Boekrecensie

Titel: Korte grammatica van het Bijbels Hebreeuws
Auteur: J. W. Wesselius

Uitgeverij: Coutinho
Bussum, 1998
ISBN 90 6283 098 6
Pagina's: 123
Prijs: ƒ 39,50

Recensie door M. M. C. van der Wind-Baauw - 20 januari 1999

Grammatica van Wesselius geschikt voor cursus

Hebreeuws leren met Genesis 12

Het eerste wat opvalt aan de ”Korte grammatica van het Bijbels Hebreeuws” van J. W. Wesselius, is de bijgevoegde cd. Wie hem in de speler stopt, krijgt helder en duidelijk Genesis 12, 13, 14, 22 en 37 te horen. Om de uitspraak van het bijbels Hebreeuws onder de knie te krijgen is dit natuurlijk een uitgelezen middel.

Hoewel de mannenstem kalm de bijbelgedeelten voorleest, ligt het tempo voor de beginnende leerling wellicht nog te hoog. Misschien was het beter geweest het tempo langzaam op te voeren. Hoewel een cd kwalitatief meestal beter is dan een cassettebandje, kleeft er toch ook een nadeel aan. Je kunt 'm niet even een stukje terugspoelen. Wie de uitspraak van Genesis 12:18 nogmaals wil horen, rest niets anders dan de zeventien voorafgaande verzen opnieuw te beluisteren. De uitgever had dit probleem voor een deel kunnen ondervangen door de hoofdstukken in stukjes van bijvoorbeeld steeds vijf verzen te knippen. Een cd kan immers wel steeds opnieuw bij eenzelfde nummer beginnen.

Werkwoordsvormen
Wat zeker aanspreekt, is dat Wesselius een concreet bijbelgedeelte (Genesis 12) als uitgangspunt voor zijn grammatica neemt. Wie geïnteresseerd is in bijbels Hebreeuws, is dat tenslotte om zelf het Oude Testament te kunnen lezen. Wat is er dan aardiger om daar vanaf het eerste moment mee te beginnen. Wesselius, als docent Hebreeuws en Aramees verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, vermoeit zijn studenten niet met het uitpluizen van ellenlange rijen werkwoordsvormen. Voor wie Hebreeuws wil leren, is dit ongetwijfeld een aantrekkelijke gedachte. Maar ligt hierin tegelijkertijd niet de zwakte van het boek?

Nu is een grammatica natuurlijk geen lesboek, maar uit de inleiding blijkt dat de auteur ervan uitgaat dat de grammatica voor zelfstandige studie bruikbaar is. Dit verklaart waarom Wesselius onder andere de vele tabellen voor vervoeging van het naamwoord weglaat. Maar de vraag blijft of iemand die werkelijk blanco is op het gebied van het Hebreeuws, zich geheel zelfstandig de taal kan eigen maken met behulp van dit boek. Daar heb ik mijn twijfels over. Dan moet je je leerling nog veel meer aan de hand meenemen.

Van rechts naar links
De meeste informatie die je nodig hebt voor Hebreeuws, staat wel in het boek, maar niet altijd op de goede plaats. Waarom lees ik pas op bladzijde 22 in een onopvallend zinnetje dat de schrijfwijze van rechts naar links is? Soms veronderstelt de auteur kennis die pas later aan de orde komt. Op bladzijde 23 stelt Wesselius dat het bij de letters jod en waw aan het eind van een woord nog wel eens lastig kan zijn om te zien wanneer ze leesmoeder zijn en wanneer ze uitgesproken moeten worden. De reden: in die positie hebben ze immers geen sjewa. Hoezo immers? Wat is een sjewa? Drie bladzijden verderop legt hij dat uitgebreid uit. Daarbij vergist Wesselius zich overigens door te stellen dat van twee sjewa's achter elkaar de eerste uitgesproken en de tweede niet uitgesproken wordt. Dit is precies omgekeerd.

Dat een grammatica hier en daar kennis veronderstelt die verderop aan de orde komt, is niet zo'n probleem. Dat kan het echter wel worden als iemand het boek voor zelfstudie ter hand neemt. Nu adviseert Wesselius om eerst paragraaf 1 tot en met 9 door te nemen, alvorens te beginnen met het lezen van Genesis 12. Van ieder woord uit dit „instaphoofdstuk” geeft hij aan het slot van zijn boek de bewerking en een paragraafverwijzing. „Het is essentieel dat men de verwijzingen ook werkelijk naslaat en er niet mee tevreden is het wel ongeveer te weten”, schrijft de docent. Een zeer terechte opmerking. Toch blijf ik me afvragen of iemand dit kan behappen. Zit er niet veel te veel informatie in die negen paragrafen om dat allemaal te kunnen bevatten en later zelfstandig toe te kunnen passen? En komt dezelfde informatie aan de hand van Genesis 12 vervolgens niet te hap-snap op je af?

Overzichtelijker
De grammatica had er overzichtelijker uit mogen zien. Veel meer opsommingen hadden in rijtjes kunnen staan in plaats van in lopende tekst. Ik mis een register. De translitteratie van Genesis 12 kan beter naast de Hebreeuwse tekst staan. Nu moet je steeds de bladzijde omslaan. Wesselius behandelt niet apart de syntaxis. Dat betekent overigens niet dat hij hieraan voorbijgaat. Paragraaf 31 is bijvoorbeeld gewijd aan het gebruik van perfectum en imperfectum. Dat is ook absoluut noodzakelijk, omdat deze aanduidingen niet overeenkomen met het Nederlands. Bij andere onderwerpen voegt hij eveneens regelmatig enkele zinnetjes over het gebruik toe. Er is zeker wat voor te zeggen om uitleg over de vorm en het gebruik ervan bij elkaar te houden. Toch had dat laatste meer aandacht verdiend. Uitleg over het gebruik van de constructusrelatie had er bijvoorbeeld wel in mogen staan. Het huilen van Piet en het huilen over Piet, om maar een voorbeeld te noemen, ziet er in het Hebreeuws hetzelfde uit. Dat is toch wel handig om te weten, gelet op het niet geringe betekenisverschil.

Fout gaat het op het moment dat de auteur ”bet dawid” vertaalt met ”huis van David” (blz. 34). Dit moet zijn ”hét huis van David”. Weliswaar merkt hij op bladzijde 40 op dat het tweede woord bepaalt of we in het Nederlands wel of niet een lidwoord moeten vertalen, maar hij zegt niet precies hoe het zit. Uit de twee voorbeelden is af te leiden dat wanneer het tweede woord een lidwoord heeft, het eerste dat in de vertaling ook moet hebben. Heeft het tweede geen lidwoord, dan het eerste in de vertaling ook niet. Wesselius gaat hier echter voorbij aan het feit dat niet alleen het lidwoord een woord bepaald maakt maar dat ook een suffix dat doet. Een eigennaam (David) is per definitie bepaald. De nieuwsgierige leerling zal vervolgens toch willen weten hoe je ”een huis van David” in het Hebreeuws zegt. De zin: Andere mogelijkheden worden in het Hebreeuws met andere woorden omschreven, helpt de leergierige student dan niet echt verder.

Ophalen
Is het dan een slechte grammatica? Dat zou ik zeker niet willen zeggen. Ze kan goede diensten bewijzen aan hen die hun Hebreeuws op eigen kracht weer op willen halen. Wie echter op het nulpunt moet beginnen, kan zich –uit didactische overwegingen– mijns inziens toch beter melden bij een cursus. Met dezelfde inspanning verwacht ik dan een beter resultaat. Het zou niet gek zijn als deze korte grammatica, die vrij is van allerlei onnodige ballast, op een cursus voor beginners als uitgangspunt diende.