Boekrecensie |
Titel: Het evangelie van de verzoening Auteur: dr. H. Baarlink Uitgeverij: Kok Kampen, 1998 ISBN 90 242 9363 4 Pagina's: 142 Prijs: 27,50
|
Recensie door prof. dr. J. W. Maris - 16 juni 1999
Luisteren naar de Schrift blijft belangrijkste taak van de theologie
Effectief tegengif van dr. BaarlinkDr. H. Baarlink was de opvolger van prof. Herman Ridderbos op de leerstoel voor het Nieuwe Testament aan de Theologische Universiteit van de Gereformeerde Kerken (synodaal) te Kampen. Hij werd op zijn beurt opgevolgd door prof. dr. C. J. den Heyer. Deze laatste kreeg vooral bekendheid door zijn boek Verzoening; bijbelse notities bij een omstreden thema (1997). In het boek Het evangelie van de verzoening geeft dr. Baarlink een effectief tegengif. Den Heyer geeft in zijn boek te kennen dat hij het Nieuwe Testament wil lezen zonder de aanstootgevende gedachte van de verzoening. Jezus is voor hem de 'voorbeeldige' gelovige, die mensen inspireert zelf de weg van verzoening te gaan. Een Middelaar die in onze plaats de schuld draagt door te sterven aan het kruis hoort thuis in een theologisch model dat wij nu maar te boven moeten komen, ook wanneer dat betekent dat sommige gedeelten uit het Nieuwe Testament tot zwijgen moeten worden gebracht Den Heyer heeft met die voorstelling met de lijn van zijn voorgangers gebroken. In 1972 heeft Ridderbos een bijbelse studie over de verzoening gegeven, waarin hij de destijds geruchtmakende visie van Herman Wiersinga krachtig weersprak. Baarlink doet nu hetzelfde met het boek van zijn opvolger. Het verschil in de posities is echter wel tekenend. Ridderbos heeft destijds als zittend hoogleraar richting gegeven aan een uitspraak van de gereformeerde synode in 1976, waarin onder meer werd gezegd dat de plaatsvervanging behoort tot het hart van het Evangelie in alle eeuwen. Baarlink schrijft zijn boek als emeritus, wetend dat thans geen synode eraan denkt zijn opvolger Den Heyer te weerspreken. Hij houdt eraan vast dat de belangrijkste taak van de theologie blijft om te luisteren naar de Schrift. Dat is inderdaad in het geding in het recente debat over de verzoening. Baarlink maakt daarbij een heldere keus.
Gelovig en wetenschappelijk Het weldadige van zijn boek Het evangelie van de verzoening is dat die houding van geloof niet verloochend wordt in de gedeelten die wetenschappelijk op allerlei details van de nieuwtestamentische geschriften ingaan. Hier spreekt een wetenschapper, een bekwaam exegeet, die zich er niet voor schaamt te geloven wat er staat. In de bijbelse theologie van onze tijd (en ook van vroeger tijd) wordt het geloof nogal eens uitdrukkelijk buitenspel gezet.
Beroep Scherp stelt hij dat diverse vormen van onderzoek van het Nieuwe Testament moeten worden getoetst op hun uitgangspunten en argumenten. De beperkingen van de diverse methoden binnen de historisch-kritische bestudering van het Nieuwe Testament worden door hem aangegeven. Hij erkent dat de 'oergemeente' een unieke functie heeft vervuld in het verzamelen, doorvertellen en als haar eigen getuigenis formuleren van wat haar overgeleverd was over Jezus. Baarlink voegt daar echter aan toe: Alleen behoort de theorie van de creatieve gemeente tot het rijk der fabels. (blz. 20) Hij bedoelt daarmee dat de evangelisten net als Paulus gemotiveerd waren door de geestelijke waakzaamheid om de aan hen overgedragen boodschap authentiek door te geven.
Geest De wetenschappelijke ruimte in de benadering van de exegese die Baarlink voor ogen staat, is hiermee aangeduid. Er zou over te praten zijn of hij niet meer over het werk van de Heilige Geest had kunnen zeggen in plaats van over de theologische motieven van de schrijvers van de Bijbel. Duidelijk is dat hij van de gegeven Schrift uitgaat, en die onderzoekt, en dat daarbij inderdaad de Schrift opengaat. Het onderzoek van de eigen structuur van elk bijbelboek blijkt lonend te zijn. Inderdaad heeft elke evangelist en hebben ook Paulus en de andere auteurs van brieven in het Nieuwe Testament hun eigen motieven gehad, rekening houdend met degenen aan wie ze schreven en met de vragen die ze tegenkwamen. De Heilige Geest heeft mensen ingeschakeld met hun complete verantwoordelijkheid, ook bij het schrijven van Gods Woord. Het boek van Baarlink is er een mooi voorbeeld van dat het onderzoek van dat eigene van de verschillende geschriften vruchtbaar is, maar ook daarvan dat de affiniteit van het geloof nodig is om daarbij niet te ontsporen.
Verzoening centraal In de overige geschriften van het Nieuwe Testament komt niet minder keer op keer deze kern van de boodschap naar voren. Aan het slot schrijft Baarlink dat de eenheid in het getuigenis van het Nieuwe Testament hem nog veel meer is opgevallen dan de verscheidenheid. Overal vond hij dezelfde ingrediënten van het Evangelie van de verlossing door verzoening (blz. 133). Dat resultaat is er nadat in de evangeliën de woorden over een losprijs, het spreken over het Avondmaal, de karakterisering van het Pascha als offer, en nog een aantal dingen zijn nagegaan, en nadat van de brieven en van de Openbaring van Johannes is nagegaan hoe daar over verzoening gesproken wordt.
Hart Predikanten kunnen hun prediking verdiepen door bestudering van dit boek. En gemeenteleden die het boek van Den Heyer hebben gelezen en erdoor aan het wankelen zijn gebracht, moeten zich maar voorzien van het hier geboden tegengif.
|