Boekrecensie

Titel: Al de werken van Lambertus Myseras (5 delen)
Uitgeverij: Gebr. Koster
Barneveld, 1998
ISBN 90 5551 125 0
Pagina's: 778
Prijs: ƒ 99,50

Recensie door ds. G. Bouw - 1 december 1999

Verzameld werk was „liefdegift aan geliefde broeders en zusters”

Eenvoudig onderricht van Myseras

Met als wens van de schrijver dat het dat mocht zijn, verscheen in 1720 „als een liefdegift aan zijn geliefde broeders en zusters in onze Heere Christus” het eerste boek van Lambertus Myseras: ”Der vromen ondervinding op de weg naar de hemel”. „Ik wens ulieden toe dat het u op de weg naar de hemel nuttig mag zijn, om daar nog enig voordeel uit te trekken (...) of het God beliefde –door Zijn genade– dat het ulieden moge dienen tot uw opbouw, licht, troost, versterking en aanmoediging, als een middeltje in Gods hand daartoe aangewend.”

Na ”Der vromen ondervinding op de weg naar de hemel” verschenen er nog vier boeken van Myseras' hand, die evenals het eerste zeer gewaardeerd werden en vele herdrukken beleefden: ”Onderricht voor ware vromen”, ”Het kinderdeel der vromen”, ”Eens Christens opmerking op de hemelweg” en ”Het kabinet van het Genadeverbond”. En deze vijf boeken, die in het midden van de vorige eeuw voor het eerst in één band uitgegeven werden, vormen samen ”Al de werken van Lambertus Myseras” (1676-1740), zoals zij recent verschenen bij uitgeverij Gebr. Koster in Barneveld. Stellig óók met de wens dat het mag zijn „als een middeltje in Gods hand.” Waar wij ons dan ook zonder enige reserve van harte bij willen aansluiten. Wat zou dát groot zijn! En de Heere kan en wil ook eenvoudige middelen gebruiken.

Geen pretenties
Myseras was geen theoloog, maar een gewoon lid van de gereformeerde (dat is: hervormde) gemeente te Middelburg, waar ook bekende predikanten als Fruytier, Smytegelt en Petrus Immens Gods Woord hebben bediend. Hij had met zijn geschriften geen literaire pretenties en hij wist zelf ook heel goed dat hij –die niet gestudeerd had– schreef zoals hij gewoon was „dagelijks met de vromen te spreken.”

Contacten
Hij had blijkens zijn geschriften veel contacten, zowel in de burgerlijke alsook in de kerkelijke gemeente. Hij was zeer bewogen (vooral na zijn eigen bekering: hoe zou het ook anders kunnen!) met zijn onbekeerde medereizigers naar de eeuwigheid en schreef, in de vorm van vragen en antwoorden, vooral „om eenvoudig onderricht te geven tot overtuiging van onbekeerden, maar voornamelijk tot opbouw, troost, onderrichting en verkwikking der vromen, als het de Heere believen zal te zegenen.”

Met hartelijke instemming één voorbeeld ter illustratie. Op de vraag: „Omdat alles de kinderen Gods ten goede moet werken, wat is het doel waartoe God zijn volk kastijdt?” antwoordt Myseras: „Ten eerste: om hen te vernederen. Vernedert u dan onder de krachtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te Zijner tijd (1 Petrus 5:6). Ten tweede: om verzoening te zoeken in Christus' bloed (Psalm 25:11: Vergeef mijn ongerechtigheid, want die is groot. Ten derde: om zijn afdwalende schapen en afwijkende kinderen weer terecht te brengen (Psalm 119: Eer ik gekastijd werd, dwaalde ik, maar nu onderhoud ik Uw wet.) Ten vierde: om van onheilig heiliger en beter te worden (Hebreën 12:10: Hij kastijdt ons tot ons nut, opdat wij Zijner heiligheid zouden deelachtig worden).”

Kort samengevat: Myseras poogt in al zijn werken eenvoudige, praktisch-geestelijke en bovenal ook schriftuurlijke leiding te geven. En dat doet goed en is ook leerzaam en nodig en nuttig.

Schematisch
Of ik dan alles in deze uitgave even geslaagd vind? Neen, maar in welke uitgave is dat wel het geval? Mogelijk mede door de vraag- en antwoordvorm kan het zo veelzijdige en veelkleurige geestelijke leven van Gods kinderen wel eens al te schematisch in allerlei vastomlijnde vakjes en hokjes ingedeeld en beschreven worden. En als bij de beschrijving van het genadeverbond als bewijs 10 („dat het is tot zaligheid der uitverkorenen”) alleen Psalm 68 : 21 genoemd wordt: „Die God is ons een God van volkomen zaligheid” (”Het kabinet...”, blz. 21), dan vind ik dat niet zo duidelijk en overtuigend en dan roept dat zelfs verscheidene vragen bij mij op. Maar dat moet toch kunnen en bespreekbaar blijven?

Ik waardeer de hartelijke, pastorale benadering en wens deze boeken dan ook in veler handen, om met oordeel des onderscheids en bovenal ook tot „nut op de pelgrimsreis” gelezen te worden. Echt „als een middeltje in Gods hand.”

Een welgemeend compliment voor de uitgever. Keurig verzorgd, ook voor ouderen duidelijk leesbaar, alleen waar dit beslist nodig was het taalgebruik enigszins aangepast en dat alles voor een alleszins redelijke prijs.