Levensbeschrijving de heer De Redelijkheid wekt weemoed op

Zegenrijk werk aan de Lageweg

We moeten oppassen voor 'hagiografieën', zei ooit een collega terecht. Hij waarschuwde voor beschrijvingen van 'protestantse heiligen'. Maar de werken Gods in en door mensen, ook dienstknechten van Hem, mogen in het daglicht worden gesteld. Ik denk dat daarin ook de betekenis ligt van ”Een lichtende kaars”.

Weemoed beving mij toen ik deze levensbeschrijving (uitgegeven bij de honderdste geboortedag van de eerwaarde heer A. de Redelijkheid) in handen kreeg. Ik heb hem nog goed gekend, ik mocht hem bij een jubileum toespreken en in het wijkgebouw aan de Lageweg eenmaal ook in zijn aanwezigheid een avondmaalsdienst leiden die voor mij onvergetelijk blijft. De preek ging over Jozua 2:21b (Rachab moest zonder de Heere ómkomen, mocht door de Heere ontkómen en wilde voor de Heere úítkomen). Deze door velen beminde voorganger ging ruim twintig jaar geleden in in de vreugde zijns Heeren.

De Heere wilde hem gebruiken in zijn geboorteplaats om vooral in wijk A en in en rond het wijkgebouw aan de Lageweg in Ouderkerk aan den IJssel in woordbediening, catechese en pastoraat werkzaam te zijn en gemeenteopbouw te verrichten. Daar is zegenrijk werk verricht! Daar zijn zondaren gezaligd en kinderen Gods onderricht en bevestigd in het geloof. Dat is ook op andere plaatsen geschied. Toen ds. J. van Sliedregt in Ouderkerk aan den IJssel predikant werd en aandrong op kerkordelijk handelen, ging de heer De Redelijkheid met emeritaat. Vervolgens werkte hij nog enige jaren in Nieuwleusen, waar hij ook bevoegd werd de sacramenten te bedienen.

Bescheiden
Hoewel de heer De Redelijkheid een markant figuur was, die ook zijn karaktereigenschappen had –jammer dat in zulke boeken vaak melding wordt gemaakt van botsingen tussen godsdienstonderwijzers en predikanten in de Nederlandse Hervormde Kerk, waarvan ik me afvraag of dat altijd terzake is– kende hij toch ook de ootmoed. Hij zag zichzelf slechts als kaarslicht, vandaar de titel van het boek, genoemd naar het blad ook dat hij vele jaren uitgaf. Hoewel de heer De Redelijkheid de sacramentsbediening ontving, wilde hij zich, bescheiden als hij daarin was, nimmer dominee laten noemen.

Aangrijpend is zijn verandering van standpunt over de inenting, op grond van studie in het Woord en vooral in Calvijns leer over de voorzienigheid Gods, die hem vriendschap kostte en zelfs een bestuurslidmaatschap. Meer en liever dan voor mensen boog hij voor het gezag van de Schrift. Ik maakte dat van nabij mee. Ds. G. Boer sprak daarover met grote achting. Maar rancuneus was hij niet, getuige de ontmoeting met de ernstig zieke ds. G. van de Breevaart. Van hem gold: „Ik ben een vriend, ik ben een metgezel van allen die Zijn Naam ootmoedig vrezen”! Veel ontmoetingen met Gods kinderen, ook op gezelschappen, worden in dit boek verhaald.

Voornaam
”Een lichtende kaars” is een voornaam boek, met veel aansprekende foto's. Jammer dat de foto op bladzijde 26 niet klopt; zo is er nog een enkele kleine oneffenheid. Een lijst van geraadpleegde literatuur is bijgevoegd. Dit boek is niet alleen een sieraad in de boekenkast, maar is ook waard om gelezen te worden. De schrijver, J. P. Neven, heeft stellig velen een genoegen gedaan. Kinderen en knechten van God zijn gauw vergeten in deze jachtige tijd. Maar zij spreken nog nadat zij gestorven zijn. Daarom zal ook dit boek zijn weg wel vinden. De gedachtenis aan deze destijds zo bekende voorganger zij tot zegen.