Boekrecensie

Titel: John Charles Ryle, evangeliedienaar onder de armen van het volk
Auteur: L. J. van Valen

Uitgeverij: De Groot Goudriaan
Kampen, 1999
ISBN 90 6140 573 4
Pagina's: 187
Prijs: ƒ 39,90

Recensie door ds. M. M. van Campen - 3 februari 1999

L. J. van Valen publiceert levensbeschrijving van ds. J. C. Ryle

Een man van graniet,
een hart van een kind

Op de Zeeuwse eilanden werden zijn preken wel ”rieletjes” genoemd. Ds. C. Smits vertaalde eens een boek van hem in het Nederlands. Ds. W. Pieters heeft in ”De Catechisant” een vaste rubriek van hem. De Spaanse Evangelische Zending verzendt zijn vertaalde boeken en krijgt nogal eens wat reacties. Heden ten dage worden zijn werken nog volop gelezen, en met zegen! We hebben het over John Charles Ryle (1816-1900), door zijn opvolger genoemd een „man van graniet met het hart van een kind.” Onbuigzaam als het gaat over de fundamentele waarheden van de Bijbel en teer en mild als het gaat over de houding tot de medemens.

We mogen dankbaar zijn dat er nu in onze taal een levensbeschrijving van hem op de markt is gebracht. Alweer een boek van L. J. van Valen. In vijftien hoofdstukken krijgen we een goed beeld van een man Gods die zijn hart kende, zijn tijd verstond, zijn kerk liefhad en zijn Zaligmaker wenste groot te maken in zijn persoonlijk leven, zijn prediking en zijn talrijke pennenvruchten.

In de eerste drie hoofdstukken worden zijn geboorte, jeugd, bekering en roeping tot het ambt beschreven. Deze tijdgenoot van Spurgeon, Philpot en McCheyne wordt geboren op 10 mei 1816 in Macclesfield. Zijn opa is een bekeerling van John Wesley, vader Ryle een bekend bankier. „Arme man! Hij was veel te snel rijk, verliet de volgelingen van Wesley en ging om met mensen, die hem geen goed deden.” Op de lagere en de middelbare school geeft hij meer om sport dan om de studie. Daarna gaat hij studeren aan Christ Church, Oxford. Hij danst, speelt biljart en houdt van kaartspelen. Studeren doet hij van 10 uur 's avonds tot 1 uur 's morgens.

In zijn laatste studiejaar komt de grote ommekeer in zijn leven, 21 jaar oud zijnde. Zelf schrijft hij over die periode: „Was ik in die tijd gestorven, dan was ik voor eeuwig verloren gegaan. Ik was geheel zonder God in de wereld en ofschoon velen mij als een respectabele en nette jongeman aanmerkten, was ik toch geheel onbereid om te sterven.” God gebruikt de bekering van zijn zuster, de bestraffing van een vriend wegens het zweren dat hij doet en een ziekte om hem tot nadenken te zetten. Aan het eind van dat jaar komt de geestelijke doorbraak. In een kerkdienst op zondagmiddag wordt een gedeelte uit Efeze 2 gelezen. Vers 8: „Uit genade zijt gij zalig geworden, door het geloof en dat niet uit u, het is Gods gave”, wordt door de Heilige Geest met kracht toegepast. Efeze 2:8 wordt het begin van zijn loopbaan op de smalle weg.

Eerste preek
Na zijn studietijd werkt hij op het bankkantoor bij zijn vader. In 1841 komt een dramatische keer. Vader Ryle gaat in één klap failliet. Alles moet verkocht worden en zelfs het gezin kan niet meer bij elkaar blijven. Deze tijd is voor Ryle de meest ingrijpende in zijn leven, maar op deze puinhopen wordt het verlangen naar het ambt geboren!

Zijn eerste gemeente is Exbury, gevolgd door Winchester en daarna Helmingham. Op Pasen 1844 wordt hij in Exbury bevestigd. Zijn eerste preek heeft als tekst: „Simon ik heb u wat te zeggen.” Het begin is als volgt: „Ik weet niet wie u bent, ik weet niet of u oud of jong, rijk of arm, geleerd of ongeleerd bent. Ik weet alleen dat u een kind bent van Adam en een ziel heeft te verliezen of te laten redden. Daarom zeg ik: Hoor mij, ik heb u wat te zeggen.”

Driemaal is hij getrouwd en in totaal krijgt hij vijf kinderen. Niet allen zullen ze in zijn spoor gaan, helaas. De jongste zoon wordt zelfs artiest en de middelste zoon, Herbert, wordt professor in de theologie, naar liberale opvatting. In 1861 gaat de ambtelijke weg naar Stradbroke, waar hij 20 jaar zal doorbrengen.

Kerkelijk
Hoofdstuk vijf gaat over Ryle als volbloed anglicaan. Hij behoort tot de ”evangelical party” van de Anglicaanse Kerk, die hem lief is. Steeds meer gaat hij fungeren als de spreekbuis van de evangelicalen, die hem als een van hun voornaamste leiders beschouwen.

Wat is ”evangelical religion”? Vijf kenmerken: 1. Het absolute gezag van de Heilige Schrift; 2. De diepe menselijke zondigheid en verdorvenheid; 3. Het werk en het ambt van Christus; 4. Het innerlijke werk van de Heilige Geest in het hart; 5. Het uiterlijke en zichtbare werk van de Heilige Geest in het leven van de mens.

Er loopt een lijn van de hervormers via de Puriteinen en de leiders van de 18e-eeuwse opwekking naar de evangelicalen van zijn tijd. Zolang de officiële belijdenis protestants en orthodox blijft, is er geen reden de nationale kerk te verlaten, maar blijven we op het schip zitten. Zolang zij Christus en de Bijbel nog heeft, willen we haar tot de laatste plank vasthouden.

Ambtelijk
Zijn doel is de massa van het volk te bereiken. Duidelijk, doordringend en direct preekt hij. Ook zijn vlugschriften zijn eenvoudig en ernstig en spreken het gewone volk aan. Pakkend, persoonlijk en praktisch. Meer dan 12 miljoen exemplaren van zijn traktaten worden verkocht en vertaald. Over het ambt zegt hij treffende dingen: „Een predikant wordt niet uitgezonden om een zwarte jas te dragen, huwelijken in te zegenen, begrafenissen te leiden, maar gezonden om mensen te overreden om te vlieden van de toekomende toorn. Als de zaligheid van zielen niet de grote belangstelling, de heersende passie, de gedachten die zijn hart inneemt, heeft, is hij geen ware dienaar van het evangelie.”

In hoofdstuk acht en negen wordt zijn leer omschreven. Schitterende hoofdstukken! Rake opmerkingen worden gemaakt over zonde en vergeving, heilszekerheid, de verhouding verkiezing en nodiging, over de ziel en de onsterfelijkheid. De ware godsdienst rust op twee hoekstenen: het verzoenend werk van Christus voor ons en het vernieuwende werk van de Heilige Geest in ons.

Voluit in het vaandel staat bij Ryle de leer der verzoening. Hij waarschuwt geen enge of begrensde visie te hebben over de reikwijdte van Christus, Die tot een Zaligmaker aan de wereld gegeven is. Gods gave geldt voor de gehele wereld. Het kruis van Christus wordt de gehele wereld voorgesteld en aangeboden. „Zie in Hem een medicijn voldoende voor de behoefte van de gehele wereld en vrij aan de gehele mensheid aangeboden.” Ieder wordt zonder voorwaarde te stellen opgeroepen om van Christus gebruik te maken. Vaak komen we de term ”simple faith” tegen: „het geeft niets, draagt niets bij, betaalt niets, volbrengt niet, het ontvangt alleen.” Geloof is nooit een rustgrond van het hart: „rust niet op uw eigen geloof, maar op Christus, het grote Voorwerp van het geloof.”

Bevindelijk
Het kennen van onze zonden is de eerste letter van het alfabet van de zaligmakende godsdienst. Waar zijn uw zonden? Ze zijn ofwel bij uzelf, niet vergeven, niet weggewassen en zij brengen u elke dag dichter bij de hel of anders zijn uw zonden op Christus, weggenomen, vergeven door Zijn dierbaar bloed.

Het ware geloof is geen op zichzelf staande genadegave, maar gaat altijd vergezeld van bekering en persoonlijke heiliging.

Hoofdstuk elf gaat over Ryle als bisschop van de grote havenstad Liverpool. Het sociale vraagstuk zoals het grote armoedeprobleem in de stad gaat hem zeer ter harte. Schrijnende voorbeelden van dronkenschap, onzedelijkheid en misdaad ziet hij. Evangelisatie in de stad en onder zeelieden wordt gestimuleerd. Vrouwen worden ingeschakeld om in de armenwijken sociale hulp te verlenen, zondagsschoolwerk en ziekenbezoek worden op poten gezet.

Dan volgt een hoofdstuk over de Keswick-heiligingsbeweging. Heiliging door geloof is te kort door de bocht, vindt Ryle. Hoofdstuk dertien en veertien gaan over de crisis van kerk en natie: „Vertel me hoe de zondag in een land wordt gehouden en ik zal u vertellen hoedanig de kerk van het land is. De zondag is de barometer van ieder zogenaamd christelijk land.”

Israël
Een boeiend hoofdstuk wordt gewijd aan zijn uitleg van de onvervulde profetieën. De verwachting van de wederkomst van Christus is een krachtige aansporing tot een heilig leven. Een heilige wandel is het enige sieraad dat de Bruidegom behagen kan als Hij terugkomt. Verder voert hij een krachtig pleidooi voor het weer letterlijk nemen van de Heilige Schrift. Geen vervangingstheologie of vergeestelijkingstheorie. De verwerping van Israël was letterlijk, haar wederopneming zal ook letterlijk zijn.

Hoofdstuk 15 beschrijft zijn laatste levensjaren op een ontroerende wijze. Zoals het zwaard van een officier met hem begraven wordt, zo wenst Ryle dat zijn zwaard, de Bijbel, met hem begraven zal worden. In volle vrede ontslaapt deze knecht des Heeren op zondag 9 juni 1900. Zijn lievelingslied, ”Rock of Ages”, wordt door duizenden gezongen aan het graf. Twee teksten sieren de grafsteen: Efeze 2:8, die herinnert aan het begin van zijn christenreis, en 2 Timótheüs 4:7, die wijst op het einde van zijn loopbaan.

Ik wens dit boek een breed lezerspubliek. Voorgangers en kerkgangers kunnen hier veel uithalen. Een ouderling uit Grand Rapids zei tegen mij: „Amerika heeft heden ten dage 10.000 predikanten zoals Ryle nodig.” En de kerk in Nederland evenzeer!