Boekrecensie |
Titel: Het is begonnen met David Auteurs: Margaretha H. Schenkeveld en Maria A. Schenkeveld-van der Dussen Uitgeverij: Meinema Zoetermeer, 1999 ISBN 90 211 3756 9 Pagina's: 364 Prijs: 55,00
|
Recensie door ds. W. van Gorsel - 16 juni 1999
Dwarsdoorsnee van Nederlandse berijmingen sinds de Reformatie
Dichten na DavidEen Bijbel in het klein, zei Maarten Luther over de psalmen. En ook wel: Een kort begrip van de beide testamenten. In allerlei toonaarden is de lof van de psalmen bezongen: Een lusthof, een schatkamer, een geestelijke apotheek. En wie kent niet de uitspraak: In de psalmen zien we al Gods heiligen in het hart? De uitgave Het is begonnen met David geeft een dwarsdoorsnee van wat ons land aan psalmberijmingen heeft opgeleverd. Heel het geestelijk leven weerspiegelt zich in ons psalmboek. De lof van God over de grootheid van Zijn schepping en Zijn goedheid over ons leven. Kennis van onze schuld en berouw over onze zonde. Verwondering over de rijkdom van Gods onverdiende genade. Klachten over verdrukking en onrecht, strijd tegen de vijanden. Lof en dank voor Gods hulp en leiding. Geen wonder dat mensen de eeuwen door in allerlei situaties hebben gegrepen naar het psalmboek en dat ze door het lezen of zingen van de liederen van Israël werden onderwezen, vermaand, bemoedigd en vertroost. Ze vonden hun toestand in het psalmboek verwoord, alsof het voor hen persoonlijk geschreven was.
Landstaal In de kerk van de Middeleeuwen kwamen de psalmen niet tot hun recht. De koren zongen ze en de parochianen mochten ernaar luisteren. De Reformatie heeft de gemeentezang weer tot leven gebracht. Luther en Calvijn hebben zich beijverd voor psalmberijmingen in de landstaal, zodat ze in de kerk en thuis konden worden gezongen. Sinds die tijd zijn de psalmen ook in ons land op tal van manieren en door ontelbaar veel dichters berijmd. Het eerste Nederlandse psalmboek, de Souterliedekens (1540), werd vele malen herdrukt. Daarna kwamen de berijmingen van Jan Utenhove en Petrus Dathenus. Marnix van St.-Aldegonde en Jacobus Revius hebben pogingen ondernomen de wat kreupele berijming van Datheen te verbeteren, maar die was in korte tijd zo ingeburgerd geraakt dat ze onvervangbaar bleek, en tot 1775 standhield. Vanaf dat jaar werd in de Gereformeerde Kerk de zogenaamde Staatsberijming verplicht gesteld, een bloemlezing uit het werk van J. E. Voet, Hendrik Ghijsen en het dichtgenootschap Laus Deo Salus Populo. Daarnaast hadden tal van dichters (en rijmelaars!) hun krachten op het psalmboek beproefd.
Sterke liederen Het begin deze maand verschenen boek Het is begonnen met David bevat 150 psalmberijmingen, van de hand van bijna vijftig dichters, vanaf de tijd van de Reformatie tot heden. Het geeft een dwarsdoorsnede van wat ons land aan psalmberijmingen en -bewerkingen heeft opgeleverd. De keuze is door diverse factoren bepaald. De auteurs wilden laten zien hoe velen, met zo verschillend resultaat, zich hebben laten inspireren door het oudtestamentische psalter. Binnen dat kader hebben vervolgens ook esthetische en cultuurhistorische redenen een rol gespeeld. Natuurlijk is de keuze voor een bepaald lied ook altijd enigszins subjectief. Wat de een mooi vindt, zal de ander wellicht minder waarderen. Over smaak valt nu eenmaal niet te twisten. Ik heb me wel wat verwonderd over het feit dat van Petrus Dathenus slechts twee psalmen zijn opgenomen, de nummers 14 en 53, die bovendien bijna gelijkluidend zijn. Zijn berijming mag wat omstreden zijn, maar ze is twee eeuwen lang het liedboek van de Gereformeerde Kerken in ons land geweest en bevat waarlijk wel sterkere liederen, zoals Psalm 42, 79 en 118. Overigens niets dan lof voor deze uitgave, die bij mijn weten uniek is in z'n soort, doordat ze in kort bestek een overzicht geeft van de wijze waarop dichters van naam en minder bekende personen gedurende vijf eeuwen de psalmen hebben berijmd. Aan de bloemlezing gaat een inleiding vooraf. Bovendien is een alfabetische lijst van de dichters en hun levensloop opgenomen.
|