Boekrecensie

Titel: De avondboot
Auteur: Vonne van der Meer

Uitgeverij: Contact
Amsterdam/Antwerpen, 2001
ISBN 90 254 1189 4
Pagina's: 206
Prijs: ƒ 45,- (geb.)/ƒ 32,90 (pb)

Recensie door Enny de Bruijn - 24 januari 2001

Vonne van der Meer: Je kunt je personages niet bekeren

Nieuwe gasten op het eiland

Ze zou het heel moeilijk vinden om een verhaal te schrijven over iemand die zijn leven lang bij de kerk is gebleven. „Maar hoe mensen vanuit bijna-chaos tot bidden komen, dat begrijp ik wel. Ik denk dat je in mijn boeken het geloof in zijn allereerste stadium ziet.” Vonne van der Meer schreef een vervolg op de verhalenroman ”Eilandgasten”. Hetzelfde huis, hetzelfde eiland, dezelfde schoonmaakster. Toch is ”De avondboot” een ander, een melancholieker boek geworden, vindt ze zelf.

De christelijke boekhandel heeft sinds kort het werk van Vonne van der Meer ontdekt. Dat wil zeggen, de bundel ”Eilandgasten”. Hoewel ze haar vroegere publiek zeker niet verloor, veroverde Van der Meer zich in het afgelopen jaar een plaats op de RD/CLK-toptienen, tussen de boeken van Den Hertog, De Banier, Boekencentrum en allerlei andere protestants-christelijke uitgevers. Verklaarbaar is dat wel. Wie ”Het limonadegevoel en andere verhalen” (1985), het boek waarmee Vonne van der Meer haar loopbaan als auteur begon, naast ”Eilandgasten” (1999) legt, ziet het verschil. De aandacht voor erotiek lijkt wat afgenomen, terwijl geloof en gebed een veel duidelijker plaats gekregen hebben.

Toch hebben de jongste boeken van Van der Meer nog steeds een totaal ander karakter dan de meeste romans die binnen de gereformeerde gezindte met graagte gelezen worden. Ze gaan over mensen die niet zo erg gelovig zijn, die zich niet houden aan de afgebakende paden van de orthodoxe moraal, maar er toch in hun leven niet aan ontkomen houvast buiten zichzelf te zoeken. Dat weerspiegelt de ontwikkeling die de schrijfster zelf doormaakte: langzamerhand steeds verder in de richting van het christendom. Ruim zes jaar geleden liet ze zich in de rooms-katholieke kerk van Naarden dopen, later gevolgd door haar echtgenoot, de schrijver Willem Jan Otten.

Inzicht
In haar huis in de vesting Naarden –houten vloer, kat op de bank, wanden vol boeken– komen de personages uit ”De avondboot” tot leven. „Tijdens het schrijven van ”Eilandgasten” had ik al veel meer ideeën dan ik kwijt kon. Omdat ik wilde dat het om een overzichtelijk aantal mensen in de loop van één seizoen zou gaan, moest er een tweede boek komen. Daar was ik toen ”Eilandgasten” in 1999 uitkwam al heel ver mee. Ik heb het, zoals ik altijd doe, daarna een jaar laten liggen. Als je een hoofdstuk net af hebt, ben je er toch altijd tamelijk verrukt van. Na een jaar kun je het iets afstandelijker bekijken. Ik blijf tot het laatst toe aan zinnen schaven, totdat ik op een gegeven moment denk: nu schrik ik nooit meer 's nachts wakker met een zin of een woord dat anders moet. Dan is het afgelopen, uitgewerkt.

Hoe het kan dat eenzelfde idee –eiland, huisje, schoonmaakster als verbindend personage– een ander boek oplevert, melancholieker? Daar kan ik zelf de vinger niet op leggen. ”Eilandgasten” is een boek waarbij mensen een inzicht bereiken. De weduwnaar die in zee wil lopen komt, zonder dat hij eigenlijk zelf weet wanneer dat gebeurt, tot het inzicht dat hij toch verder wil leven. Al heeft hij daarmee natuurlijk zijn vrouw niet terug. Zijn huis blijft even leeg. Hetzelfde zie je bij de vrouw die kanker heeft. In de loop van het verhaal komt ze tot een inzicht over de relatie met haar moeder, maar het blijft de vraag of ze de operatie goed doorstaat en of ze ooit nog naar het eiland terug zal gaan.”

Krachtsinspanning
„In dit boek is het een beetje anders. ”Eilandgasten” is een boek over inzichten, in ”De avondboot” worden mensen van buitenaf of door iets in zichzelf overvallen. De weduwnaar uit het eerste hoofdstuk wordt gegrepen door zijn overleden vrouw, zozeer dat hij zelfs met haar stem gaat praten. De moeder van twee zoons wordt echt meegesleept door de verwarring van de jongste. Deze verhalen gaan over iets wat in je vaart, waar je niet op voorbereid bent, en waar je vervolgens toch mee in het reine moet komen.”

Toch zijn de personages uit ”De avondboot” volgens de auteur zeker niet passief te noemen. „Neem het verhaal over Heleen en Babette. Dat had heel makkelijk een slachtofferachtig verhaal kunnen worden. Heleen hoort van Babette iets over haar oorsprong, waardoor ze in uiterste somberheid vervalt. Daar had ik het bij kunnen laten. Maar wat er vervolgens in haar vaart, is iets wat je helemaal niet van deze weldenkende moeder van drie kinderen verwacht: iemand die aardig is, verstandig, blijkt ineens tot iets buitengewoon primitiefs –een wraakactie– te kunnen komen. Vervolgens lukt het haar echter toch om het beeld dat haar volledig in het moeras zou kunnen trekken, te vervangen door een ander beeld. In plaats van haar zwangere moeder die op het punt van springen op tafel staat, ziet ze nu een kind dat popelend van ongeduld door diezelfde moeder wordt afgewacht. Dat is een enorme krachtsinspanning, vind ik.”

Conflict
Voor Vonne van der Meer is een conflict het uitgangspunt voor een verhaal. „Ik begin pas te schrijven als ik weet wat mijn personages willen. Als twee zussen op dezelfde lijn zitten en samen een goede vakantie hebben, heb je geen verhaal. Dat is een ansichtkaart. Neem bijvoorbeeld het verhaal van Martine. Haar moeder is op de vlucht voor wat 4 mei oproept, en haar Joodse vriend Hans is op de vlucht voor 5 mei. Dat zijn tegengestelde bewegingen. Door die jongen en door wie hij is, komt iets wat de moeder haar leven lang verborgen heeft gehouden, naar boven. Je hebt alleen een verhaal als mensen tegenstrijdige beweegredenen hebben. Pas als ik dat conflict voor me zie, kan ik beginnen te schrijven.”

Ze wil niet alle plots van haar verhalen weggeven, maar zonder voorbeelden gaat het niet. Van der Meers ervaring in het theater heeft haar geleerd heel concreet te zijn. „Met regisseren heb ik vaak gemerkt dat je acteurs niet zomaar het toneel op kunt sturen. Je moet zeggen: Jij leunt tegen die boom omdat je vanaf dat punt onzichtbaar bent voor het meisje dat dadelijk opkomt. Ik noem maar wat. Zonder reden kunnen acteurs niet spelen. Zo is het ook met de personages in een boek. Ik behandel ze als mensen, dus ik vind dat ze een reden moeten hebben om ergens te zijn. Waar zijn ze bijvoorbeeld op het moment dat een verhaal begint? Wat zijn hun bezigheden? Simpelweg, Martine is in de keuken om een lekker bord boterhammen te maken, terwijl haar moeder slaapt. Zo concreet werk ik. Soms ontspoort dat in de loop van een verhaal, dan weet ik het ook niet meer, maar ik probeer me altijd af te vragen: wie wil wat, waar, waarom. De oude toneelwetten.”

Knoopje
In ”De avondboot” spelen, net als in ”Eilandgasten”, allerlei voorwerpen een rol: een beukenblaadje, een glazen knoopje, een asbak in de vorm van een zeester. „Die dingen geven je de mogelijkheid de geschiedenissen van vorige gasten in latere hoofdstukken op te laten gloeien. Als de weduwnaar uit het eerste hoofdstuk, door verdriet overvallen, een kledingstuk van zijn overleden vrouw aantrekt, springt er een knoopje af. Wanneer dat vijf hoofdstukken later gevonden wordt, herinnert dat aan zijn verhaal. Heleen, die het knoopje vindt, weet van niets. Maar voor de lezer is de man uit het begin van het boek weer even aanwezig. Dat is ook de reden waarom ik dit boek ”unverfroren” een roman noem. De personages gloeien absoluut op in latere hoofdstukken die over heel andere mensen gaan. Dat heb je in een gewone verhalenbundel niet. Als je als lezer iemands geheim kent, geeft je dat een betrokkenheid bij dat personage, ook al ben je misschien helemaal niet op hem of haar gesteld. Dat is voor mij heel essentieel.”

Zelfs de gasten uit haar vorige boek komen hier en daar terug. „”De avondboot” staat op eigen benen, de verhalen zijn duidelijk zonder dat je ”Eilandgasten” gelezen hoeft te hebben. Maar soms is het leuk om terug te bladeren. ”Eilandgasten” eindigt met de mededeling dat niets ooit verloren gaat. Daar is sprake van een enorme zorgzaamheid: de schoonmaakster vraagt zich af of ze allerlei voorwerpen weer terug naar zee zal brengen, zodat ze opnieuw kunnen aanspoelen. Wat dat betreft is er een essentieel verschil met ”De avondboot”, waarin het juist over loslaten gaat, en over overgave.”

Gebed
Of dat een poging is om bewust christelijke noties aan te brengen? „Alles wat ik meemaak, heeft heel veel tijd nodig om in mijn werk terecht te komen. Het is ondenkbaar dat er in mijn omgeving iemand zou sterven, en dat ik daar een maand later over zou gaan schrijven. Misschien in een dagboek, maar nooit in de vorm van een verhaal. Dus het grote van tot geloof komen en je laten dopen en alles wat daarbij hoort, komt heel langzaam in mijn verhalen terecht.

Dat zie ik gebeuren, maar ik wil het er niet bewust inleggen. Personages hebben hun vrijheid, ze zijn autonoom. Ik geloof niet dat je mensen kunt bekeren, ik geloof evenmin dat je als schrijver je personages kunt bekeren. Toen ik aan hoofdstuk twee begon, dacht ik niet: Martine eindigt in gebed. Het is nog maar de vraag of je iemand daar krijgt. Maar ik was er zelf gelukkig mee, met de wending die het verhaal nam, en ik hoop ook dat lezers het zien. Dat ze niet blijven steken in het trieste van de gebeurtenissen, dat ze zich ook niet laten afschrikken door de leugens die Martines vriend vertelt, door het overspel, de verlatenheid, de erotiek van het verhaal. Al die dingen zijn des mensen, ze horen bij het leven en ik zou het jammer vinden als ik op dat punt een scheiding ging maken tussen de dagelijkse werkelijkheid en de christelijke literatuur.

Dit is een boek waarin het christelijk geloof niet belachelijk gemaakt wordt, zoals in veel hedendaagse romans. Juist in een personage als Martine laat het zien wat er kan gebeuren als iemand de Bijbel gaat lezen. Zij doet dat door Hebreeuws te leren omdat ze een Joodse vriend heeft. Ze denkt dat ze het voor hem doet, maar tegelijk voelt ze dat er iets anders is dat haar aantrekt in de Bijbel. Wat dit verhaal laat zien, is dat zo iemand op het toppunt van haar verlatenheid zichzelf ineens biddend aantreft. Ondanks zichzelf. Ondanks dat ze zichzelf niet als een gelovig mens ziet, staat ze daar in die koude donkere keuken voor het raam, met in de verte de zee en de duinen, hoort ze zichzelf roepen: Barmhartige, Eeuwige, ontferm u over mij.”

Verwantschap
Alle personages in ”De avondboot” zijn op zoek, geen van hen –behalve dan de schoonmaakster– is echter een overtuigd christen. „Zowel in ”Eilandgasten” als in ”De avondboot” zie je het geloof in zijn meest rudimentaire vorm. Dat heeft te maken met het feit dat het heel lang duurt voordat gedachten die je je langzaam eigen maakt, in je personages een weg vinden. Als mij gevraagd zou worden voor het Katholiek Nieuwsblad een verhaal te schrijven over mensen die al hun hele leven lang katholiek zijn, die geen afvallige periode hebben meegemaakt, zou ik dat erg moeilijk vinden. Maar hoe mensen vanuit bijna-chaos tot bidden komen, dat begrijp ik wel.

Je hoeft dingen niet zelf meegemaakt te hebben om erover te kunnen schrijven, maar je moet wel verwantschap met je personages voelen. Voor mij is het nog steeds heel moeilijk om me in te leven in iemand die van kindsbeen af opgevoed is met een geloof. Wel in een gesprek, maar niet in een verhaal waarin je er van binnenuit over moet kunnen schrijven. Misschien dat ik dat op m'n zeventigste kan, nadat ik het zelf dertig jaar heb meegemaakt... Maar misschien begin ik er volgende week ook wel aan, dat weet ik niet.”

Zingeving
”De avondboot” wekt, net als ”Eilandgasten”, de indruk dat er een patroon in het leven aanwezig is, dat de dingen niet voor niets gebeuren. „Ik zou het heel ongeloofwaardig vinden om, als je net een grote ramp hebt meegemaakt, te zeggen: alles heeft een zin. Maar vaak is het wel zo dat mensen in de loop der tijd zelf die zin ontdekken, en daardoor uit het slachtofferschap worden getild. De man uit het laatste verhaal bijvoorbeeld heeft aanvankelijk een heel negatieve mening over echtscheiding. Maar door de loop van de gebeurtenissen zou hij, om maar iets kleins te noemen, geleerd kunnen hebben dat hij minder scherp moet oordelen over mannen die anders leven dan hij. Dan pas begrijpt hij hoe groot de verleiding kan zijn, en hoe geobsedeerd je kunt zijn.

Dat inzicht geldt ook voor mij persoonlijk. Als me iets overkomt waar ik niet direct op zit te wachten, probeer ik te zien wat het me over mezelf of over anderen vertelt. Je hoort iets –zoals in het verhaal van Heleen en Babette– waar je beter onkundig van had kunnen blijven. Toch kan het je dan lukken om je niet te laten verzwelgen door het grote zwarte moeras van het Niets, doordat je er een ander beeld voor in de plaats kunt zetten. Al is het dan alleen maar een verhaal. Het inzicht dat het je oplevert kan uiteindelijk heel waardevol zijn. Waar het je brengt, daar gaat het om. Dat merk je bijvoorbeeld bij het sterven van iemand: je moet mensen loslaten. Alles is overgave.”