Redders krijgen luik
van Koersk niet open

MOSKOU – De Russische marine is er gisteren in geslaagd een duikklok op het ontsnappingsluik van de verongelukte Russische kernonderzeeër Koersk te plaatsen. De capsule kon aan de romp van de duikboot worden gekoppeld, maar de hulpverleners slaagden er door de omvangrijke beschadigingen niet in de sluisdeur te openen.

De Russische marine gaat echter ononderbroken door met haar pogingen de Koersk-bemanning te redden. Zij zet vier duikklokken in. Een Britse duikboot, speciaal gemaakt voor reddingsoperaties bij verongelukte onderzeeërs, wordt vandaag op de rampplek in de Barentszzee verwacht. Daar ligt de Koersk inmiddels bijna een week op 100 meter diepte.

De Russische president Poetin verdedigde gisteren kort voordat hij van zijn vakantie naar Moskou terugkeerde zijn opstelling. Hem was verweten dat hij veel te laat had gereageerd, zijn vakantie niet had onderbroeken en dat hij had geaarzeld met het inroepen van buitenlandse hulp.

Voor de Koersk-bemanning bestond van het begin af aan slechts een extreem kleine kans op redding, aldus Poetin. Minister Sergejev van Defensie zou hem dat kort na het ongeluk hebben verteld. Niet het gebrek aan hulpmiddelen was aanvankelijk het grootste probleem, maar het ruwe weer.

Poetin verklaarde dat het meteen zijn wens was geweest naar de plek van het ongeluk te vliegen. Hij besloot daar echter van af te zien omdat hij toch maar in de weg zou lopen. Ook hadden deskundigen hem verklaard dat zijn aanwezigheid als opperbevelhebber van de Russische strijdkrachten niet per se nodig was.

Lijst van opvarenden
Een krant in Moermansk, thuishaven van de Koersk, publiceerde gisteren een lijst met de namen van de opvarenden. Het blad had de namen voor 18.000 roebel (ruim 1500 gulden) weten te bemachtigen. De krant noemde het bedrag in de kop van haar bericht om de informatiepolitiek van de marine aan de kaak te stellen.

De publicatie van de lijst is kenmerkend voor de verwarrende situatie rond de ramp. Familieleden en verwanten, de lokale bevolking, politici en de media laken de manier waarop de overheid en de strijdkrachten met het ongeluk omgaan. Informatie komt niet of nauwelijks naar buiten.

Het lot van de 118-koppige bemanning blijft onduidelijk. Meldingen spreken elkaar tegen. De commandant van de Russische noordelijke vloot, Popov, was er donderdagavond van overtuigd dat er nog leven is aan boord, maar hij baseerde zich op klopsignalen van maandag. Sinds woensdagochtend zijn er geen nieuwe levenstekens ontvangen.

Popov bevestigde gisteravond dat een explosie de Koersk had beschadigd. Wat de oorzaak van de ontploffing was, kon hij niet zeggen. Hij suggereerde een botsing met „iets van buiten” of een ontploffing in de boot zelf.

Volgens deskundigen van de Amerikaanse regering is er overduidelijk bewijs dat er twee explosies aan boord van de Koersk plaatsvonden. Een ervan had een kracht van 2 ton TNT. Seismologische stations in Alaska, Duitsland en Canada registreerden een schok van bijna 3,5 op de schaal van Richter. De Amerikaanse deskundigen gaan ervanuit dat door de explosies zeker de helft van de bemanning om het leven is gekomen.