Recensie door J. C. Karels - 27 september 2000
Van der Ent regisseerde biografie over Russische dichterheld
Poesjkin, monnik en
aristocratisch rebel
De gouden eeuw van de Russische poëzie valt in de jaren twintig van de negentiende eeuw. Gedichten worden modeartikel, waar men grif voor betaalt. Hofleverancier is de begaafde Alexandr Poesjkin (1799-1837) , die in recordtijd honderden pagina's poëzie uit zijn pen perst. Vertaler Arie van der Ent schreef een Nederlandstalige Poesjkin-biografie. Het is een boek vol brieffragmenten, gedichten en anekdotes van en over een schrijvende monnik en een aristocratische rebel.
Acht jaar oud is Poesjkin als hij zijn leraren verrast met kleine Franse komedies en epigrammen. Zijn fenomenale geheugen herbergt grote delen van de Franse literatuur. Lord Byron, Shakespeare en Goethe fascineren hem eveneens.
Meer briljant dan degelijk moet de taalartiest zijn geweest, als we zijn onderwijsinspecteur Martyn Piletski mogen geloven, en met een meer vurig en gevoelig dan diepgravend brein. Er heersten in hem maar twee driften: vleselijke lusten en poëzie, en in beide heeft hij het ver geschopt, weet een klasgenoot. Dagen en nachten brengt hij door in een onafgebroken aaneenschakeling van bacchanalen en orgieën. In een flits trekt Poesjkin zijn pistool en daagt tegenstanders uit tot een duel.
Wispelturige denker
Als mondaine salonheld schrijft hij gedichten om te versieren of wraak te nemen. Dan weer trekt hij zich als schrijvende monnik terug op zijn landgoed, waar het ene na het andere gedicht uit zijn pen vloeit.
Een poëem als Angelo (1834) kost hem drie dagen, het bekende Graaf Noelin (1828) twee. In een bepaalde cadans kun je ze per duizend maken, en ze zullen allemaal goed zijn.
De herfst is zijn lievelingsseizoen. Als de regen neerslaat en de mist over het land hangt raakt zijn dichtersziel in vervoering. Dan bezingt hij de oude helden van de mythologie, de vrijheid en uniciteit van de Russische geest, de liefde, de schoonheid, de wijn. Poesjkin kent ook de troosteloze uitgestrektheid van de Russische vlakten, en de grauwe verlatenheid van een kerkhof.
Ik sta daar op de dodenakker
En kijk bedroefd rondom hoe naakt
Is 't heilig woonhuis van de dood,
Omringd door louter kale steppe.
En langs het eeuwig nachtlogies
Loopt slechts de stille landweg,
Waarover luid een boerenkar
Sporadisch ratelt.
Als briefschrijver vertoont hij dezelfde beknopte en bondige stijl die zijn poëzie kenmerkt. Ruim 700 in het Frans of Russisch gestelde brieven bleven bewaard. Ze zijn nooit lang, maar tonen een snelle en wispelturige denker, die in een flits iets aanroert, een kernachtige visie ten beste geeft en afrondt. Op deze kenmerkende manier biecht hij aan zijn vrouw zijn onverwoestbare goklust op: Er was geld ik heb het verspeeld. Maar wat wil je? Ik was zo giftig, dat ik een beetje afleiding moest hebben.
Na 1833, als zijn Jevgeni Onegin en De bronzen ruiter voltooid zijn, legt Poesjkin zich toe op het verachtelijke proza. Hij duikt onder in de geschiedenis, onderzoekt de bronnen en reist met een vriend naar Orenboerg, het gebied waar eens de kozakkenleider Poegatsjov huishield. Dan volgt een historisch verslag, waarop later ook de roman De kapiteinsdochter uit 1836 is gebaseerd. Een jaar later sterft Poesjkin op 37-jarige leeftijd aan een schot in de buik, opgelopen tijdens een duel.
Literaire documenten
Het eeuwfeest ter gedachtenis aan Alexandr Poesjkin vorig jaar heeft een stroom publicaties in gang gezet. Uitgeverij De Papieren Tijger startte met een integrale uitgave van het volledige oeuvre, een project dat zeven delen gaat omvatten en in 2007 afgerond moet zijn. Andere uitgeverijen brachten afzonderlijke edities van poëzie en verhalen op de markt. De biografie van Van der Ent past binnen deze belangstelling.
Het boek is geen biografie in de eigenlijke zin van het woord. Van der Ent heeft naar eigen zeggen meer geregisseerd dan geschreven. De 28 chronologisch en thematisch geordende hoofdstukken zijn in feite een compositie van literaire documenten, getuigenissen van tijdgenoten, brieven en gedichten. De hoofdstukken zijn beknopt, missen meestal de diepgang van een wetenschappelijke analyse maar bieden tegelijk bijzonder veel interessante informatie over leven en werk van een dichter die zijn activiteiten pregnant samenvatte. Ik heb op het aambeeld van de Russische taal geslagen, toen kwam er een versregel.
|