het besef onder de Russische bevolking dat ze door haar autoriteiten aan het lijntje werd gehouden. Steeds vaker werden in de media gepensioneerde marinemensen aan het woord gelaten die openlijk twijfelden aan de mogelijkheden zelf de reddingsoperatie uit te voeren.

Dezelfde kritiek treft de Russische regering. Zowel president Vladimir Poetin als vice-premier Ilja Klebanov wees aanvankelijk alle hulp uit het Westen af. Toen eenmaal duidelijk werd dat de Russen zelf niets konden uitrichten, werd als nog de hulp van de Noren en de Engelsen in geroepen. Poetin meldde toen echter dat deze al op de eerste dag van de ramp geaccepteerd zou zijn.

Nog schrijnender is de wijze waarop de autoriteiten zijn omgesprongen met de informatievoorziening aan familieleden van de opvarenden. De meesten vernamen de eerste berichten over het ongeluk uit de pers. En ook daarna zijn velen nooit door de marinevertegenwoordiging op de hoogte gebracht. Een lijst met namen van de opvarenden is nooit officieel vrijgegeven. Deze kwam pas in omloop nadat een plaatselijke krant in Moermansk deze had gekocht van een corrupte marineofficier voor meer dan 10.000 dollar.

Toen ontdekten sommigen dat hun familielid zich helemaal niet onder de bemanning bevond. Anderen besloten juist af te reizen naar Moermansk omdat ze toen pas overtuigd waren van hun vermoedens. Eenmaal ter plekke werd aanvankelijk weinig voor hen gedaan. Informatie ontvingen ze vaak nog eerder van de in groten getale aanwezige journalisten dan van de marine zelf. Ook onder hen groeide het besef dat de Russische autoriteiten er alles aan deden om de waarheid te verhullen.

Zelfs op het moment dat de Noorse reddingswerkers vaststelden dat de onderzeeër geheel onder water stond en er dus geen overlevenden meer aan boord waren, hield de officiële perswoordvoerder van de Russische marine een slag om de arm. Er zouden aanwijzingen zijn dat er nog wel overlevenden waren, maar welke aanwijzingen dat waren hield hij voor zich. Tegelijkertijd werd het gerucht in het leven geroepen dat er in de buurt van de Koersk resten waren gevonden van een Britse onderzeeër, wat erop zou wijzen dat de kernonderzeeër het slachtoffer was van een buitenlandse aanval.

De Russische bevolking is echter niet meer zo naïef als ten tijde van de Sovjet-Unie. Zelfs ex-medewerkers van leger en marine hebben op grote schaal in de Russische media verklaard dat de Russische autoriteiten bewust een mist van tegenstrijdigheden hebben opgetrokken om zodoende pottenkijkers op afstand te houden, een gewoonte die stamt uit de Sovjettijd. Militaire geheimhouding lijkt nog steeds van veel groter belang te zijn dan een mensenleven, ondanks de veranderingen in Rusland de afgelopen tien jaar.

De Russische media toonden zich de afgelopen week opvallend kritisch. Vooral Poetins afzijdige rol in de onderzeeërcrisis wordt breed uitgemeten, zelfs bij media die tot voor kort de Russische president alleen maar toejuichten. Zo vergeleek ORT, de grootste televisiezender in Rusland en tot voor kort pro Poetin, in een uitgebreid programma Poetins omgang met de ramp met de ontploffende kerncentrale in Tsjernobyl in 1986. Ook toen verzweeg de toenmalige nieuwe hoop voor de Russen Michail Gorbatsjov de waarheid en was het het buitenland dat met de eerste informatie kwam. De geloofwaardigheid van Gorbatsjov als initiatiefnemer voor meer openheid werd toen flink ondergraven en het programma suggereerde dat Poetin hetzelfde te wachten staat.

Er lijkt inderdaad een einde gekomen te zijn aan Poetins wittebroodsweken. Zijn mooie woorden ten spijt blijkt hij op het uur der waarheid niet thuis te geven. En dat rekent de Russische bevolking hem zwaar aan. Overal zijn dezelfde vragen en teleurstellingen te horen. „Waarom was Poetin niet ter plekke om steun te betuigen aan de familieleden van de opvarenden? Ik geloofde oprecht dat Rusland met het aan de macht komen van Poetin een nieuwe weg was ingeslagen, maar deze hoop is nu voorgoed de grond in geboord.”

Versterken
De grote vraag is nu of de perikelen rondom de Koersk ook politieke gevolgen zullen hebben. Het is duidelijk dat het volk eist dat er koppen zullen rollen en ook een groot aantal parlementsleden heeft al een grootschalig onderzoek geëist. Hoewel er zeker schuldigen gevonden zullen worden, zal er aan de politieke top waarschijnlijk weinig veranderen. Deze mensen komen immers voor een groot deel zelf voort uit de Sovjetbureaucratie en hebben er alle belang bij deze geslotenheid in stand te houden.

Poetin heeft er immers nooit een geheim van gemaakt dat hij juist de rol van het leger en de marine in Rusland wil versterken en de onafhankelijke media wil beperken. Met deze belofte won hij de presidentsverkiezingen, wat in feite betekent dat de meerderheid van de Russische bevolking er zelf mee heeft ingestemd. Pas nu realiseert ze zich wat de gevolgen daarvan zijn.