Boekrecensie

Titel: Chopin, de man en zijn muziek
Auteur: Emanuel Overbeeke

Uitgeverij: Kwadraat
Utrecht, 1999
ISBN 90 6481 327 2
Pagina's: 128
Prijs: ƒ 29,95

Recensie door S. M. W. Bezemer - 10 november 1999

Nuchtere kijk op Chopin

Ter gelegenheid van de 150e sterfdag van Frédéric Chopin (1810-1849) verscheen ”Chopin, de man en zijn muziek”, een levensbeschrijving van de componist. Volgens de folder legt de auteur onvermoede verbanden tussen de composities en het leven van Chopin. Dat valt gelukkig erg mee. Emanuel Overbeeke stelt zich nogal nuchter op tegenover het idool uit de Romantiek.

Over Frédéric Chopin is al zoveel onzin is te berde gebracht dat een reële levensbeschrijving alleen maar bevorderend kan werken voor de kijk op zijn werk. Overigens is de uitgave van Kwadraat niet de enige Nederlandstalige biografie van Chopin. Enkele jaren geleden verscheen in de Gottmer componistenreeks ook al een deel over het Pools-Franse genie van de hand van Jos van Leeuwen. Wie uit is op meer details, is met het laatstgenoemde boek beter af. Daar staat tegenover dat het boek van Overbeeke wat prettiger leest.

De schrijver volgt het leven van Chopin en houdt af en toe even halt voor een uitweiding. Daarin geeft hij zijn eigen mening over bepaalde aspecten van Chopins muziek weer. Natuurlijk is daar niets op tegen, maar zulke opmerkingen moeten dan wel relevant zijn voor een beter begrip van Chopin. Dat is niet altijd zo. Zo zegt Overbeeke dat Chopins stijl in wezen klassiek is, waarbij hij doelt op invloeden van Bach en met name van Mozart. Dergelijke opmerkingen kunnen over de meeste romantici uit de eerste helft van de 19e eeuw gemaakt worden. Ook Mendelssohn, met wie Chopin een prima verstandhouding had, en zelfs de latere Brahms lieten zich sterk door de zogenaamde Weense klassieken beïnvloeden. Om nog maar te zwijgen van Chopins collega's van het tweede garnituur zoals Thalberg, Kalkbrenner, Moscheles, Hummel en Spohr.

tussenkopOrkest

Soortgelijke, wat algemene, opmerkingen kom ik meer tegen: „Zijn (Chopin) muziek is zo goed dat ze ook een slechte uitvoering met glans doorstaat.” Dit wordt eveneens over Bach gezegd: „Niet stuk te krijgen!” Een slechte uitvoering van Chopin is toch net zo verschrikkelijk als een slechte Bach?

Bekend is de kritiek op Chopins manier van orkestreren. Volgens Overbeeke wist Chopin precies wat hij wilde, kende hij het orkest door en door en schreef voor het orkest „precies wat hem goeddacht.” Daarmee bewijst Chopin zich echter nog niet als kundig instrumenteerder. De orkestbegeleidingen en tussenspelen bij zijn pianoconcerten zijn bepaald niet opwindend te noemen en weten dirigenten en musici nauwelijks te inspireren.

Natuurlijk zijn dit maar enkele details op een groter goed leesbaar en informatief geheel. De ramp van het verblijf op Mallorca met George Sand en kinderen krijgt een kleurige beschrijving. Overigens bleef ik met een vraag zitten. Was de Solange die aan het sterfbed van Chopin zat en aan wie hij de laatste jaren van zijn leven verschillende brieven schreef, dezelfde als de dochter van Sand? Dat moet wel, aangezien haar man, die beeldhouwer was, het dodenmasker maakte, maar we worden er niet over ingelicht.

In het laatste hoofdstuk gaat de schrijver in op de verschillende interpretaties van het werk van Chopin. Helder benoemt hij de belangrijkste verschillen met bijbehorende pianisten. Wie een bij zichzelf passende Chopin zoekt, zal hier ongetwijfeld wat aan hebben.

Dit boek verschijnt in samenhang met de DGG-uitgave van de volledige Chopin door verschillende pianisten.