Boekrecensie

Titel: Elia, een strijder voor Gods eer
Auteur: ds. J. J. van Eckeveld

Uitgeverij: Mes
Capelle aan den IJssel, 1999
ISBN 90 76061 40 8
Pagina's: 204
Prijs: ƒ 29,50

Recensie door dr. P. Vermeer - 18 augustus 1999

Meditaties tekenen optreden van groot profeet

Elia, de Thisbiet

Onder de titel ”Elia, een strijder voor Gods eer” verscheen een meditatief boekje over het leven en het werken van de profeet Elia. De auteur is ds. J. J. van Eckeveld, predikant van de gereformeerde gemeente te Zeist.

In vijftien hoofdstukken wordt het indrukwekkende optreden van een van Israëls grootste profeten beschreven: Elia, de Thisbiet. Zijn naam, ”mijn God is de HEERE”, tekent zijn leven en werk.

In 1 Koningen 17 verschijnt deze profeet plotseling voor de goddeloze Achab, koning van het tienstammenrijk, met zijn aankondiging van de ophanden zijnde droogte. Al verder mogen we in dit boek Elia volgen, totdat God hem ten hemel opneemt op een vurige wagen.

Voor ons rijst de machtige gestalte van een eenzame strijder voor Gods eer op. Groot is deze profeet door Gods genade in het geloof als hij staat voor Achab of op de berg Karmel, zwak en moedeloos als hij vlucht voor Izebel. Maar toch door God verkoren om Zijn mond te zijn in een tijd van syncretisme en afgodendienst. Dat komt in dit boek heel mooi naar voren.

Ds. Van Eckeveld heeft zich terecht moeite getroost om de oude Elia-geschiedenissen vruchtbaar te maken voor de tijd waarin wij leven. Daar zijn we hem dankbaar voor. Treffende overeenkomsten met onze tijd worden aangewezen. God heeft ook met ons volk een twist. Ook voor het persoonlijke leven vallen er rijke geestelijke lessen te leren.

Terecht krijgt het leven op Gods beloften door het geloof sterke nadruk. Aansprekend vonden we de grote aandacht voor Christus. De auteur weet telkens weer duidelijk te maken dat Elia in menig opzicht een type van Christus is geweest. Dat geeft aan het geheel geestelijke diepgang.

Meel en olie
Wel vroegen we ons af waarom de auteur regelmatig de naam Jehovah gebruikt. Deze naam is immers ontstaan door een misverstand met betrekking tot de vocalisatie van het zogenaamde tetragrammaton, de Godsnaam Jahweh. En moet je bij het meel en de olie van de weduwe van Zarfath niet eenvoudig volstaan met te denken aan elementaire levensbehoeften?

Verder is het voor ons de vraag of Elia's weg naar de Horeb wel zijn eigen weg is geweest, zoals ds. Van Eckeveld stelt. Het geheel wijst juist op het tegendeel, zo denken we. Deze vragen willen intussen geen afbreuk doen aan de waarde van dit boek, maar onderstrepen de belangstelling waarmee we ”Elia, een strijder voor Gods eer” gelezen hebben. We wensen het in de handen van velen.