Boekrecensie |
Titel: Geloofszekerheid: ineens en voor altijd Auteur: P. F. van der Meer Uitgeverij: Prisma Kootwijkerbroek Pagina's: 400 Prijs: 25,-
|
Recensie door ds. G. S. A. de Knegt - 29 maart 2000
Het kennen van de vólle troostWanneer kunnen wij spreken over de zekerheid van het geloof? Dat is alleen mogelijk als we Jezus Christus door een oprecht geloof zijn ingelijfd. Over de zekerheid van het geloof zijn in de loop der jaren verschillende publicaties geschreven. Naar onze mening terecht, dit is een zeer aangelegen zaak! P. F. van der Meer uit Kootwijkerbroek voegt zich ook in deze rij. Van der Meer, auteur van Geloofszekerheid: ineens en voor altijd, wordt het niet moe om steeds op hetzelfde aambeeld te hameren. In navolging van Theodorus van der Groe stelt hij dat er alleen zekerheid van het geloof in ons leven is als er een doorbraak tot op Christus heeft plaatsgevonden. Alleen wanneer de vrijspraak heeft plaatsgevonden, kan er gezegd worden: Ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij. Deze zekerheid geeft troost! Hoe komt het dat sommige ware gelovigen de volle troost hiervan niet bezitten? De oorzaak is dat zij geen goed onderwijs ontvangen. De zuivere leer van de Reformatie (te weten de rechtvaardiging van de goddeloze door het geloof, om niet) wordt hun vanaf de kansel niet meer voorgehouden.
Classificatiemethode Deze methode legde nadruk op allerlei gestalten. In plaats van Christus alleen als de zekerheid van het geloof, kregen allerlei gestalten alle aandacht. Zelfs werd er geleerd dat de zekerheid niet strikt noodzakelijk is. De zekerheid behoorde meer tot het welwezen dan tot het wezen van het geloof. Missenden, zoekenden, bekommerden en anderen werden de handen opgelegd zonder dat Christus hun enige troost in leven en sterven was. Behalve Van der Groe zijn alle vertegenwoordigers op een verkeerd spoor geraakt. De heilsorde betekende voor hen geen eenheid maar een schema: eerst dit, dan dat en dan weer eens dat. De onderscheidingen werden ontelbaar.
Heden Van de dadelijke rechtvaardigmaking, die volgens sommige theologen plaatsvindt in de wedergeboorte, is de auteur wars. De staatsverwisseling vindt volgens hem plaats in de wedergeboorte. Om die reden kan er niet gesproken worden over een bedekte en vergeven schuld. Dat houdt in dat van Jakob niet gezegd kan worden dat hij in Pniël een bewuste rechtvaardigmaking (vergeven schuld) onderging. Daarbij getuigt het van geestelijk overspel als van een overtuigde zondaar wordt gezegd dat hij levendgemaakt is. Ook mag men hem niet rekenen tot de 'kleintjes' in de genade. Wie overtuigd wordt van zonde, gerechtigheid en oordeel, behoort nog niet tot de bekommerde kerk. Alle genoemden zijn nog buiten Christus, zoals de Schrift en de belijdenis dit voorhouden. Buiten de bewuste kennis van Christus, direct of indirect, mogen er geen mensen zalig worden gesproken.
Bal of speler De verdediging van eigen gelijk wordt hier meer gezocht in het onderuithalen van de speler dan dat de bal wordt gespeeld. De leer van de beide Gereformeerde Gemeenten moet het in dit boek nog wel eens ontgelden en vooral de predikers die deze leer voorstaan. Persoonlijk geloof ik niet dat het altijd helemaal juist is wat er van hen wordt weergegeven. Meer dan eens heb ik onder de prediking van verscheidenen van hen gezeten. Een echte classificatie heb ik in hun prediking nooit zo kunnen ontdekken. Ook werden er geen handen opgelegd buiten Christus om. Wanneer missende en zoekende zielen werden aangesproken in de prediking, was dat niet om ze in hun gestalte te bouwen, maar was het veeleer om ze tot Christus te leiden. Meer dan eens hoorde ik ze zeggen tot mensen die alles kwijt waren en nergens bij konden: Nooit zal onze last ons zijn ontbonden, tenzij wij Christus hebben gevonden. Onze enige zekerheid is Christus. Hij is de zekerheid van het geloof. Door genade leert de Kerk zeggen: Nu ken ik die waarheid, zo diep als gewis, dat Christus alleen mijn gerechtigheid is.
Rechtvaardigmaking Zowel Calvijn als de vertegenwoordigers van de Nadere Reformatie zien dít als het voornaamste: dat men overgaat in Christus. Met andere woorden: men gaat uit de staat der natuur en der overtuiging! Nogmaals: Christus alleen is de zekerheid. Bestaat er dan helemaal geen verschil tussen de Reformatie en de Nadere Reformatie? Er zijn verschillen aan te wijzen. Ook worden er in de Nadere Reformatie andere accenten gelegd. Maar het wezen van de zaak was zowel voor de Reformatie als de Nadere Reformatie hetzelfde: de omhelzing in het geloof van de Heere onze gerechtigheid.
Belezen Over de enkele drukfout die ik constateerde, heb ik het niet. Wel lees ik veel van hetzelfde. Ik bedoel daarmee dat dezelfde zaak soms drie of vier keer op dezelfde manier ter sprake werd gebracht. Dat kan wel eens vermoeiend zijn.
|