Recensie door ds. D. Heemskerk - 9 december 1998

Verborgen omgang

De psalmregels van Psalm 25:7 zijn overbekend: “Gods verborgen omgang vinden; zielen daar Zijn vrees in woont”. De vraag is echter of wij ook echt deze verborgen omgang beoefenen. Een oprecht christen is immers een biddend christen en het gebed is de ademtocht der ziel. Om ons op te roepen tot deze noodzakelijke en gedurige verzuchting aan de troon der genade, gaf ds. C. J. Meeuse opnieuw een geschriftje uit, afkomstig van een onbekende Engelse schrijver, maar die, gezien de inhoud van dit geschrift, ongetwijfeld bij God bekend was.

In de inleiding wijst ds. Meeuse erop dat er enerzijds het gevaar is dat wij opgaan in een wettische vroomheid van allerlei plichten, anderzijds is daar eveneens het gevaar dat wij geheel opgeslokt worden door onze werkzaamheden en allerlei bezigheden, zodat wij aan de persoonlijke noodzakelijke afzondering niet meer toekomen.

Het boekje kent een drietal onderdelen, namelijk:

1. Noodzaak en nut van de verborgen godsdienst, waarin ons duidelijk gemaakt wordt, dat als er geen verborgen godsdienst gekend wordt, men ook een vreemdeling is van de ware godsdienst. Door Woord en Geest wordt de wortel in de ziel van de zondaar gelegd en ontvangt hij deel aan het beginsel van het ware leven, wat hijgt, zoekt en vraagt naar de levende God.

2. De voordelen der verborgen godsdienst, waarbij de schrijver erop wijst dat wij in het verborgen vrijheid hebben om alles te belijden en dat het een teken van oprechtheid is, wanneer wij het verborgene zoeken en dat het ook een goede voorbereiding is op de openbare godsdienst.

3. Er worden richtlijnen gegeven voor de verborgen godsdienst. Hierbij blijkt dat de schrijver oog had voor de trouweloosheid en wankelmoedigheid van de zondaar, die tot hinken en tot zinken elk ogenblik gereed is, maar niettemin geroepen wordt tot deze geestelijke plichten. De verborgen godsdienst is daarom onder meer een goed middel tegen oneerbiedigheid; het maakt en houdt de zondaar waakzaam, het toont hoe moeilijk of het is één uur te waken, ja, het leert hem ten diepste verstaan dat er maar één grond is om vrijmoedig tot God te naderen, namelijk de Enige Naam gegeven onder de hemel tot zaligheid.

Koelman
Tevens roept hij op tot lof- en dankzegging, immers dit is juist de opdracht aan de zondaar. Ook wijst hij erop dat de begenadigde alles moet zien in het licht van de eeuwigheid en de grote dag, die straks zal aanbreken. Dat er geen nieuws onder de zon is, blijkt uit het feit, dat ook deze Engelse schrijver moet klagen over de weinige goede gesprekken, die christenen onderling hebben.

Het tweede deel van dit boekje bestaat uit een aantal indringende vragen, die, als ze enigszins tot ons doordringen, met diepe schaamte vervullen als wij die waarlijk gaan betrachten. Deze zijn opgesteld door Jacobus Koelman en het boekje sluit af met de 50 plichten, eveneens van de hand van Koelman, die kenmerkend zijn voor het leven in de vreze des Heeren.

We zijn ds. Meeuse dankbaar voor dit eenvoudig werkje, wat doorstoot tot de kern van de zaak van het geestelijk leven. Het heeft als hoofddoel de arme verloren zondaar tot de grote Voorbidder uit te drijven, Die getrouw was, is en blijft. Alleen om Zijnentwil zal Zijn Kerk het Koninkrijk Gods beërven.