Boekrecensie |
Titel: De kennis der zaligheid: De Kleine Catechismus van Westminster toegelicht in vragen en antwoorden Auteur: E. Erskine e.a. Uitgeverij: Den Hertog Houten 1998 Pagina's: 770 ISBN 90 331 1294 9 Prijs: 79,50 |
Recensie door ds. P. de Vries - 17 november 1998 Essentieel is onderscheid tussen werkverbond en genadeverbond De geloofsleer bij de ErskinesIn 1971 verscheen voor het eerst een Nederlandse vertaling van de uitleg die de gebroeders Erskine en James Fisher aan de Korte Catechismus van Westminster hebben gegeven. Nu, ruim twintig jaar later, verscheen bij uitgeverij Den Hertog een herdruk. In de Korte Catechismus wordt de gehele geloofsleer behandeld. In de vorm van vragen en antwoorden geven de gebroeders Erskine en James Fisher dan weer een toelichting. Het is ondoenlijk om in een bespreking aan de inhoud van dit werk, dat bijna 800 bladzijden telt, helemaal recht te doen. Ik beperk mij tot een paar hoofdzaken, die ook voor het kerkelijk en geestelijk leven van vandaag van groot belang zijn. Essentieel is in dit werk het onderscheid tussen het verbond der werken en dat der genade. Het verbond der werken eist, maar dat het verbond der genade belooft. De bedoeling van het verbond der werken is te verwonden en te verschrikken en dat van het verbond der genade om te vertroosten en te genezen. Startpunt Bijbelse prediking maakt daarom mensen zoals zij van nature zijn onrustig. De mens is van nature een verbondsbreker. Wanneer deze zaak niet aan de orde wordt gesteld in de prediking, kweekt men op zijn best een oppervlakkig geloof, waarbij de naam van Christus wel genoemd maar de kracht ervan niet wordt gekend. Anders geformuleerd: Zonder kennis van de eerste Adam wordt de laatste Adam niet begeerd. Nauwe band Deze nauwe band tussen verbond en verkiezing heeft er bij hen echter niet toe geleid dat zij de oproep van geloof en bekering achterwege lieten. Integendeel, ook in het werk dat hier wordt besproken blijkt dat de nodigingen van het Evangelie zonder uitzondering het gehele menselijke geslacht aangaan. Deze nodigingen geven ons het recht tot Christus te vluchten. Overtuiging van zonde is wel de weg waarlangs een zondaar tot Christus wordt geleid, maar het is nooit de grond. Dat betekent concreet dat een mens niet van zichzelf behoeft te weten dat hij een overtuigde zondaar is alvorens hij tot Christus vlucht. Was dit het geval, dan zou een mens feitelijk eerst moeten weten dat hij wederomgeboren is, voor hij daadwerkelijk in Christus mag geloven. Het is echter genoeg als hij beseft dat hij niet meer buiten deze Middelaar kan. Macht en wil Zowel het een als het ander vinden we in dit werk beklemtoond. Dat is een evenwicht, dat ons ook nu nog voor afwijkingen en het maken van onjuiste tegenstellingen kan behoeden. Ambten Heel duidelijk komt ook hier naar voren dat de rechtvaardiging door het geloof alleen het hart is van het christelijk geloof. Het karakter van onze godsdienst komt tot uiting in het antwoord dat wij geven op de vraag hoe wij voor God kunnen bestaan. Een mens klemt zich of aan zijn werken of aan Christus vast. Verhelderend is ook de wijze waarop gesproken wordt over de orde des heils. Er wordt niet alleen gewezen op de samenhang, maar ook op de gelijktijdigheid van de inwendige roeping, de rechtvaardiging en de heiliging. Bij de inwendige roeping wordt het geloof in Christus in ons gewerkt, zo verenigen we ons met Hem en ontvangen wij zowel de vergeving van zonden als de kracht om tot Gods eer te leven. Beginsel De eerste vorm van zekerheid is eigen aan de kleinste vorm van geloof, de tweede niet. Op deze wijze wordt eerlijk de lijn tussen geloof en ongeloof getrokken, terwijl er ook recht wordt gedaan aan het feit dat er zwakken in het geloof zijn, die door vele aanvechtingen en twijfels worden geplaagd. Verheerlijking Het begint daar waar een mens door de verlichtende werking van Gods Geest oog krijgt voor de onnaspeurlijke rijkdom van Christus en gewillig gemaakt wordt tot Hem te vluchten. In elk mensenhart is sinds de zondeval een leegte die alleen Jezus Christus kan vervullen. De lof van deze Middelaar, Die door de Vader is geschonken en door de Heilige Geest wordt toegepast aan het hart, wordt in dit werk van de gebroeders Erskine en James Fisher op uitnemende wijze bezongen. |