Boekrecensie

Titel: Losgeld
Auteur: Erik de Gruijter

Uitgeverij: Den Hertog
Houten, 1999
ISBN 90 331 1384 8
Pagina's: 244
Prijs: ƒ 23,90

Recensie door Enny de Bruijn - 6 oktober 1999

Zakken met geld,
een hoofd vol bedrog

Vier jongens vinden op de hei een zak met meer dan honderdduizend gulden. Ze kunnen kopen wat ze willen – totdat ze ontdekken dat geld helemaal niet zo'n veilig bezit is. Dat is het begin van een spannend, gevaarlijk, opwindend, maar allerminst oppervlakkig verhaal. ”Losgeld” van Erik de Gruijter laat overtuigend zien wat er gebeurt als je niet naar de stem van je geweten luistert.

De vier hoofdpersonen van ”Losgeld” kiezen ervoor de politie niet in te lichten als ze zomaar midden op de hei de buit van een bankroof ontdekken. Met hun zakken vol geld kunnen ze een kamer huren, computers-met-alles-erop-en-eraan aanschaffen en eten en drinken wat ze maar willen. Het enige nadeel is, dat ze lastige vragen –vooral van hun ouders– moeten zien te ontwijken.

Michiel, de eigenlijke hoofdpersoon van het verhaal, werkt zich dieper en dieper in de problemen. Totdat hij uiteindelijk zijn vader niet langer voor de gek kan houden. Ook al is daarmee niet alles meteen opgelost, al houd je als lezer nog een klopjacht op de misdadiger tegoed, toch is het keerpunt bereikt.

Geweten
Ik kan me voorstellen dat jongeren dit verhaal in één adem uitlezen. Erik de Gruijter schrijft geen boeken waarin mensen voorzichtig binnen de lijntjes blijven. Op het punt waar de meeste jongeren zouden terugschrikken voor de gevolgen van wat ze doen, gaan de hoofdpersonen van ”Losgeld” gewoon door. De opluchting aan het eind van het verhaal wordt er des te groter om.

Op die manier laat de schrijver heel duidelijk zien wat er gebeurt als je toegeeft aan je eigen wensen en verlangens, ondanks je geweten: je komt in een heleboel narigheid terecht. Zonder dat hij daarvoor moralistische uitspraken van ouders of politieagenten nodig heeft, weet hij overtuigend over te brengen wat schuldbesef betekent, wat échte vriendschap is, hoe belangrijk het is om met je vader en moeder te praten. Dat alles bepaalt het christelijke karakter van dit boek, veel meer dan bijvoorbeeld de kerkdienst die er een beetje bijgesleept wordt.

Wanneer de boodschap via een spannend verhaal gebracht wordt, zou ze wel eens meer effect kunnen hebben dan via allerlei moraliserende toepassingen. Spanning oproepen kán Erik de Gruijter. Opwindende gebeurtenissen, goed uitgewerkte karakters en psychologische ontwikkeling, dat zijn zijn sterke punten. Niet voor niets won hij met zijn eerste boek, ”Brand!”, meteen al de prijs voor het beste christelijke kinderboek van 1998.

Verbeeldingskracht
De opbouw van ”Losgeld” is ingewikkeld, allerlei perspectieven schuiven over elkaar. Dat kán een probleem zijn voor de minder ervaren lezer, maar het heeft ook voordelen. Doordat je als lezer de zaak van meer dan één kant bekijkt –je leeft afwisselend mee met de jongens, de politieagenten en de misdadiger– weet je meer dan de hoofdpersonen zelf, maar net niet genoeg om de afloop van het verhaal te kunnen voorspellen. Dat houdt de spanning erin.

Iets meer moeite heb ik met de waarschijnlijkheid van sommige gebeurtenissen. Zijn grote verbeeldingskracht is zowel de kracht als de zwakte van de auteur. Dat er een keer sprake is van een samenloop van omstandigheden – akkoord. Maar in ”Losgeld” stapelen de toevalligheden zich op. Jarenlang ligt de schat onaangeroerd op de hei, totdat in één en dezelfde nacht de bankrover, twee politieagenten en vier jongens er allemaal tegelijk op af duiken. En laat de misdadiger nu toevallig die jongens kennen... Verder blijkt een dronken man in staat tot bijzonder logische redeneringen, een doortrapte schurk kiest de kerk als ontmoetingsplaats uit, winkelbedienden krijgen amper wantrouwen als vier jongens met geld smijten, ouders laten hun zoon midden in de nacht op avontuur gaan en hebben wel érg laat in de gaten dat er iets niet klopt.

Realisme
Een boek dat meer bedoelt te zijn dan een simpel avonturenverhaal, vraagt om realisme. Als een schrijver niets anders wil bieden dan een mogelijkheid tot ontsnappen aan de werkelijkheid (door zijn hoofdpersonen dingen te laten beleven die in het dagelijks bestaan van de doorsnee jongere niet direct voorkomen), is dat niet nodig. Maar een psychologische insteek vraagt om herkenbaarheid, een vertrouwde belevingswereld, waarschijnlijkheid. Door zijn fantasie iets meer te beperken, de dingen iets simpeler te houden, zou De Gruijter een nóg beter verhaal kunnen schrijven.