Boekrecensie

Titel: Jezus van Nazareth; bevrijding tot vrede; Geloven in vrijheid
Auteur: Eugen Drewermann
Uitgeverij: Meinema
Zoetermeer, 1998
ISBN 90 211 3669 4
Pagina's: 447
Prijs: ƒ 49,90

Recensie door dr. W. H. Velema - 4 november 1998

Drewermann wijst Jezus' offerdood tot verzoening volstrekt af

Radicaal maar niet troostrijk

Op de achterkant van de paperback “Jezus van Nazareth” en op de pagina die aan een overzicht van de inhoud voorafgaat, wordt zeer lovend over de intentie en de inhoud van het boek van Eugen Drewermann geschreven. Deze passages zullen door de uitgever zijn opgesteld. Een auteur zou er verlegen onder worden.

Als we enkele zinnen uit die twee informatieronden overnemen, zijn recensent en lezer beiden geïnformeerd over wat ze in dit boek te verwachten hebben. Dit is het tweede deel van Drewermanns dogmatiek. Zoals bekend heeft hij vooral naam gemaakt met publicaties op het gebied van het Nieuwe Testament. Het beoefenen van die wetenschap combineert hij met zijn dieptepsychologische inzichten.

Hij is ook psychotherapeut. Dat levert voor veel lezers in Europa een verrassend resultaat op – echt iets nieuws. Zijn boeken worden druk verkocht. De Rooms-Katholieke Kerk ontnam hem zijn ambten en taken. Met zijn publicaties kwam hij in botsing met het leergezag. Niet zo lang geleden heb ik in deze krant een boek besproken waarin Drewermann discussieert met Friedrich Schorlemmer. De ondertitel van dat boek was “Over zin en onzin van het geloof in God”. M'n conclusie was toen dat er van het eigene van het christelijk geloof bij Drewermann weinig of niets overblijft. Religieus pluralisme dat zich tegen de kern van de bijbelse boodschap verzet.

Kritisch schriftgebruik
Hoe zal nu zijn dogmatiek eruitzien? De hoofdtitel ervan is “Geloven in vrijheid”. Dat moet wel betekenen in vrijheid ten opzichte van kerkelijke dogma's en traditie. Dit tweede deel gaat over Jezus van Nazareth en heet “Bevrijding tot vrede”. Het doorgaande thema is het verzet tegen oorlog op allerlei terrein: oorlog met wapens, met geld, in de politiek en tussen personen. Jezus is de Vredestichter. Zijn woorden en daden staan model en zijn garant voor een cultuur van vrede. Ik noem enkele thema's uit de evangeliën. Op het niveau van het geld is de uitspraak: Je kunt God en de geldduivel niet tegelijk dienen, bevrijdend. Datzelfde geldt op politiek niveau: Geef aan de keizer wat van de keizer is. Op sociaal-psychologisch niveau: Maar zo is het onder jullie zeker niet. De uitspraak: „Hij laat Zijn zon opgaan over slechten en goeden, en Hij laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen”, betekent voor Drewermann een uitgebreide verantwoordelijkheid voor 'buitenlandse politiek' en milieubescherming. Je moet maar op het idee komen.

Eerlijk gezegd vind ik het een enigszins verward en verwarrend boek. De schrijver geeft veel informatie over in de loop der eeuwen gevoerde oorlogen; over daarbij betrokkenen en hun doelstellingen. Datzelfde geldt met betrekking tot economie en milieu. Jezus is de Bevrijder op al deze terreinen. De evangelie-inhoud wordt echter symbolisch uitgelegd. De verhalen gaan niet terug op gebeurtenissen, maar op projecties die uit andere tradities (godsdiensten en landen) afkomstig zijn. Ze worden door de bijbelschrijvers op Jezus geprojecteerd. Dat is de eerste enorme vrijheid die de schrijver zich veroorlooft. Een uitermate kritisch schriftgebruik aan de hand van dieptepsychologische maatstaven, met een resultaat dat cultuur van de vrede wordt genoemd. Het heeft met Jezus' werk in gehoorzaamheid aan de Vader niets te maken. Jezus' offerdood tot verzoening wordt in het slothoofdstuk volstrekt afgewezen. Eigenlijk moet ik zeggen: weggeschreven.

Fantasie
Dit boek is een selectie van hoofdstukken uit deel 2 van de Duitse tekst. Kennelijk vond de uitgever het oorspronkelijke boek te volumineus. Voor mij is het de vraag wat een welwillende lezer met dit boek moet beginnen. Het is een mixture van de geschiedenis van oorlog, politiek, economie en cultuur, aangelengd met gedeelten uit het Nieuwe Testament die dieptepsychologisch zijn geduid. Poëzie en therapie, zo wil Drewermann, gaan nauw samen.

Voor mijn besef ontbreekt in deze door de schrijver zelf gegeven typering het woord fantasie. Dat zou voorop moeten staan. Ik kan het dan ook moeilijk eens zijn met wat op de achterflap staat: „Drewermann schetst in deze “roman van het menselijk bestaan” een ongehoord revolutionair en troostrijk beeld van Jezus”. Revolutionair is dit beeld wel, radicaal revolutionair zelfs, maar troostrijk –in de bijbelse zin van het woord– in geen enkel opzicht.