Boekrecensie |
Titel: Familieband. Geschiedenis van het gezin in Nederland Auteur: Dirk Damsma Uitgeverij: Kosmos-Z&K Utrecht, 1999 ISBN 90 215 3489 4 Pagina's: 208 Prijs: 29,90
|
Recensie door dr. D. J. Steensma - 07 april 1999
Wortels van moderne huisgezin zijn reeds vroeg aan te wijzen
Schaduwzijde aan de zelfontplooiingDe aandacht die in onze tijd wordt gegeven aan zelfontplooiing van mensen heeft zijn schaduwzijde. Maatschappelijke verbanden kunnen daardoor ontwricht raken. Langzamerhand wordt deze schaduwzijde ook door overheidsinstanties herkend. Er bestaat in de samenleving een dringende behoefte aan meer controle, meer discipline en een nadrukkelijker gezagsuitoefening. De oplossing zoekt men daarvoor bij het gezin. Dit levensverband is allesbehalve voorbij. Tot deze conclusie komt Dirk Damsma, verbonden aan de faculteit der geesteswetenschappen van de Universiteit van Amsterdam, in zijn boek Familieband, een bijgewerkte en geactualiseerde versie van zijn Het Hollandsche Huisgezin uit 1993. Damsma omschrijft het gezin als een leefeenheid van ouder(s) en kind(eren). Dat is de gangbare wetenschappelijke definitie. Alle andere primaire leefverbanden worden samengevat onder de term huishouden. De geschiedenis van het gezin in Nederland wordt in vijf hoofdstukken beschreven. Elk hoofdstuk bevat drie elementen. In de eerste plaats komt de buitenkant van het gezin aan de orde: omvang, samenstelling, huwelijksleeftijd, vruchtbaarheid, sterfte en huwelijksduur. In de tweede plaats wordt de binnenkant van het gezin beschreven: hoe het gezin functioneert en hoe de kwaliteit is van de relaties tussen gezinsleden onderling. Altijd is er in de opvoeding een spanning geweest. Kinderen geven enerzijds vreugde, maar anderzijds ook moeite en zorg. Of zoals 'vader' Cats schreef: Kinderen zijn hinderen. In de derde plaats wordt het gezin als maatschappelijk instituut beschreven. Het gezin is de eeuwen door de plaats geweest waar kinderen worden opgevoed.
Discipline In het laatste hoofdstuk worden recente ontwikkelingen in kaart gebracht. Het blijkt dat daarover positieve dingen zijn te zeggen. Bijna alle kinderen groeien in een gezinsverband op. Mensen krijgen in hun opvoedingspraktijk weer oog voor discipline. Er is nieuwe aandacht voor de plichten van ouders. Het gezin staat bij mensen hoog genoteerd op hun waardeschaal. Toch zijn er ook andere ontwikkelingen. Een van deze ontwikkelingen is dat het wettig huwelijk op zijn retour is. Damsma laat het bij een beschrijving. Een dergelijke beschrijving bevat echter wel degelijk een boodschap. Deze is dat mensen zelf hun relaties (mogen) invullen en daarvoor geen verantwoording schuldig zijn aan God. Uitdrukkelijke aandacht voor de nadere reformatie van het gezin (de titel van de studie van dr. L. F. Groenendijk) ontbreekt. Ondanks dit gemis en de impliciete boodschap van het boek geeft het boeiende informatie uit de Nederlandse gezinsgeschiedenis. Deze informatie wordt verduidelijkt door de vele illustraties. Het boek wordt afgesloten met een bibliografie en een register.
|