Boekrecensie |
Titel: Baan. Opkomst en ondergang van een softwarebedrijf Auteurs: Mark Houben en Jeroen Wester Uitgeverij: Business Contact Amsterdam, 2001, i.s.m. Het Financieele Dagblad ISBN 90 254 6240 5 Pagina's: 176 Prijs: 39,50
|
Recensie door H. de Boer - 28 maart 2001
Biografie is vooral boek over broers Jan en Paul
Zout in de Baan-wondeBaan. Opkomst en ondergang van een softwarebedrijf is vooral een boek over de broers Jan en Paul. Zij vormen de rode draad in het verhaal over winnen en verliezen, in het spel om het grote geld. Een ding is helder: voor de (kleine) belegger is de vandaag verschenen publicatie zout in de wonde. Om maar met de deur in huis te vallen: onthullend is het boek niet. Wie zat te wachten op de ontvlechting van een keur aan complottheorieën of de openbaring van allerhande (persoonlijke) schandalen, kan de pennenvrucht van de twee journalisten van het Financieele Dagblad beter meteen terzijde leggen. Het is juist opvallend dat het bijgevoegde persbericht een veel agressievere toon aanslaat dan in het boek terug is te vinden. Er is sprake van belangenverstrengeling bij bestuurders, commissarissen en accountants en betrokkenen maken zich schuldig aan zelfverrijking, frauduleuze handelingen, stelselmatig gesjoemel en misleiding van de belegger. De auteurs trekken dergelijke harde conclusies helemaal niet. Zij gaan terecht niet op de stoel van de rechter zitten, maar leggen de vinger wel keurig bij de zere plekken.
Minder-ingewijden Voor het overige is Baan. Opkomst en ondergang van een softwarebedrijf een vlotgeschreven corporate biography, ook voor minder-ingewijden, die qua volledigheid nog geen concurrentie te duchten heeft. Het accent ligt op de turbulente beursjaren (1995 tot 2000), maar ook de jongensboekachtige opkomst van Baan Company Jan Baan begon met ongeveer niks in een kippenschuur met het ontwikkelen van pakketsoftware krijgt ruimschoots aandacht. Punten van kritiek zijn er wel. Om de feiten helder op een rijtje te krijgen, interviewden de auteurs 24 Nederlanders en 12 Amerikanen. Met Jan Baan hadden zij langdurig en intensief contact. Echter, naar de identiteit van veel van de overige ondervraagden blijft het gissen. In de hechte religieuze gemeenschap van oprichter Jan Baan is het uit de school klappen over een geloofsgenoot not done. Daarnaast regeerde de angst voor juridische gevolgen de zegslieden. Er lopen namelijk twee rechtszaken.
Natrappen Baan Company dus. Het begon zo mooi. Het binnenhalen van dé order, die van Boeing in 1994, net voor de beursgang, blijft tot de verbeelding spreken. Jan Baan is de held. Hij bestaat het om machtige Boeing-mensen in de meest kritieke fase van het onderhandelingsproces tegen de schenen te schoppen. Als wij je deze opdracht gunnen, word je een rijk man, zeggen ze tegen hem. Ik ben al rijk, reageert hij afgemeten. Ik heb namelijk een geweldig gezin. (...) Bovendien voel ik er niets voor een slaaf van jullie automatiseringsafdeling te worden. Boeing hapt toe. Zoveel lef hadden ze niet verwacht. Even voor de beursgang van mei 1995 komt het grote geld om de hoek kijken. Durfinvesteerder General Atlantic Partners (GAP) steekt in april 1993 ruim 21 miljoen dollar destijds een ongelooflijk hoog bedrag voor een softwarebedrijfje als Baan in de Veluwse automatiseerder. Het levert Jan en Paul Baan definitief de miljonairsstatus op.
Personeel profiteert De wereld raakt geïnteresseerd in de gereformeerde achtergrond van de broers. De schrijvers van het Baan-boek gaan zich niet te buiten aan zoals in veel andere publicaties wel is gebeurd het schetsen van een karikatuur van de gereformeerde gezindte. Dat de vrouw immers geschapen is voor de instandhouding van de stamboom is daarentegen een zinsnede van de auteurs die bijbels gezien geen recht doet aan de huwelijkse staat. Jan Baan zou in dit verband eens opgemerkt hebben dat hij wegens zijn 25-jarige huwelijksjubileum met een neef op vakantie wilde. Op de vraag van een zakenrelatie wat zijn vrouw daarvan zou vinden, zou de jubilaris hebben gezegd: Mijn vrouw, hoezo? (...) Maar mijn vrouw gaat helemaal niet mee. Die blijft thuis. Die moet immers voor de kinderen zorgen. Jan Baan mag bekend staan om zijn verbale grillen, maar of hij zó praat over zijn vrouw is de vraag. Wie die zakenrelatie was? Tja, die wilde anoniem blijven. Het vervolg van de Baan-story zal velen nog vers in het geheugen liggen. Het kan in eerste instantie niet op. Jan Baan spreekt over de goudmijn van Baan Company. Ook Paul heeft het in de gaten: Software is allemaal winst. De koers van het aandeel blijft stijgen. Het personeel met aandelenopties kijkt verlekkerd toe. De eerste secretaresses worden miljonair. Jan Baan scheert als een razende over de aardbol, in zijn eigen straalvliegtuig.
Niemand die het ziet Jan Baan's opvolger, de McKinseyaan Tom Tinsley, wil doorgroeien naar een top-3-positie voor bedrijfssoftware en begeeft zich op het overnamepad. Ook hier is de geldpers van hooggewaardeerde aandelen onmisbaar. De snelle groei heeft zelfs lokale neveneffecten. De grote stroom mensen die naar Barneveld verhuist, drijft de plaatselijke huizenprijzen onevenredig op. Maar niet getreurd, Nederland heeft met Baan pas een echt volksaandeel. Want wie de koersgrafiek bekijkt, ziet maar één weg: steil omhoog. Op feestjes en partijen is Baan beleggingstip nummer 1. De omslag komt op 20 april 1998, wanneer Baan Company de presentatie van de eerste kwartaalcijfers moet uitstellen. Het nieuws, een onverwachte ruime halvering van de winst, valt beleggers zwaar op de maag. De tegenslagen volgen elkaar in rap tempo op. Onenigheid met huisaccountant Ernst & Young volgens een ingewijde gewoon knallende ruzie en het teleurstellende definitieve jaarverslag over 1997 waarin de financiële wereld voor het eerst zicht krijgt op de afzet via bevriende BV's, drukken de koers van het aandeel snel naar beneden.
Vernietigend Jan Baan moet afstand nemen, maar dat voorkomt niet dat de bom in oktober 1998 barst wanneer Baan Company een fors verlies moet melden. De millenniumproblematiek en de Azië-crisis gelden als boosdoeners, de belegger heeft er geen boodschap aan. De koers van het aandeel zakt als een plumpudding in elkaar: min 40 procent. Het onvermogen helder te communiceren breekt het concern keer op keer op. De pittige Mary Coleman komt de raad van bestuur versterken, maar aan de andere kant verlaten geslaagde topverkopers en dito managers het zinkende schip. Kredietproblemen worden 'opgelost' door schimmige investeerders. Nieuwe, peperdure leden van de raad van commissarissen lukt het niet een ommekeer te bewerkstelligen.
Beursavontuur voorbij De afloop is bekend. Het Britse industriële conglomeraat Invensys doet een bod van 2,85 euro per aandeel. Ooit gingen stukken voor bijna 50 euro over de toonbank. Na veel getouwtrek en door het toepassen van een uitrookprocedure voor aandeelhouders worden de Britten eigenaar van Baan Company. Het beursavontuur is voorbij. Het boek is eigenlijk niet af. Wellicht komt de uitkomst van de rechtszaken in de VS en in Nederland tegen het concern en de broers Baan ooit nog eens in een herdruk aan bod. De lezer mag voorlopig zelf een conclusie trekken. Dat het gemanoeuvreer door de top bij Baan Company verkeerd heeft uitgepakt en dus op zijn minst niet slim was bewijst de geschiedenis. Of dergelijk gedrag strafbaar is, daarover zal de rechter oordelen.
|