Boekrecensie |
Titel: Focke en het geheim van Magnus. Een speurtocht in de Middeleeuwen Auteur: Martine Letterie Uitgeverij: Leopold Amsterdam, 1999 ISBN 90 258 3992 4 Pagina's: 144 Prijs: 29,90
|
Recensie door C. A. Braal - 6 oktober 1999
Letterie beschrijft middeleeuwse speurtocht
Brief van keizer KarelVoordat Focke antwoord kan geven, horen ze buiten Blesse hinniken, hard en langdurig. Tammo, vlug! Daar zijn Petrus en Adriaan. Focke grijpt hem bij zijn mouw en trekt hem mee naar buiten. Kom op, Tammo, we moeten maken dat we wegkomen. Zomaar een fragmentje uit het nieuwe boek van Martine Letterie Focke en het geheim van Magnus. Een speurtocht in de Middeleeuwen. De speurtocht waar het in Focke en het geheim van Magnus om draait, speelt zich af in het jaar 1398. Focke, zoon van een Friese edelman maar door zijn vader naar het klooster gestuurd, moet op zoek naar een brief. De brief is honderden jaren geleden geschreven door Karel de Grote en garandeert de eeuwige vrijheid van de Friezen. De brief is een beloning van keizer Karel, omdat de Friezen onder leiding van een zekere Magnus hun waarde bewezen hadden in een gevecht tegen barbaren om de stad Rome. Wat heeft Focke nu met deze brief te maken? In het Friesland van Focke staan twee groepen tegenover elkaar, de Schieringers en de Vetkopers. De Schieringers willen de Friese vrijheid handhaven, de Vetkopers willen daarentegen de Hollandse graaf boven zich erkennen om handel te kunnen drijven met de Hollanders. Fockes vader wenst oorlog tegen de Vetkopers te beginnen en denkt zijn mannen te motiveren door hun de brief van Karel en enkele overblijfselen van Magnus te tonen. Die liggen echter verstopt in diverse kerkjes in Friesland. Een zekere Tammo krijgt van de abt de opdracht de brief en de relikwieën te zoeken. Broeder Everhard, de bibliothecaris, vindt Tammo echter te dom. Hij beveelt Focke met Tammo mee te gaan en de relikwieën te vinden. Echter, de vijand zit ook niet stil Hoewel er geen vloeken in het boek staan, is het taalgebruik niet altijd even netjes. Dat is jammer, omdat het verder een spannend en vlot geschreven boek is. Onwillekeurig dringt zich de vergelijking op met Henk Koesvelds jongste boek De houten speelbal. Ook daarin speelt een jonge kloosterling de hoofdrol die op speurtocht gaat.
|