Boekrecensie |
Titel: Nacht in het Noorden Auteur: Katherine Ayres Uitgeverij: Callenbach Kampen, 1999 ISBN 90 266 1007 6 Pagina's: 171 Prijs: 24,90
Titel: De goede leugen
Titel: De glazen vloot
|
Recensie door Hans van Holten - 6 oktober 1999
Het ijzeren hek huilt roestwaterCallenbach was oudtijds een uitgeverij van christelijke (jeugd)boeken. Dat is Callenbach nog steeds. Ik denk bijvoorbeeld aan de Horizon-reeks, die in Kampen wordt voortgezet. De laatste tijd komen er bij Callenbach ook boeken uit die niet echt positief christelijk zijn. Uit de uitgaven die ik in deze rubriek al besproken heb, bleek steeds weer dat deze jeugdboeken, al zijn ze 'neutraal', toch een voor christenen herkenbare geest ademen. Dat mag je van Callenbach verwachten. Vlak bij me liggen drie nieuwe, uit het Engels vertaalde uitgaven, waarvan er één echt positief christelijk is en waarin het geloof een voorname rol speelt. De twee andere hebben dat niet. Ik begin met het eerst bedoelde boek, Nacht in het Noorden van Katherine Ayres. Het voert ons terug naar het Amerika (VS) in de jaren vijftig van de vorige eeuw. In 1850 was een wet aangenomen op gevluchte slaven, die bepaalde dat slaven die weggelopen waren, teruggebracht moesten worden naar hun eigenaars. Wee degenen die dat niet deden en de slaven zelfs hielpen bij hun vlucht. Hoge boetes wachtten deze misdadigers, of er volgde zelfs gevangenisstraf. Natuurlijk waren er dappere mensen (ook blanken gelukkig) die deze wet aan hun laars lapten. Zij zorgden voor de zogenaamde Ondergrondse Spoorlijn, een naam die niets met treinen te maken had, maar symbool was voor de georganiseerde vluchtroutes en onderduikadressen voor de negerslaven.
Warme vriendschap Een van de vluchtelingen, de negentienjarige Cass, blijkt zwanger te zijn. Als de anderen verder trekken richting vrij Canada, blijft zij achter. Tussen Lucy en Cass ontwikkelt zich een warme vriendschap. In het vroege voorjaar wordt de baby geboren. Hope wordt het kind genoemd, maar de hoop die ze koesteren, wordt de bodem ingeslagen. De gebeurtenissen nemen plotseling een dramatische wending, waardoor Lucy uiteindelijk gedwongen wordt tot een even dramatische keuze.
Dagboekvorm O ja, Cass is de enige die ik nog heb. Onze moeder is dood. Onze vader en broers zijn al lang weg. Verkocht naar het Zuiden. De meester gebruikt mij en Cass om nieuwe slaven voor hem te baren, dus ons houdt hij en de rest verkoopt hij. Het verhaal is in dagboekvorm geschreven. De techniek ervan brengt vaak met zich mee dat de intrige ten gevolge van allerlei bespiegelingen wat traag wordt uitgesponnen. Zo ook hier af en toe, met name in het begin. Maar het slot biedt een overdosis aan spanning die alles weer goedmaakt.
Fantasieverhalen De hoofdpersoon en zijn twee oudere broers schrikken voor een leugentje niet terug, al bestaan die leugens vaak alleen maar uit dolle fantasieverhalen. Maar moeder vader werkt ergens ver weg in de Elzas heeft er toch een hekel aan: Ze waarschuwde ons als we onze fantasie te veel lieten gaan: Jongens, jullie mogen niet liegen. Dat zegt de priester, dat zeg ik en dat zegt jullie vader ook. Zijn hart zou breken als hij wist dat jullie liegen. Toch kunnen ze het niet laten, ook al worden ze er herhaaldelijk voor gestraft. Als de oorlog ten einde loopt, komen ze erachter dat er ook nog zoiets bestaat als de goede leugen. Die heeft verrassend alles te maken met die twee joodse onderduiksters én met hun eigen vermiste hond. Een kleinigheidje: de Duitser komt natuurlijk niet uit Bavaria (Amerikaans) maar uit Beieren, foutje in de overigens voortreffelijke vertaling.
Wapenfabriek Het ergst is dat hij in die vijandige buurt steeds meer mensen kwijtraakt: zijn grote vriend, de blanke voorleesjuf in de bibliotheek, en ten slotte ook nog zijn moeder, die na een ongeluk in het ziekenhuis wordt opgenomen. Als ik mijn gedachten de vrijheid zou geven, botsen ze met een klap tegen die lelijke muur van de wapenfabriek. Of ze botsen tegen tante Jolita op. Of tegen de metalen deur waar vroeger de bibliotheek was. Opgesloten. Dat ben ik. Opgesloten in niemandsland. En wie heeft de sleutel? Toch heeft hij een droom die hem staande houdt. Daarvoor verzamelt hij lege flessen. Als hij tien jaar wordt, doet hij daar briefjes met die droomwens in en deponeert de glazen vloot her en der in het water. De wens wordt vervuld en het gezin ontsnapt aan de deprimerende omgeving. Hoe deprimerend? Nog even een citaat: Het asfalt buiten ligt vol plassen. De muren van de wapenfabriek zijn donker gevlekt door de regen. Het ijzeren hek huilt roestwater, alsof zelfs het metaal verdrietig is. Die laatste zin zegt meer dan honderden woorden van mij.
|