Boekrecensie

Titel: Eén van ons. Perspectief op verzoening
Auteur: Marijn de Kroon

Uitgeverij: Meinema
Zoetermeer, 1999
ISBN 90 211 3761 5
Pagina's: 72
Prijs: ƒ 19,90

Recensie door J. M. D. de Heer - 24 november 1999

De Kroon reageert in ”Eén van ons” op Den Heyer

Verder gesprek over verzoening

Het onderwerp verzoening houdt al enkele jaren de kerkelijke gemoederen bezig. Vooral het boek van prof. dr. C. J. den Heyer deed veel stof opwaaien. Nog altijd verschijnen er publicaties over deze heikele kwestie. Dr. M. de Kroon voegde er een aan toe.

De auteur van ”Eén van ons. Perspectief op verzoening” wil aan de hand van Calvijn en Bucer het debat over verzoening nieuw leven inblazen. Dr. De Kroon staat bekend als kenner van deze reformatoren, hij promoveerde op Calvijn. Wat zijn bijdragen extra boeiend maakt, is dat hij van rooms-katholieken huize is. Daarbij komt dat hij zijn nieuwe publicatie opent met de opmerking dat hij Den Heyers boek over de verzoening „moedig en bemoedigend” vindt.

Na een samenvatting van Den Heyers publicatie laat de auteur Calvijn aan het woord. Al snel wordt duidelijk dat De Kroon niets ziet in de juridische terminologie rond de verzoening. „Natuurlijk” verhelderen uitdrukkingen als schuldeiser, vereffening en voldoening het verzoeningsgebeuren niet op een bevredigende wijze, schrijft hij.

Duidelijk is ook dat De Kroon een weg zoekt die meer aansluit bij het moderne denken. De geschonden relaties tussen mensen kunnen in deze tijd nu eenmaal op meer belangstelling rekenen dan de geschonden relatie, door de zonde, met God.

Puinhopen
De auteur ziet Gods gerechtigheid vooral oplichten in Zijn ongenoegen over scheve en onmenselijke situaties, over geschonden relaties (blz. 19). „God gaat niet akkoord met de (on)menselijke puinhopen die wij aanrichten.” Hier klinken zaken door die bij de oudtestamentische profeten terug te vinden zijn. Maar uit die profeten wordt ook duidelijk dat Gods toorn over Israël dieper gaat. Ten diepste vergeet Israël (wij) God, komt het tegen Hem in opstand en als gevolg daarvan overtreedt het Zijn wetten.

De Kroon beroept zich onder meer op enkele moeilijk zinnen in Calvijns commentaar op 2 Korinthe 5:19. Daarin leest hij dat Christus tussen ons, mensen, in staat. „Hij is helemaal een van ons. (zie de titel van het boekje, dH.) Zo bewerkt Hij verzoening.” „Verzoening wordt zo een door en door menselijk gebeuren” (blz. 25).

De vraag is of dit niet een wat ander accent is dan Calvijn zelf legde. God was de wereld met Zichzelf verzoenende. Hoe? In Christus, door Zijn lijden, Zijn hele leven op aarde en in het bijzonder Zijn bloedstorting. De Kroon gaat op dit punt een andere kant op. Een andere toonsoort, noemt hij het zelf (blz. 47). „Jezus heeft”, schrijft hij, „als Een van ons Zijn werk gedaan, heeft geleefd zoals een mens hoort te leven naar het concept van Zijn Schepper.” Met deze uitleg lijkt De Kroon zich te verwijderen van 2 Korinthe 5:19: „...hun zonden hun niet toerekenende” en Calvijns commentaar hierop. Bovendien, is het proces van verzoening zo te beperken tot het mens-zijn van Jezus van Nazareth?

Harmonie
Beter uit de voeten kan de auteur met Bucer, bij wie het klassieke begrippenkader rond verzoening tot De Kroons verrassing zo goed als ontbreekt (blz. 39). Bij Bucer staat het herstel van de harmonie der schepping centraal. Met het oog hierop heeft Christus een nieuw begin gemaakt. Door het geloof in Hem wordt de mens op het rechte spoor gezet. Zo gaat verzoening functioneren, in het leven van alle dag. Relaties worden hersteld, de schepping komt in beeld (blz. 40). De Kroon beluistert in Bucer de uitnodiging om „met de schepping een gesprek te beginnen.” Zo kun je volgensde auteur verzoening aan de orde van de dag te stellen. Maar tegelijk dreigt de verticale lijn te vervagen.