Boekrecensie |
Titel: Verzameld werk deel IV Auteur: Theo Thijssen Uitgeverij: Thomas Rap/Atheneum/Polak & Van Gennep Amsterdam, 1999 ISBN 90 6005 789 9 Pagina's: 475 Prijs: 51,50
|
Recensie door Tera Voorwinden-Hofman - 13 oktober 1999
Fragmenten van de oer-KeesDe mens is steeds geneigd het kwaad/ Te zoeken, ook waar 't niet bestaat;/ Dies houdt uw tong en penne in,/ Want laster schijnt hem vaak gewin. Behalve aan Jakobus 3 doen deze dichtregels denken aan de enigszins moralistische domineespoëzie uit de 19e eeuw. Opmerkelijk genoeg zijn ze echter aan te treffen in het onlangs bij uitgeverij Athenaeum uitgekomen deel IV van het Verzameld werk van Theo Thijssen. Theo Thijssen (1879-1943) is bij menig middelbare scholier met name bekend van Kees de jongen (1923). Kees, de personificatie van de jongen, maar ook een echt uit de Jordaan afkomstig Amsterdams ventje van vlees en bloed. Bedoeling: Een stuk jongenspsychologie: niet één speciaal eigenaardig, interessant jochie, maar iets algemeens. Natuurlijk een jongen bedacht, die zeer duidelik vertoonde, wat iedere jongen, zij 't ook niet zó erg heeft. Fragmenten uit Kees de jongen zijn opgenomen in deel IV van Thijssens Verzameld werk. Het gaat om dertien passages die in 1908 als feuilleton in het blad De Nieuwe School dienstdeden en die met enig gewicht de oer-Kees genoemd worden. Anekdotische brokstukken, die pas in het boek op hun plaats vallen. Waarschijnlijk zijn er interessante literatuurcolleges te vullen met de verschillen tussen de oerversie en het uiteindelijke boek. Maar aardig om in de fragmenten ook juist de echte Kees-de-jongenachtige dingen tegen te komen, zoals de gymnastiekpantoffeltjes en de zwembadpas, evenals de baliekluivers op de Dam, de trouwe hond Bruno, de vioolscène in de Vondelstraat, de schuine Kapies, en natuurlijk de fantasieën van romanheld Kees Bakels, die als een rode draad door het verhaal lopen.
Jeugdherinneringen De recensies van Thijssens jeugdherinneringen waren over het algemeen positief, behalve die van C. Houwaard in de NRC. Volgens hem waren al die uitvoerig gereleveerde bijzonderheidjes over zijn familie, over zijn kinderspelletjes of schoolervaringen niet bij machte interesse te wekken. Maar deze meneer had volgens de schrijver dan ook weinig van de bedoeling begrepen. Hoe het zij, Thijssen is in ieder geval wel in staat een recensent anno 1999 met zijn romans 'in de geest' op zijn zwerftochten door Amsterdam mee te nemen en urenlang nostalgisch vermaak te leveren.
Kruisdood In zijn romans blijkt op geen enkele manier enige affiniteit met de christelijke geloofsovertuiging. Eerder het tegendeel. In In de ochtend van het leven heeft Theo's vader het menigmaal aan de stok met de juffrouw van de bewaarschool vanwege haar orthodoxe ideeën. Er is geen sprake van kerkgang. Als Theo op school in zijn onschuld verhaalt van het zondagse vermaak van de familie Thijssen op kermissen en dergelijke, levert ook dat menige confrontatie op. Onverwachts is daarom het in de uitgave opgenomen Golgotha, een piëteitsvol en ontroerend gedicht over de kruisdood van de Heiland, te lang om in zijn geheel te citeren. Een aantal strofen: De overpriestren/ Aanschouwen 't blij:/ De Waarheid zieltoogt,/ Zij zijn nu vrij!/ Daar hangt Hij bloedend/ Aan 't merk der schand;/ Hij d'eeuwge Koning/ Van 't Godlijk Land./ Zijn wonden schrijnen/ En 't drupplend bloed/ Vergaart zich samen/ Aan 's kruises voet./ Maar 't Hart des Heilands/ Het bloedt nog meer,/ Zijn ziele buigt zich/ Bedroefd terneer./ Maar van Zijn lippen/ Ruist 't warm gebed:/ Vergeef 't hun, Vader!/ O! Red hun! Red!... Moeilijk te combineren met het meeste van zijn overige werk, maar hiermee verdient de schrijver een volwaardige plaats in een goede boekenkast.
Navertellingen
|